‘We hebben liederen nodig voor de strijd van vandaag’

Rage Against the Machine speelde op de avond van de landelijke verkiezingen voor een uitzinnige menigte in het Arnhemse Gelredome. Gitarist Tom Morello is een van de markante leden van de band. Hij is een vreemde eend in de bijt van de hedendaagse muziekindustrie: een vooraanstaand verdediger van campagnes voor een rechtvaardige wereld, die elk jaar op 1 mei de Dag van de Arbeid viert en met zijn folk alter ego Nightwatchman recent een optreden gaf voor de Industrial Workers of the World. Alexander Billet van Socialist Worker (VS) sprak met hem over zijn werk en de rol van muziek in de strijd voor een betere wereld.
14 juli 2010

Hoe belangrijk is het voor jou om deze muzikale traditie vandaag de dag nog in ere te houden?

Heel belangrijk. Ik denk niet dat het nodig is om het alleen bij folkmuziek te houden. Er zijn veel manieren om radicale en politieke muziek te maken. De traditie heeft in ieder geval een vliegende start gehad met artiesten als Joe Hill, Pete Seeger en Woody Guthrie.

Maar van The Clash en Public Enemy tot Rage Against the Machine en System of a Down zijn er altijd bands geweest die zich hard maakten voor sociale rechtvaardigheid en dit nog altijd doen door continu een brug te proberen te slaan tussen het grote publiek en belangrijke ideeën over economische democratie, maatschappelijke vrijheid en bevrijding.

Een van de redenen waarom ik begonnen ben met Nightwatchman is dat de muziek die gespeeld werd op demonstraties vaak alleen bestond uit liederen uit de jaren zestig of ouder. Het voelde alsof deze muzikale invulling niet meer overeenkwam met de hedendaagse anti-oorlogsdemonstraties en vakbondsacties. We hebben liederen nodig voor de strijd van vandaag!

Het lied ‘Union Song’ heb ik geschreven na een protest in Miami in 2003 tegen de vrijhandelszones. Steve Earle, Billy Bragg en ikzelf waren net helemaal met traangas onder gespoten tijdens een actie door staalarbeiders, toen we op het podium stonden en ik besefte dat ik helemaal geen eigen nummers had om te spelen. Terwijl het traangas nog in mijn shirt zat voelde ik de drang om een nieuw nummer te schrijven.

Dus je hebt het nummer geschreven terwijl de gummiknuppel je om de oren vloog?

Ja, inderdaad. Het nummer is bovendien tijdens verschillende acties nadien een effectief wapen gebleken.

Je bent op dit moment al bijna 20 jaar een openlijk radicale politieke artiest. Gedurende deze periode hebben de nodige politieke aardverschuivingen plaatsgevonden. Is je in die jaren iets nieuws opgevallen?

Eigenlijk heb ik altijd geprobeerd om afstand te houden van de electorale strijd. De problemen waarmee ik mij bezighou hebben altijd meer te maken met de verhouding tussen machten in plaats van met de personen die de macht in handen hebben.

In de aanloopfase naar de verkiezing van Obama – wat in sommige opzichten heel bijzonder was – was ik steeds diegene die het enthousiasme probeerde te temperen. Zo van: ‘Wacht eens even, ik ben net zo verrast als iedereen dat we een Afrikaans-Amerikaanse president hebben, maar laten we nou niet doen alsof er nu ineens magische stof zal neerdwarrelen wat ervoor gaat zorgen dat de maatschappij verandert.’

Het is nog steeds ónze taak om dingen te veranderen. Het was een nogal ontnuchterende vermaning die ik gaf tijdens mijn optredens in die periode, maar ik geloof dat het nu nog steeds relevant is.


Foto: zanger Zack de la Rocha en gitarist Tom Morello van Rage Against the Machine (midden) demonstreren samen met Irak-veteranen tijdens een anti-oorlogsbetoging

Denk je dat er veel teleurgestelde mensen zijn sinds de verkiezingen?

Als je verwachtingen heel hoog waren, dan wel. Het is een Democratische regering en die komt net als altijd op voor de grote bedrijven en ze begaat dezelfde oorlogsmisdaden. Het zou als een verrassing kunnen komen als je de krachtige verkiezingsretoriek van Obama’s campagne geloofde, maar ja…

Denk je dat mensen die zulke teleurstellingen meemaken radicaliseren?

Dat vind ik een goede vraag. Nu de spanning er een beetje af is, blijft de vraag waar we staan. Aan de ene kant is het makkelijk om een rechtse ‘ik had het toch gezegd’-houding aan te nemen, wat naar mijn idee alleen maar blijk van onwetendheid geeft. Aan de andere kant zijn er vele miljoenen mensen die destijds op deze trein zijn gestapt en denken dat het eerste jaar misschien nog niet heeft gebracht waarop ze hoopten, maar niet weten hoe het verder gaat.

Het punt is echter dat geen enkele regering de ruggengraat heeft om het op te nemen tegen de huidige machthebbers. Zoiets zal altijd vanaf de straat moeten komen. Dus één keer in de vier jaar je stem uitbrengen is niet genoeg. Als je echt verandering wilt waarin je gelooft zul je zelf actie moeten ondernemen en die verandering moeten eisen. Daarnaast moet je de mensen die de macht hebben verantwoordelijk stellen voor hun daden. De politiek van de straat is net zo belangrijk als de politiek van het stemhokje.

Elke keer als een politieke artiest zijn stem verheft leidt dit tot controverse, alsof politiek en muziek niets met elkaar te maken zouden hebben. Ik kan me voorstellen dat jij hier anders over denkt.

Gedurende mijn carrière is dat een terugkomende beschuldiging geweest jegens mij en alle anderen in de entertainmentindustrie. Het lijkt wel alsof je recht op vrije meningsuiting in één keer komt te vervallen als je artiest bent. Ten eerste worden deze beschuldigingen alleen geuit door mensen die het niet met je eens zijn. Zodra het om Arnold Schwarzenegger of de ‘acteur’ Ronald Reagan gaat vindt niemand het erg dat ze oorspronkelijk acteurs waren.

Ik denk daarnaast dat het een verantwoordelijkheid is – en niet alleen voor artiesten – om je mening te geven of om morele beslissingen te nemen over wat je in deze wereld ziet. Het is een verantwoordelijkheid voor ons allemaal! Sommige mensen mogen dan wel toegang hebben tot een opnamestudio, microfoon of tijdschrift, maar ik hoor liever wat leraren of havenarbeiders van de oorlog in Afghanistan vinden dan de zoveelste celebrity.

Een ander geluid in dat debat – of het nu vanuit de muziek of ergens anders vandaan komt – zal de discussie helpen verbreden. Ik heb al ontelbare keren van mensen gehoord, die een tekst van de Nightwatchman hebben gehoord, dat het iets speciaals met hen deed.

Iets wat muzikanten en muziek met mensen kunnen doen is een gevoel van gemeenschap geven. Zoals ‘ik ben niet de enige die vindt dat de president zich schuldig maakt aan oorlogsmisdaden’ of ‘ik ben niet de enige die vindt dat er ondanks alle reguliere geluiden, iets fundamenteels mis is.’ Daarom is het zo belangrijk dat mensen met ideeën hun mond niet houden.

Zie hieronder de videoclip van ‘Road I Must Travel’ door Nightwatchman / Tom Morello