Studenten tot toeschouwersrol veroordeeld op eigen protest
De dag begon met een protestmars van de Haagse Hogeschool naar het Malieveld. Deze mars was georganiseerd door ROOD en Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs (JOB). Op het plein voor de hogeschool was een buitenproportionele politiemacht aanwezig en werden aanwezigen door moderne camera-apparatuur vastgelegd.
Ongeveer tweehonderd mensen namen deel aan de mars die vrijwel de gehele route van leuzen was voorzien. Hier en daar werden mensen overstemd door vervelende fluitjes die geen boodschap met zich meedroegen. De leuzen gingen voornamelijk over de tweedeling die wordt veroorzaakt door de op handen zijnde maatregel. Zo werd gezongen dat het geld dat wordt wegbezuinigd ‘allemaal naar Wassenaar gaat’ en dat studeren een recht is, geen privilege. De mars was fanatiek, droeg een duidelijke boodschap uit naar omstanders en gaf een stem aan de demonstranten.
Een groot contrast met de manifestatie op het Malieveld waar de mars eindigde en werd verwelkomd met een groot podium, inclusief scherm en dancemuziek. De rol voor de demonstranten was duidelijk: die van toeschouwer. Er was een presentator die het programma aan elkaar praatte en veel grappen maakte, wat het geheel meer tot een show maakte dan een uiting van onvrede met de afschaffing van de basisbeurs. Bovendien was een aantal grappen behoorlijk onsmakelijk en vond hij het een goed idee de aanwezige meiden te verzoeken hun kleding uit te doen.
Het inhoudelijke programma paste prima bij de bombastische vorm. FNV-voorman Heerts riep het publiek op boze wijze toe dat zij het kapitaal is van de samenleving, maar liet volkomen na om deze maatregel te plaatsen in het bredere kader van de aanval op mensen aan de onderkant en hoe daartegen te organiseren. In plaats daarvan deed hij een oproep aan de Eerste Kamer het plan van tafel te stemmen. De organisatie had verder het lumineuze idee een debat te organiseren tussen parlementaire tegenstanders. Uitermate opmerkelijk op een demonstratie waar zich slechts tegenstanders hebben verzameld en hun positie dus allang hebben bepaald.
Debat
Het ‘debat’ was een schertsvertoning. Een voorstelling zoals we die kennen van tv, vlak voor een verkiezing. Het was dan ook voornamelijk een aaneenschakeling van oneliners en misleidende retoriek. De onwetende voorbijganger moet hebben gedacht dat hij terecht was gekomen in een campagnetour. Er was ook plaats voor Beertema van de PVV, die op zijn vingers werd getikt voor de racistische uitsluitingspolitiek van zijn partij. De presentator kapte deze terechte kritiek echter af door te stellen dat het maar over één onderwerp diende te gaan. Onzinnig, want de kritiek paste in de context en racisme dient op elke plek te worden bestreden. Overigens werd alle kritiek die in de vorm van leuzen soms opkwam meteen afgekapt door de presentator.
De demonstranten (of het publiek) begonnen steeds meer te morren en vooral vooraan ontstond een boze sfeer na de zoveelste leugen over het leenstelsel. Vooral Jesse Klaver was onzeker en maakte zichzelf ongeloofwaardig door clichés te gebruiken die de afgelopen maanden talloze malen zijn herhaald: ‘investeren in jezelf’, ‘kwaliteit van het onderwijs’ en ‘het stelsel is sociaal’. De bekende politieke mooipraterij om een lelijk voorstel te verkopen, door dezelfde personen die eerder op een podium stonden om studenten zogenaamd te steunen, maar toen in de oppositie zaten.
Romée uit Utrecht is woedend. Ze springt, maakt gebaren en schreeuwt naar het podium. Enigszins bedaard zegt ze: ‘Ze doen beloftes die ze helemaal niet waarmaken. Ik weet helemaal niet waar mijn geld naartoe gaat. Ik moet straks vijfendertig jaar rente gaan betalen en als Bussemaker denkt dat ze het allemaal bij ons kan komen halen heeft ze het mis.’ Als ze zich realiseert dat studenten niet de enige groep zijn die worden gepakt merkt ze op: ‘Wij moeten een derde van ons inkomen inleveren.’ Ze weet niet wat de vervolgstap moet zijn als het plan door de Eerste Kamer komt. ‘Ik ben radeloos. Ik wou dat ik mijn stem op GroenLinks kon intrekken. Als ik dit had geweten, had ik nooit op ze gestemd.’
Trucs
De enige praktische woorden die het publiek in ontvangst mocht nemen kwamen van een hoogleraar die wees op politieke trucs met statistieken om het leenstelsel in een wat positiever licht te zetten. Zo wordt het feit dat een groot deel van de studenten met een schuld van 50.000 euro wordt opgezadeld weggemiddeld tegen de thuis studerende Mbo studenten. Zo kan de ‘antistudentcoalitie’ nu verkopen dat de schulden gemiddeld niet zo hoog zullen worden. Ook riep hij op niet meer te stemmen op de ‘antistudentcoalitie’ van VVD, D66, PvdA en GroenLinks, en was hij zeer stellig over actievoeren als onderdeel van de democratie. Ook als de plannen worden goedgekeurd moeten mensen doorgaan met actievoeren, vindt hij.
Net zo curieus als het debat was de uitnodiging voor Jet Bussemaker om haar plan te komen verdedigen. Maar ver kwam ze niet. De toehoorders waren inmiddels voldoende bestookt met lege retoriek en deactiverende oneliners en maakten haar het spreken onmogelijk. ‘Leugens!’, werd er geroepen en er werd wat rokend vuurwerk afgestoken. Bussemaker probeerde onder luid gefluit en boegeroep haar ding te doen, maar moest de aftocht blazen toen ze een paar tomaten naar zich toe kreeg gegooid. De organisatie bemerkte hierbij dat de makke toeschouwersrol van de demonstranten was afgedaan en liet de presentator abrupt het einde van de manifestatie aankondigen.
Kelvin uit Amsterdam: ‘Het was mijn eerste demonstratie en was tevoren wel wat gespannen. De reden dat ik hier ben is dat ik heel erg kijk naar de sociale effecten van wat Nederland doet. Ik zie een sociale kloof tussen arm en rijk en ik zie die kloof alleen maar toenemen. Ik hoor ze hier zeggen dat mensen in zichzelf moeten investeren, maar mensen zijn een rekensommetje. Er staat een bedrag op je hoofd, je investeert niet in jezelf, je levert in voor de economie. Ik voelde emotie als mensen achter me stonden te schreeuwen. Ik denk dat je stem laten vallen altijd slecht is. Je moet altijd voor je rechten blijven opkomen. Als je dit elke maand doet en blijft doorzetten, kijk maar naar de acties tegen Zwarte Piet. Uiteindelijk moeten ze wel.´
De dag was uiteindelijk met de mars een voorbeeld van een goede demonstratie, namelijk in beweging met actieve demonstranten je geluid laten horen. Tegelijkertijd werd met de manifestatie getoond hoe het niet moet, namelijk inactief naar politici luisteren. Politici zonder verhaal en met een wens hun onzin te verkopen dan wel stemmen te winnen en geen aanknopingspunten bieden voor verdere strijd. De feestelijk aandoende bijeenkomst, waaraan demonstranten geen enkele bijdrage leverden dan hun aanwezigheid, zal op weinigen indruk hebben gemaakt. Niet op politici en niet op demonstranten zelf. Pas toen er boosheid onder de demonstranten zichtbaar werd, kwam er een gevoel van zinvolheid. Vandaar dat ook op dat moment de manifestatie snel ten einde werd gebracht. Deze bewuste constructie van het ontnemen van betrokkenheid zou er weleens voor kunnen zorgen dat het aantal demonstranten de volgende keer nog lager is.