Van Aartsen criminaliseert activisten

Door Jeroen van der Starre
De Haagse VVD-burgemeester Van Aartsen heeft gisteren een aantal anarchistische activisten een gebiedsverbod opgelegd voor een deel van de Schilderswijk. Activisten werden thuis opgezocht en bedreigd met vervolging voor eerder geseponeerde verdenkingen van kleine vergrijpen.
De bedreigingen zijn een nieuw dieptepunt voor de autoritaire burgemeester. Eerder arresteerde de Haagse politie een aantal anarchistische activisten ‘preventief’, omdat ze aanwezig zouden willen zijn bij een niet-aangemelde demonstratie tegen politiegeweld. De enige ‘basis’ hiervoor was dat de politie hen ervan verdacht ‘gelieerd’ te zijn aan de Antifascistische Actie. Ook werden anarchistische organisaties geïnfiltreerd en probeerde de Haagse politie mensen te vervolgen wegens het aanplakken van een politieke muurkrant.
Ook nu gaat Van Aartsen behoorlijk creatief om met het recht. De website van Autonomen Den Haag meldt dat het gebiedsverbod dat de burgemeester uitvaardigt juridisch gebaseerd is op de ‘voetbalwet’, die bedoeld is om voetbalhooligans gebiedsverboden en meldplichten op te leggen. Dat deze wet nu wordt ingezet om linkse activisten de mond te snoeren en te intimideren stelt een zorgwekkend precedent.
De criminalisering van linkse activisten is vooral bedoeld om de schijn dat alles koek en ei is te wekken in Den Haag en de Schilderswijk, maar dat ‘externe factoren’ de orde verstoren. Daarmee probeert men de racistische en gewelddadige Haagse politie uit de wind te houden. Het is geen detail dat het Openbaar Ministerie volgende maand bekend zal maken of ze de moordenaars van Mitch Henriquez zullen vervolgen. Het ligt in de lijn der verwachting dat de agenten vrijuit zullen gaan en het heeft er daarom alle schijn van dat het optreden van Van Aartsen al anticipeert op de woede die zo’n besluit teweeg zal brengen.
Deze gang van zaken toont eens te meer hoe Van Aartsen het recht buigt naar zijn politieke doeleinden. Toen de Haagse gemeenteraad een motie aannam om het gebruik van stopformulieren in te voeren om etnisch profileren tegen te gaan, weigerde de burgemeester simpelweg om deze uit te voeren. De raad liet hem daar toen mee wegkomen.
Ook ontkende de burgemeester glashard dat een onderzoek naar etnisch profileren dat de Haagse politie door de Universiteit Leiden liet uitvoeren gemanipuleerd was, ondanks het feit dat een WOB-verzoek van Buro Jansen & Janssen het tegendeel bewees.
De opstelling van de autoriteiten tegen linkse activisten staat in schril contrast met de rechtse praatjes over vrijheid van meningsuiting voor figuren als Ebru Umar en Annabel Nanninga. Wie moslims beledigt, oproept tot deportaties of leugens over vluchtelingen verspreid heeft daartoe alle vrijheid. Maar wie de gevestigde macht aanklaagt, oproept tot gerechtigheid voor de slachtoffers van politiegeweld of zich uitspreekt tegen racisme krijgt in toenemende mate met repressie en geweld te maken.
De activisten die hier slachtoffer van worden verdienen brede steun en solidariteit. Als Van Aartsen wegkomt met zijn antidemocratische praktijken zullen dit soort methoden vaker, op meer plekken en tegen bredere groepen toegepast worden. Links moet daarom eensgezind zijn in haar veroordeling van Van Aartsen en het criminaliseren van activisten. Linkse en zich democratisch noemende partijen in de Haagse gemeenteraad zouden Van Aartsen moeten dwingen tot aftreden.