Solidariteitsprotesten Ferguson confronteren racistisch systeem

Darren Wilson, de witte agent die in augustus een ongewapende zwarte jongen doodschoot, wordt niet vervolgd. Deze uitspraak leidde tot grote woede in de Verenigde Staten. De dood van Michael Brown en de vrijspraak van Wilson staan symbool voor het racistische karakter van justitie en politie in de VS.

Na de uitspraak gingen door het hele land mensen de straat op. In meer dan 170 steden werd gedemonstreerd. In New York blokkeerden demonstranten drie bruggen, terwijl ze in Oakland, Californië de centrale snelweg overnamen. De politie reageerde op veel plekken met bruut geweld, waarbij ook veilige zones die door kerken en buurtgroepen waren ingesteld werden aangevallen.

Uit transcripties van de jury blijkt dat de verklaring van Wilson tegenstrijdig is met die van de getuigen. Volgens Wilson viel Brown hem aan, werd hij ‘meer dan tien keer’ door Brown geslagen en raakte hij hierbij gewond. Ook zou Brown het pistool van Wilson hebben gegrepen en ‘meer dan drie keer’ de politiewagen in geleund hebben.

Maar uit videobeelden blijkt dat Wilson slechts twee uur na de schietpartij het bureau verliet zonder zichtbare verwondingen. Daarnaast zat er slechts een minuut tussen het radiobericht van Wilson dat hij Brown had gezien en de tweet van een getuige dat hij had gezien dat Brown was doodgeschoten. Verschillende getuigen hebben bovendien verklaard dat het Wilson was die Brown de auto in trok en op hem schoot toen deze probeerde te ontkomen.

De Amerikaanse president, Barack Obama, zei dat de beslissing moet worden gerespecteerd, omdat de Verenigde Staten een ‘rechtsstaat’ is. Maar de moord op Brown staat niet op zich. Voor miljoenen zwarte Amerikanen betekent de ‘rechtsstaat’ enkel het recht van de politie om zwarte jongeren dood te schieten. Het brute politiegeweld tegen de demonstranten is hiervan opnieuw een bevestiging.