Supermarkten en kabinet schuldig aan prijsverhoging

De Albert Heijn heeft deze week de prijzen verhoogd van vijfduizend producten. Andere supermarkten hebben aangekondigd dat ze de prijsverhoging zullen volgen. De supermarkten berekenen daarmee de nieuwe verpakkingsheffing door aan de klant.
6 mei 2008

Supermarktschappen

In totaal wordt een prijsstijging van één procent verwacht. Deze stijging komt bovenop de prijsstijgingen die in de afgelopen maanden al hebben plaatsgevonden als gevolg van de voedselcrisis en de exploderende brandstofprijzen. De supermarkten en de regering proberen de schuld op elkaars bord te schuiven.

De supermarkten stellen zich in hun verklaringen op als kleine buurtkruideniers, die de duimschroeven krijgen aangedraaid door de belastinginner en de leveranciers. De Albert Heijn plaatste een advertentie in landelijke dagbladen waarin de supermarktketen zich beklaagt over de ‘gedwongen prijsstijging’. De Telegraaf, nooit te beroerd om spreekbuis te zijn voor inhalige ondernemers, laat adjunct-directeur René Roorda van het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel aan het woord. Die stelt: ‘Dit soort heffingen wakkert de inflatie alleen maar aan en zijn schadelijk voor zowel de consument als de supermarkt.’

Natuurlijk heeft de winkel die altijd op de kleintjes past altijd het allerbeste voor met de klanten. Maar wat de woordvoerders van de supermarkten er niet bijzeggen, is dat ze diezelfde klanten in de afgelopen periode al met veel plezier een poot hebben uitgedraaid door de prijzen sterk te verhogen, zonder dat daar enige belastingverhoging aan ten grondslag lag. Zodra de grootste spelers op de markt via de ‘prijzenoorlog’ hun kleinere concurrenten hadden uitgeschakeld, verhoogden ze hun prijzen – en winsten – al tot ver boven het niveau van voor de prijzenslag.

De regering heeft net zoveel te dure boter op haar hoofd. Ministers en een kamermeerderheid zeggen geschokt te zijn over het feit dat de verpakkingsheffing wordt doorberekend aan de klant. De heffing, die de staatskas 240 miljoen oplevert, was namelijk bedoeld om bedrijven aan te moedigen milieuvriendelijkere manieren van verpakken te kiezen.

Maar als het hier echt om ging – en niet om het binnenslepen van een aardig extraatje op het budget – dan waren er allerlei doeltreffendere manieren te bedenken. De regering zou probleemloos strengere regels kunnen invoeren om bedrijven te dwingen milieuvriendelijker te produceren en verpakken. Maar dat past natuurlijk niet in de gedeelde agenda van het kabinet én Verdonk om ‘de bureaucratie’ en ‘regeldruk’ terug te dringen… voor de multinationals althans.

En dus kiest het kabinet, op een moment dat de prijzen al de pan uitrijzen, voor een maatregel waarvan je op je vingers kon natellen dat die zou leiden tot nog meer prijsstijging. En omdat die stijging vooral opgaat voor consumptiegoederen, en armere mensen per definitie een groter deel van hun inkomen aan dit soort goederen uitgeven, is dit ook nog eens een manier om inkomensverschillen te vergroten.

Wilders en Verdonk zullen wel weer in de startblokken staan om te roepen dat het ‘linkse’ kabinet via belastingen de arme ondernemers en de brave belastingbetalers te grazen neemt. In werkelijkheid gaat het om ordinaire klassenpolitiek. De supermarkten strijken de winst op, Wouter Bos spekt de staatskas met zuiver neoliberaal beleid, en gewone mensen betalen aan de kassa als enige de prijs.