Schokken van een donker verleden bij aardbeving Chili

Na de grote aardbeving van eind februari is in Chili de staat van beleg afgekondigd. Het feit dat het leger verregaande bevoegdheden heeft gekregen, laat zien hoe wankel de staat in Chili in feite is. Maar de maatregel doet ook denken aan de verschrikkingen van de laatste keer dat de militairen in het land de lakens uitdeelden, ten tijde van het bloedige terreurbewind van Augusto Pinochet.
11 maart 2010


Foto: onder leiding van generaal Pinochet terroriseren Chileense militairen de straten van Santiago met een schrikbewind tegen vakbonden en links (1973)

Door Mike Gonzalez

Aardbevingen brengen zaken aan het licht die daarvoor aan het oog onttrokken waren. Het zijn crises die bij sommigen het beste en bij anderen het slechtste naar boven brengen. Dit zien we bij de recente aardbeving in Chili maar al te goed.

Deze aardbeving was de op vier na krachtigste in de geschiedenis, met een kracht van 8.8 op de schaal van Richter. De aardbeving werd gevolgd door enorme vloedgolven die hele vissersdorpen langs de kust hebben weggespoeld. De beving was veel krachtiger dan die op Haïti twee maanden geleden, en heeft ook een veel groter gebied getroffen. Het is nog onduidelijk wat het effect van de ramp zal zijn op de lange termijn. Het aantal slachtoffers is met ongeveer duizend veel lager dan op Haïti. Toch zijn er zo’n anderhalf miljoen huizen beschadigd, waarvan een half miljoen bijna helemaal is verwoest. In het stadje Lampa veroorzaakte de aardbeving een brand in drie fabrieken waar plastic wordt gemaakt, waardoor giftige wolken ontstonden.

Dit zijn de feiten, of althans een paar van de feiten. Aardbevingen zijn natuurrampen, en Chili is er bijzonder kwetsbaar voor. Maar de verschrikkingen die na een aardbeving plaatsvinden zijn het gevolg van menselijk optreden. Veel van de gebeurtenissen die plaatsvonden na 27 februari 15.30 uur, het tijdstip van de beving, komen bekend voor. De regering van Michelle Bachelet reageerde aanvankelijk traag en aarzelend. Het duurde dagen voordat voedsel en water de slachtoffers bereikten. Toch weigerde de regering noodhulp te accepteren die uit Mexico, Taiwan en elders werd aangeboden.

Noodhulp

Vlak na een ramp is noodhulp essentieel: voedsel, water, en onderdak. Als daarin niet wordt voorzien, dan gaan mensen er zelf voor zorgen. Internationale persbureaus hadden binnen een etmaal verslaggevers in de getroffen gebieden op de been, maar de reactie van de kant van de autoriteiten was minder efficiënt. De Chileense vloot liet namelijk na een tsunami-alarm af te kondigen, ook al waren er vloedgolven voorspeld. Na de ramp beweerde de vloot een fax te hebben rondgestuurd!

Toen de hulp niet op gang kwam namen mensen het heft in eigen handen. Ze zullen hebben gemerkt dat de rijke delen van de hoofdstad Santiago weer snel elektriciteit en telefoon hadden. De arbeiderswijken moesten hier een week op wachten. In de buurt van het epicentrum Concepción verhoogden de supermarkten die nog overeind stonden direct hun prijzen. Zoals te verwachten was werden mensen daar boos over en namen ze zonder te betalen mee wat ze nodig hadden of wilden hebben uit de schappen van supermarkten als Líder. Líder (‘Leider’) is een dochterbedrijf van Wal-Mart, de multinational die na Exxon Mobil de grootste omzet ter wereld kent. Het verzamelen van voedsel sloeg in de gespannen sfeer om in ‘plunderen’. En dat rechtvaardigde de afkondiging van de staat van beleg, net als in Haïti.

Het leger kwam in actie, niet om hulp te brengen, maar om winkels en huizen te beschermen. Uit Concepción kwamen rapporten binnen van eenheden die hinderlagen legden voor ‘plunderaars’ en ze bestookten met traangas en waterkanonnen. In de stad Talcahuano vielen militairen mensen aan die probeerden zeecontainers open te breken die bananen, suiker en olie zouden bevatten. Wereldwijd is voor de Chilenen veel minder solidariteit te bespeuren dan voor de mensen op Haïti. Je zou kunnen zeggen dat dat komt omdat er in Haïti helemaal niets meer was om over te vechten.

Legercoup Pinochet

Maar er zijn dieper liggende oorzaken voor de ellende, en die hebben te maken met Chili’s geschiedenis. Dit is namelijk niet de eerste keer dat het leger de macht overneemt in het land. Het gebeurde eveneens in 1973, toen Augusto Pinochet met een legercoup de gekozen linkse president Salvador Allende omverwierp. De staat van beleg was in sommige gebieden al afgekondigd voordat de coup plaatsvond.

Onder Pinochet werd de bevolking geterroriseerd. De actieve en strijdvaardige Chileense vakbond werd verwoest; alles wat links was werd vermoord, gemarteld en verbannen. De sociale hervormingen die Allende had doorgevoerd, werden teruggedraaid. Dit waren ideale omstandigheden voor de eerste experimenten in neoliberale economie. De economie werd opengegooid voor buitenlandse investeerders.

Multinationals verplaatsten hun fabrieken naar Chili, waar elke vakbond verboden was en arbeid goedkoop. Net als bijvoorbeeld in het Engeland van Margaret Thatcher, die erg te spreken was over Pinochet, werd de economie geprivatiseerd. Pensioenfondsen kwamen uit handen van de staat en werden speeltuinen voor corrupte investeerders. De gezondheidszorg en het onderwijs werden geprivatiseerd. De watervoorziening werd verkocht aan bedrijven die water gebruikten in de mijnbouw, en die het vervuilde water vervolgens weer aan het publiek leverden.

Marktsysteem

De bouwsector is enorm gegroeid in de afgelopen twee decennia. Maar dit vond plaats onder neoliberale omstandigheden met weinig controle, en het ging gepaard met een lucratieve handel in bouwvergunningen. De nieuwe huizen waren niet voor de armen of voor de arbeiders, maar voor de middenklasse en hogere klasse, die de vruchten plukten van het marktsysteem van Pinochet.

De tragiek van Chili is dat de regeringen die na het aftreden van Pinochet in 1990 aan de macht kwamen, nalieten hem juridisch te veroordelen. De economische macht die hij en zijn familie hadden opgebouwd werd niet gebroken. Eén christen-democraat (Eduardo Frei, die de afzetting van Allende had gesteund) en twee achtereenvolgende socialistische presidenten (onder wie Bachelet zelf) lieten het neoliberale bestel onaangeroerd. Bachelet’s snelle invoering van de noodtoestand en de onwil om de buitenwereld te laten helpen, zouden iets te maken kunnen hebben met een aantal zaken die door de aardbeving aan het licht zijn gekomen.

De aardbeving liet zien dat het grote Chileense economische experiment, bejubeld door de aanhangers van de vrije markt, slechts voor een handjevol mensen een succes is. De grote meerderheid van de bevolking moet nog altijd vechten voor haar bestaan. De Chilenen moeten betalen voor zorg en onderwijs. Ze overleven op een salaris waarmee ze in ongeveer een derde van hun primaire levensbehoeften kunnen voorzien. Bachelet zegt één van de linkse presidenten te zijn die de laatste tien jaar aan de macht is gekomen op het Zuidamerikaanse continent. Inderdaad zijn er wat schendingen van de mensenrechten aan de kaak gesteld en is een aantal van Pinochets beulen alsnog veroordeeld. Maar Bachelet distantieerde zich van het meer radicale verzet tegen de wereldwijde economie zoals dat van Hugo Chávez in Venezuela en Evo Morales in Bolivia.

Dertig jaar verraad

Dit is de achtergrond van de aardbeving. Het is niet verwonderlijk dat de arbeiders van Chili woedend hebben gereageerd op het falen van de staat. De afkondiging van de staat van beleg en de instelling van een avondklok van zes uur ’s avonds tot twaalf uur ’s middags zullen bij velen nare herinneringen oproepen. Het ‘nieuwe’ Chili is gebouwd over de lijken van mensen die vochten voor een rechtvaardiger samenleving in de korte periode van Allende’s regering. Het is ongelooflijk dat de regering nu heeft voorgesteld om geld in te zamelen voor de slachtoffers door private media via het liefdadigheidsprogramma ‘Telethon’, in plaats van het geld te halen waar het zit: bij de rijken die lange tijd geprofiteerd hebben van de economische ontwikkeling.

Sommige linkse mensen zeggen dat de Chilenen minder solidariteit aan de dag leggen in tijden van rampspoed dan in periodes van politieke strijd. Maar de afstomping van de Chilenen is het gevolg van dertig jaar verraad door bewindslieden die claimen voor het volk te spreken. De genadeklap is de installatie deze week van Sebastien Piñera als president. Hij is de rijkste man van Chili en net als zijn neoliberale vrienden in de rest van de wereld, zullen zijn bedrijven zonder twijfel flink gaan profiteren van de wederopbouw van het land.

De meerderheid van de Chilenen wacht een moeilijke tijd. Maar het nadenken over hun eigen daden van dapper en standvastig verzet in het verleden, kan voor het heden inspiratie opleveren om te organiseren en solidariteit te tonen, en voor de toekomst nieuwe hoop.

Dit is een vertaling van het artikel Chile: Tremors of the past (Socialist Worker)