Turkije: Waren er één of twee staatsgrepen?

Sinds de mislukte staatsgreep in Turkije is Erdogan bezig zijn macht uit te breiden en de oppositie de mond te snoeren. De staatsrepressie keert zich niet alleen tegen de veronderstelde coupplegers, maar tegen een veel grotere groep van politieke tegenstanders van de AKP. Sommigen linkse groepen in Turkije spreken daarom over een 'tweede coup'. Volgens Şenol Karakaş van DSiP, zien zij fundamentele verschillen over het hoofd.
5 augustus 2016

Turkije is een interessant land. In het land waarin, samen met de mislukte staatsgreep van 15 juli jl., vijf serieuze staatsgrepen hebben plaatsgevonden wordt het woord ‘staatsgreep’ toegepast op wat men maar wil. De veelheid gebruiken van het begrip staatsgreep wordt alleen overtroffen door de veelheid aan betekenissen die voor het begrip ‘fascisme’ gebruikt worden.

Zoals tegenwoordig termen als ‘civiel fascisme’, ‘militair fascisme’, ‘koloniaal fascisme’, ‘islamofascisme’ en ‘open fascisme’ worden gebruikt, zo horen we ook over een ‘civiele staatsgreep’, ‘islamitische staatsgreep’ en ‘paleiscoup’.

De werkelijkheid is anders.

Een staatsgreep is een militair proces. Dat kan niet terzijde worden geschoven. Coupplegers zijn niet te vergelijken met de politici die het doelwit zijn van staatsgrepen, zelfs als die politici meedogenloos rechts beleid voeren. Een militaire staatsgreep is niet te vergelijken met een autoritair parlementair regime. Het punt is hier dat de strijd tussen een parlement en een staatsgreep niet een strijd is tussen gelijkaardige machten. Ongeacht hoe rechts of corrupt de partijen in de regering ook zijn, een parlement vertegenwoordigt een vorm van democratie die kan niet gelijkgesteld worden met een militaire staatsgreep.

Democratie en het parlement als een platform voor democratie zijn uitdrukkingen en resultaten van de strijd die onderdrukten hebben gevoerd en van de voortdurende strijd van onderaf voor meer rechten. Terwijl de strijd van onderaf gericht is tegen beperkingen van democratie, gaan de heersende klasse, de racistische, rechtse, centrum-rechtse en zelfs sociaal-democratische partijen voor meer beperkingen. De omvang van de strijd van onderaf en haar vermogen om behaalde successen permanent te maken kunnen de druk vanuit de heersende klasse verminderen. Maar een militaire staatsgreep is iets totaal anders. Als de staatsgreep gelukt was, dan was de strijd ertegen als een gevecht waarbij je handen en voeten geketend en je ogen en mond afgeplakt zijn.

Er is een radicaal verschil tussen een politiek regime waarin het leger de macht in handen heeft en een politiek regime dat wordt beheerst door een macht die verkozen moet worden. Terwijl het in het laatste geval mogelijk is om de achterban terug te winnen, om de tegenstander politiek te verslaan, om hem te slim af te zijn met sociale dynamiek, eisen ​​te stellen, om te winnen, is in het eerste geval de militaire macht in staat om het verzet van de massa af te schaffen door onderdrukking van ideeën, van protesten, van de vrijheid van meningsuiting en organisatie op allerlei manieren. Ze zouden een tijdelijk verbod instellen op alle organisaties die blijven vechten voor burgerrechten.

Wat betekent dit? Het betekent dat de strijd op 15 juli geen strijd was tussen twee staatsgrepen. Op 15 juli hebben de coupplegers mensen aangevallen die door de bevolking waren verkozen. Ook al heeft de regering autoritaire neigingen, willen ze een presidentieel systeem doordrukken en democratische gewoontes wegduwen — het parlement en de democratische mechanismen moesten beschermd worden. Het leger vermoordde mensen die zich tegen de coup verzetten om haar wil door te drijven.
Wat we zien zijn niet twee verschillende staatsgrepen.

Op 15 juli werd slechts één staatsgreep gepleegd. Het was heel belangrijk dat deze staatsgreep verslagen werd. Het is belangrijk om invloed uit te oefenen op de beweging die de staatsgreep verslagen heeft. Het is van cruciaal belang om de staatsgreep af te wijzen, om je te verbinden met de massa’s die tegen de staatsgreep in opstand kwamen, om bewegingen te steunen en te organiseren zodat staatsgrepen totaal verslagen worden en er weerstand wordt geboden aan autoritaire stromingen en aan de inperking van democratie, om een hervatting van het vredesproces met de Koerden af te dwingen en de steun voor autoritaire partijen te verminderen.

Om te voorkomen dat staatsgrepen plaatsvinden, om de radicale stappen te zetten die alle structuren zullen veranderen van het onderwijs, de politiek en de staat die steeds militaire coupplegers voortbrengen, moeten we zij aan zij strijden tegen iedere staatsgreep. In die strijd kunnen we de autoritaire maatregelen en de noodtoestand terugdwingen.