Solidariteit versus sociaal-chauvinisme
Volgens Jasper van Dijk zijn de concentratiekampen zoals in Libië noodzakelijk om een ‘selectie’ te maken – ‘echte’ vluchtelingen zijn welkom, maar arbeidsmigranten niet. Die drukken namelijk onze lonen, zo luidt de liberale redenering van Van Dijk.
Het is een pijnlijk voorbeeld van het afstoten van socialistische principes bij de SP. Arbeidsmigratie is zou oud als het kapitalisme zelf en internationale solidariteit behoort sinds Marx en Engels tot onze kernprincipes.
Rechts gebruikt arbeidsmigratie om de lonen te drukken en gebruikt racisme om de schuld af te schuiven op de arbeidsmigranten zelf. Zo proberen ze verschillende groepen werkenden tegen elkaar uit te spelen en een gezamenlijke strijd te voorkomen. Het zijn de rechtse politici en de bazen die de lonen drukken – niet de arbeidsmigranten. En hoe meer zij erin slagen om ons tegen elkaar uit te spelen, hoe beter ze dat lukt.
Het socialistische antwoord is klassensolidariteit: dat betekent dat we ons niet uit elkaar moeten laten spelen en gezamenlijk en solidair moeten staan tegen de rechtse aanvallen en voor de verdediging van onze levensvoorwaarden. Het ontkrachten van de racistische leugens is daar een onlosmakelijk onderdeel van.
De SP-top keert zich echter juist tegen arbeidsmigranten en laat na om haar leden en achterban ideologisch te wapenen tegen de rechtse verdeelen- heers-politiek. Ze gaat zelfs zover te zeggen dat antiracisme – ‘identiteitspolitiek’ – de klassenstrijd zou verzwakken. Op deze manier werkt ze rechts in de hand.
In feite is het namelijk precies andersom: echte klasseneenheid betekent niet alleen vechten voor gezamenlijke belangen, maar ook tegen aanvallen op specifieke delen van de arbeidersklasse, zoals vrouwen en migranten. An injury to one is an injury to all.