Waarschuwing uit Hongarije

In de eerste ronde van de algemene verkiezingen in Hongarije behaalde de Jobbik-partij 17 procent van de stemmen – een ijzingwekkende waarschuwing aan de rest van Europa. De partij kwam als derde grootste uit de bus met 842.306 stemmen, na de sociaal-democraten en christen-democraten. Jobbik werd in 2003 opgericht en is sindsdien snel opgekomen. In de landelijke verkiezingen van 2006 behaalde de partij nog 2,2 procent. Adam Fabry onderzoekt de redenen achter de opkomst van de fascistische partij.
28 april 2010

Foto: aanhangers van de Nieuwe Hongaarse Garde (paramilitaire vleugel van de fascistische Jobbik-partij) marcheren in Boedapest

Het Duitse Der Spiegel deed recent verslag van een bijeenkomst van 50 duizend Jobbik-aanhangers in Boedapest: ‘Groepen, zogeheten “Burgerleden”, en neonazi’s hebben de straat overgenomen. Ze patrouilleren er met soldatenlaarzen, en uniformen in camouflagekleuren of in het zwart. “Hongarije aan de Hongaren”, weerklinkt het in de massa. Roma worden aangespoord te emigreren. “Wegwezen! Wegwezen!”, schreeuwt de menigte in koor. Op de oevers van de Donau, waar de burgemeester van Boedapest, Gábor Demszky, zich gevestigd heeft, klinken spreekkoren: “Joods varken, Joods varken”. Een kreet klinkt op, eerst aarzelend, maar dan luider: “Naar het concentratiekamp, naar het concentratiekamp”. Jobbik is geobsedeerd door het vermeende bestaan van een ‘Joods complot dat de wereldeconomie beheerst’.

Veel commentatoren hopen dat de partij in beslag genomen zal worden door gewone partijpolitiek nu ze onderdeel gaat uitmaken van het parlement. Maar de geschiedenis laat zien dat fascisten, naarmate ze sterker worden, zich zekerder voelen om te handelen naar hun eigen overtuigingen. In haar beginselprogramma verklaart Jobbik duidelijk dat het de bestaande wetgeving wil afschaffen en de grondwet wil wijzigen. Het plan is om een onderdeel van de politie om te vormen: ‘Als een middel in de strijd tegen de alsmaar groter wordende golf van misdaden zullen we een gendarmerie opstellen’. De paramilitaire vleugel van de Jobbik-partij is door de rechtbank verboden, maar deze ‘Hongaarse Garde’ heeft simpelweg haar naam veranderd in de ‘Nieuwe Hongaarse Garde’ en gaat op de oude voet verder.

Economische crisis

De opkomst van Jobbik werd gevoed door de economische crisis in Hongarije en door de ruk naar rechts van de gevestigde politieke partijen. Jobbik kwam op toen de eigen ‘Hongaarse Garde’ op de straten verscheen, hetgeen leidde tot demonstraties in gebieden waar veel Roma wonen. De partij richtte zich op het opbouwen van een volksbeweging en het op straat krijgen van aanhangers. Daarmee brak Jobbik met het eurofascistische model dat bijvoorbeeld gevolgd wordt door het Vlaams Blok en de Britse Nationale Partij (BNP). Dat model bestaat uit populistische politiek, het ophouden van respectabiliteit en verkiezingsoverwinningen, en het verdoezelen van fascistische tendensen.

In een bepaald opzicht lijkt de stijl van Jobbik meer op die van de fascisten in Italië en Duitsland in de jaren dertig. Pas in 2006 begon de partij zich te richten op verkiezingspolitiek. Het kreeg de wind in de rug door de langdurige economische crisis en door het politieke failliet van de belangrijkste politieke partijen in Hongarije. Sinds de val van de Berlijnse muur in 1989 heeft het land in een overgangssituatie verkeerd naar een systeem van vrije markt kapitalisme. Twee decennia van neoliberalisme hebben rampzalig uitgepakt voor het werkende deel van de bevolking: meer dan anderhalf miljoen arbeiders verloren hun baan.

De Roma, de grootste minderheidsgroepering in Hongarije, is het mikpunt geworden. In het partijprogramma worden de Roma, die het armste deel van de bevolking uitmaken, voorgesteld als Hongarije’s grootste bedreiging. Dit heeft geleid tot een dramatische groei in racistische aanvallen. Vorig jaar vermoordden nazi’s tenminste acht Roma en vonden er dertig aanvallen plaats met brandbommen. Ook werden een Roma-man en zijn vijfjarige zoon door nazi’s vermoord toen ze hun huis ontvluchten, dat door een brandbom had vlam gevat. Ze werden doodgeschoten toen ze trachten te ontsnappen.

Bolwerken

Jobbik heeft de meeste aanhangers in de noordelijke en oostelijke provincies van het land, waar de werkloosheid het grootst is en de meeste Roma wonen. Deze gebieden vormden vroeger de industriële basis van het land en waren vroeger bolwerken van de sociaal-democratische MSZP. Sinds de ondergang van de Stalinistische regime in 1989 is de industrie echter geheel in elkaar geklapt, en nu zijn de socialisten weggevaagd. De economische veranderen die in de jaren negentig zijn doorgevoerd, hebben samen met de recessie, geleid tot een dalende levensstandaard voor de meeste mensen.

Deze situatie is verergerd door het afschaffen van overheidssubsidies en de invoering van draconische maatregelen om de inflatie terug te dringen en een investeringen te stimuleren. Terwijl de economie veranderde, bleef de politieke situatie vrijwel ongewijzigd. De oude elite vond zichzelf opnieuw uit: de communisten legden hun stalinisme af en vonden zichzelf opnieuw uit als sociaal-democratische socialisten, en rechtse stromingen gingen samen de Fidesz-MPS vormen. Het wantrouwen in en de teleurstelling over de gevestigde politiek kwam in september 2006 tot een uitbarsting.

Uit een uitgelekte voordracht van de centrumlinkse premier, Ferenc Gyurcsány, bleek dat de MSZP had gelogen over de omvang van de economische crisis. Buiten het parlementsgebouw braken spontane demonstraties uit, mensen staken het tv-gebouw in brand, en er vonden gewelddadige confrontaties plaats op de straten van Boedapest. De centrumlinkse politiek verloor zijn geloofwaardigheid en de premier nam anderhalf jaar later ontslag. Jobbik profiteerde van het morele bankroet van de gevestigde politiek. Omdat het zichzelf had opgebouwd als straatorganisatie, niet als verkiezingspartij, won de partij snel steun. Jobbik is kritisch aangaande bepaalde aspecten van wereldwijd kapitalisme en neoliberalisme, en dat maakt dat het populair is bij het woedende, teleurgestelde electoraat.

Radicaal links

Het vacuüm dat door de politieke en economische crisis is ontstaan, schiep ook mogelijkheden voor radicaal links. Maar links heeft veel moeite profijt te trekken van de situatie. In 2009 werd een democratisch beginselprogramma opgesteld en gingen een paar duizend mensen de straat op om een brede coalitie te vormen. Maar de beweging verloor haar geloofwaardigheid omdat delen van het oude regime en de socialisten er aan deel gingen nemen. En radicaal links is niet in staat gebleken om de hand te reiken aan de minderheden die onder vuur liggen.

Er zijn dus pogingen geweest, en die zullen ook blijven volgen, om coalities te bouwen en evenementen te organiseren zoals vorig jaar het concert tegen racisme en fascisme. Deze manifestaties zijn nog niet groot genoeg om de winst van extreemrechts te overschaduwen, en ze zullen vaker moeten plaatsvinden. Het verzet van arbeiders is cruciaal in elke beweging tegen fascisme: een zelfverzekerde beweging die strijdt tegen drastische bezuinigingsmaatregelen kan arbeiders bij elkaar brengen en een begin van verzet vormen. Sinds de crisis begon, zijn er enkele stakingen geweest: begin dit jaar lag het openbare leven in de hele hoofdstad plat door een staking van het openbaar vervoer.

De onvrede zal waarschijnlijk gaan groeien: de crisis van 2008 is hard aangekomen in Hongarije en de regering klopte aan bij het Internationaal Monetair Fonds, dat harde bezuinigingsmaatregelen eiste. Dit biedt links en de vakbonden de mogelijkheid om arbeiders te verenigen in verzet. Maar de situatie in Hongarije zou sowieso een waarschuwing moeten zijn aan antifascisten in heel Europa. In elk land moet een beweging gesmeed worden om partijen als Jobbik terug te dringen zodra ze opkomen. Dat kan hoop schenken aan degenen onder ons die in Hongarije de strijd tegen hen voeren.