Waar blijft de Nederlandse opstand?

Youp van ’t Hek schreef afgelopen zaterdag wat velen denken: Nederland is een heel naar, rechts en benauwd land geworden. En dat moeten we niet willen. Lof en bijval alom, maar van een massale protestbeweging wil het maar niet komen. Hoe kan dat toch?
2 december 2011

Foto: Rutte sloopt meer dan je lief is (Dag van de Verontwaardiging, 20 november 2011).

Door Maina van der Zwan

Progressief Nederland is gefrustreerd. Dit kabinet sloopt lachend alles dat ons en toekomstige generaties lief is, en de oppositie lijkt niet verder te komen dan een motie van afkeuring. Het bezielde betoog van journalist Govert Schilling spreekt boekdelen. Hij vraagt zich af waar de protesten blijven en hoopt vurig dat Youp of een andere BN’er de boel op sleeptouw wil nemen – als het maar ‘iemand is met een hart en een stem. Iemand die ons in beweging krijgt.’

Schillings artikel is typerend voor de stand van links: boos, bezorgd en bereid in actie te komen, maar zonder vertrouwen in eigen kracht, verward over het succes van rechts en blind voor eigen ideologische zwaktes. Niet gek dus, dat het uitblijven van een volksopstand sommigen tot wanhoop drijft. Maar willen we tot nieuwe inzichten en doorbraken komen, dan kunnen we niet om het doorgronden van deze vraagstukken heen.

Vooropgesteld: het is helemaal niet zo gek is dat het verzet hier op een wat lager pitje staat dan elders in Europa. Daarin spelen zowel subjectieve als objectieve factoren een rol. Bovenalles de ongelijkmatige ontvouwing van de economische crisis. Vooralsnog lijkt het er op dat Nederland de dans ontspringt. Er is hier geen 40 procent jeugdwerkloosheid zoals in Spanje. Er zijn hier nog geen ontslaggolven. Volgens het SCP zullen de gevolgen van de crisis pas echt voelbaar worden vanaf 2012.

Hoewel er geen één-op-één relatie is tussen crisis en actiebereidheid, is die realiteit geen detail. Het maakt Ruttes verhaal dat we ‘nu moeten snoeien om straks weer te groeien’ makkelijker verkoopbaar. Al helemaal omdat het hele politieke spectrum onderschrijft dat er ‘nou eenmaal bezuinigd moet worden’.

Daarbij hebben we te maken met een gevestigd links en een vakbondstop die steeds meer naar de krappe marges van de onderhandelingstafel kijken om dingen gedaan te krijgen. Links is actievoeren ontleerd en opgeschoven naar het pluche. Zelfs Jan Marijnissen zei onlangs nog dat het woord socialisme bezoedeld is en de SP zich beter ‘sociaaldemocratisch met wat erbij’ kan noemen.

Tekenend

Dit is tekenend voor de trend: voor links staat besturen centraal. Protest is de garnering bij het electorale profiel geworden, in plaats van de noodzakelijke druk om tot echte verandering te komen. In die context is het niet verwonderlijk dat we bij het aantreden van het meeste rechtse kabinet uit de parlementaire geschiedenis niet in één klap naar de vijfde versnelling kunnen optrekken.

Maar geen van die factoren betekent dat de situatie in lood is gegoten. Nederland is onlosmakelijk verbonden met de schuldencrisis. Met de ontrafeling van de eurozone zullen we ook hier te maken krijgen met een neerwaartse spiraal van faillissementen, massaontslag en huisuitzettingen. Dan zal duidelijk worden dat Ruttes belofte net zo’n fabeltje is als het ‘zoet na het zuur’ van Balkenende.

Daarnaast beginnen er serieuze scheuren te ontstaan in de poldertraditie. De crisis in de FNV-top is een uiting van een richtingenstrijd tussen vasthouden aan de strategie van gefaseerd inleveren of omschakelen naar een koers van mobiliseren en als vakbeweging weer je tanden laten zien.

Ook de wereldwijde Occupy-beweging is een uiting van deze trendbreuk. Ze heeft in een paar maanden tijd het debat over ‘wat het probleem is’ verschoven van de machtelozen naar de machtigen; van moslims, migranten en mensen die zogenaamd niet zouden willen werken, naar de bankiers, corrupte politici en de graaiers aan de top.

Die impact is het grootst in de VS, waar nu Occupy en niet de Tea Party de toon zet, maar ook in Nederland heeft de leus van ‘Wij zijn de 99%’ een gevoelige snaar geraakt. De kracht van deze beweging is haar zelfactiviteit en haar frisse kritiek op het kapitalisme. Het zijn de kiemen van een nieuwe, strijdbare politiek van onderop, tegenover de oude mentaliteit van ‘mag het ietsje socialer en eerlijker?’

Perspectief

Wat betekent dit voor het perspectief van een protestbeweging in Nederland? Ten eerste dat we de barsten in het neoliberale bezuinigingsverhaal moeten vergroten. Daar moet een wig tussen gedreven worden en daar moet links op hameren. Nee, de vrije markt werkt dus niet. Publieke diensten horen in publieke handen.

Nee, het is niet onvermijdelijk dat gewone mensen de rekening moeten betalen voor een crisis die zij niet veroorzaakt hebben. Ja, we hebben alternatieven. Haal het geld waar het zit. Haal het bij de Quote 500, hun hypotheekrenteaftrek, de belastingontduikende bedrijven, de JSF en de oorlogsmissie in Kunduz.

Ten tweede moet links ophouden met haar morele appèl. Daar geef ik Kustaw Bessems met zijn ‘tips voor links protest’ gelijk. We hebben nu een jaar lang geroepen dat we verontwaardigd zijn over de onmenselijkheid van dit kabinet, over het uitzetten van vluchtelingen en het bezuinigen op chronisch zieken. Het werkt niet. Dit kabinet heeft een missie en is uit principe net zo doof als ze blind is.

De les is dat wie niet luisteren wil, moet voelen. Staken, blokkeren, bezetten – dát zijn de middelen die progressief Nederland ter hand zou moeten nemen om het tij te keren. En zullen we voor wat inspiratie wat vaker de grens overkijken? Groot-Brittannië heeft gisteren bewezen dat massastakingen geen puur Zuid-Europees verschijnsel meer zijn.

Bovendien is er hier wel degelijk een begin van strijd die verschil kan maken. Afgelopen 20 november legden werknemers van het openbaar vervoer het werk neer in de grote steden. Stakende schoonmakers, Milieudefensie en activisten van de Occupy-beweging kwamen hen steunen. De stakers namen op hun beurt deel aan de aansluitende ‘Mensen Boven Winst’-manifestatie op de Dam.

Nee, dit waren nog lang geen honderdduizenden demonstranten. Maar dit soort kruisbestuiving tussen daadwerkelijke actiedruk en een alternatief dat de rekening bij de 1 procent durft te leggen is wel degelijk de weg vooruit. Als Youp daar ook aan wil meewerken, is hij meer dan welkom.

Dit artikel verscheen eerder op Joop.