Rutte IV vraagt om principiële oppositie en verzet

Beeld: YouTube / Rijksoverheid
Het vertrouwen in de nieuwe regering-Rutte was historisch laag. Toch zijn onze bewindspersonen erin geslaagd om in de eerste week nog verder door de mand te vallen. Links moet dit kabinet op een fundamentele basis bestrijden. Van de parlementaire linkse oppositie kunnen we echter bar weinig verwachten.
25 januari 2022

Meteen in de eerste week van het nieuwe kabinet-Rutte werd glashelder dat we nog altijd te maken hebben met hetzelfde autoritaire neoliberalisme dat ons het toeslagenschandaal bracht. Het kabinet liet tienduizenden Groningers een dag lang in de rij staan voor een subsidie, terwijl vooraf vaststond dat er te weinig geld beschikbaar was. Nadat de beelden van de lange rijen tot grote woede leidden, kwam het nieuws dat de gaskraan weer verder open moet. Het is de bekende oude combinatie van winst-boven-alles en een diepe minachting voor gewone mensen die de prijs betalen voor dat beleid.

Covidstrategie

De ‘nieuwe bestuurscultuur’ wordt daarbij ingezet als wapen om de kloof tussen wat dit kabinet is en hoe het zich wil voordoen te maskeren. Dat blijkt wellicht het duidelijkste uit het coronabeleid, waarover in het regeerakkoord niets vermeld stond. Door Ernst Kuipers als minister van Volksgezondheid naar voren te schuiven probeert het kabinet de indruk te wekken dat het de volksgezondheid en de belangen van zorgwerkers centraal wil stellen, maar het tegenovergestelde is het geval. Terwijl de besmettingen explodeerden, zette het kabinet in op nieuwe versoepelingen.

Toen horecaondernemers dreigden hun zaken tegen de regels in te openen, zei VVD-minister Yesilgöz van Justitie doodleuk dat zij daar niet tegen zou optreden. VVD-fractievoorzitter Hermans voerde ondertussen een rechtse oppositie tegen haar eigen kabinet en eiste een ‘langetermijnstrategie’. Dat is wat de VVD onder ‘dualisme’ verstaat: oppositiefracties moeten ‘meedenken’ en zich zo medeverantwoordelijk maken voor het regeringsbeleid, regeringsfracties kunnen ondertussen oppositie voeren tegen hun eigen kabinet om het beleid verder naar rechts te trekken.

Bovendien heeft het er alle schijn van dat er allang een langetermijnstrategie voor het coronacrisis ligt. Het vorige kabinet heeft enerzijds de belangen van de economie centraal gesteld en daarom laks opgetreden. Anderzijds heeft het allerlei symbolische of willekeurige maatregelen genomen om dat te verhullen. Daardoor hobbelden we twee jaar lang van de ene naar de andere lockdown, terwijl de zorg alsnog overstroomde, vele duizenden mensen onnodig stierven en zeker tienduizenden chronisch ziek zijn geworden. Deze impasse moet inderdaad worden doorbroken, maar in plaats van te kiezen voor een zero-covidstrategie, is het kabinet aan het voorsorteren op het volledig laten uitrazen van het virus. Werkgeversorganisatie VNO-NCW eiste in januari al de volledige heropening van de samenleving en het is duidelijk dat de VVD dit van harte ondersteunt. Hoe langer het huidige zwalkbeleid voortduurt, des te sterker dit kamp zal worden. Kuipers zal straks het gezicht zijn van beleid dat ook uit de koker van coronaontkenners als Willem Engel had kunnen komen.

Flinterdun

De zogenaamd progressieve uitstraling van dit kabinet is flinterdun. Er zitten veel vrouwen in, dat is het wel zo’n beetje. De 20 ministers bezitten samen 42 woningen. Is het heel vreemd dat zij de woningmarkt vooral als een verdienmodel voor huisjesmelkers en speculanten blijven zien? De premier en twee van de drie vicepremiers hebben Shell, Unilever en/of McKinsey op hun cv staan. Zijn we echt verbaasd dat het nieuwe kabinet ervoor kiest om de belastingen op vermogen en winst te verlagen, terwijl alle regeringspartijen in hun verkiezingsprogramma beloofden om het tegenovergestelde te doen? Of dat hun ‘klimaatbeleid’ grotendeels neerkomt op miljardensubsidies voor het bedrijfsleven?

Niet verwonderlijk dat dit kabinet alleen van VVD-stemmers het voordeel van de twijfel krijgt – zij krijgen immers als enigen hun zin. De linkse oppositie blijft ondertussen grotendeels in haar oude, ‘constructieve’ kramp hangen. GroenLinks-leider Klaver is vooral bezig om zaken te doen met Rutte en heeft al aangekondigd dat zijn partij de begrotingen van de regering in de Eerste Kamer zal blijven steunen.

De SP wil ondertussen niet langer als links gezien worden op het gebied van klimaatbeleid en migratie en dat is in feite terecht. In december steunde de partij bijvoorbeeld een racistische PVV-motie die boa’s verbiedt om een hoofddoek te dragen, in feite een beperkt beroepsverbod voor moslima’s met een hoofddoek. SP-parlementariërs verspelen hun laatste restje geloofwaardigheid door stilzwijgend in te stemmen met het autoritaire optreden van het partijbestuur in hun eigen partij.

Actie

De gemeenteraadsverkiezingen zullen een belangrijke test worden voor het kabinet. Voor links valt te hopen dat partijen als Bij1 en de nieuwe initiatieven van geroyeerde SP’ers successen zullen boeken. Aan de andere kant proberen de fascisten van FvD ook meer voet aan de grond te krijgen in de gemeenten. Bij een gebrek aan een zichtbare linkse oppositie dreigen zij te kunnen profiteren van de grote onvrede over het kabinet.

Maar tegelijkertijd groeit de basis voor maatschappelijk verzet. Dit kabinet lost de wooncrisis niet op en laat het commerciële graaicircus in de zorg bestaan. Om de zorg ‘betaalbaar’ te houden wordt niet de zakkenvullerij, maar het basispakket aangepakt. De inflatie loopt op, waardoor gewone mensen hun koopkracht snel zien dalen. De onvrede over deze ontwikkelingen groeit en die stuwt de woonprotesten en de toenemende cao-strijd.