Sri Lanka: onderdrukking is geen vrede

Het leger van Sri Lanka heeft deze week zijn brute verovering afgerond van de gebieden van het eiland die in handen waren van de Tamil Tijgers: de Bevrijdings Tijgers van Tamil Eelam (BTTE). De meeste leiders van de Tijgers zijn vermoord.
22 mei 2009

Agent bewaakt Tamil vluchtelingen

Door Ken Olende

De enthousiaste berichten in de media over de nederlaag van de Tamil Tijgers en de nieuwe mogelijkheden voor vrede gaan voorbij aan twee feiten. Ten eerste is het Srilankaanse leger verantwoordelijk voor meer dan zevenduizend burgerdoden in de Tamilgebieden. De vluchtelingen die we de afgelopen weken hebben zien ‘ontsnappen’ uit Tamilgebieden zitten inmiddels waarschijnlijk in ‘herplaatsingskampen’, ingericht door een anti-Tamil regering.

Ten tweede begon de crisis niet met een plotselinge opstand van separatisten in 1983. De afscheidingsbeweging van de Tamils was een antwoord op decennialange discriminatie en pogroms, waartoe de machthebbers uit de Sinhala-meerderheid aanzetten. Het Britse koloniale bestuur had al gebruik gemaakt van etnische verschillen om hun macht te versterken, en na de onafhankelijkheid werden die verschillen verder opgestookt.

Maar er bestond ook een andere traditie van gezamenlijke strijd, die op zijn minst terugging tot een stakingsbeweging in 1906. In 1912 werd een grote staking op het spoor verslagen nadat het management met succes anti-Tamil sentimenten had opgestookt. Maar gezamenlijke stakingen op het spoor en in de haven waren succesvol in 1920, en werden gevolgd door een algemene staking in 1923.

Toen de Verenigde Nationale Partij (VNP) bij de onafhankelijkheid in 1948 aan de macht kwam, nam ze als een van haar eerste besluiten Tamil-arbeiders op de theeplantages die al meer dan een eeuw in het land woonden hun stemrecht af. Veranderingen in het onderwijssysteem en de publieke sector beroofden Tamils uit de middenklasse van hun kansen op werk voor de overheid.

Door een splitsing in de VNP in 1951 ontstond de Sri Lanka Vrijheids Partij (SLVP), die zichzelf socialistisch noemde. Maar deze partij was nog extremer in haar Sinhalese nationalisme. Daarnaast benadrukte de SLFP het boedhistische karakter van Sri Lanka. De meerderheid van de Sinhala zijn boedhistisch, de meeste Tamils Hindu.

Er waren grote, vreedzame demonstraties van Tamils tegen dit beleid. Deze demonstraties werden met veel geweld aangevallen, en 150 Tamils kwamen om bij rellen in het hele land.

De onderdrukking verergerde nog onder regeringen in de jaren zeventig, ook al noemden die regeringen zichzelf links. Na nieuwe rellen in 1977 sloegen 35 duizend Tamils op de vlucht. Veel aanvallen werden uitgevoerd met steun van de politie. In die tijd ontstond de BTTE, met een programma van gewapend verzet. Hun invloed groeide naar mate de onderdrukking doorging.

De Tamil-socialist A. Sivanandan zei kort geleden: ‘Er zal geen vrede zijn omdat de oorzaken van de gewapende strijd niet zijn weggenomen: de massale discriminatie, het racisme, de censuur, de moord op journalisten in het Zuiden en iedereen die zich verder nog uitspreekt.’

We moeten de realiteit achter de oorlog in Sri Lanka blijven onthullen, de regering dwingen op te treden tegen wapenhandel met het land, en zorgen dat het onderdrukkende regime buitengesloten en geboycot wordt.