Rifondazione kiest voor draai naar links

De grootste radicaal-linkse partij in Europa, de Italiaanse Rifondazione Comunista, besloot op zijn landelijke congres tot een belangrijke draai naar links.
30 juli 2008

Rifondazione terug naar de straat
Door Chris Bambery, Chinciano Terme, Italië

Het congres eindigde in een nederlaag voor partijsecretaris Fausto Bertinotti en zijn beoogde opvolger, de regionale gouverneur van Puglia Nichi Vendola. Op het vorige congres, drie jaar geleden, stemde Rifondazione om deel te worden van de centrum-linkse coalitieregering onder leiding van Romano Prodi. In 2006 kwam deze coalitie met de nauwst mogelijke parlementaire meerderheid aan de macht, maar dit jaar kwam ze ten val.

Dit jaar stond het congres in de schaduw van de grote overwinning van Silvio Berlusconi’s rechtse coalitie afgelopen april. Radicaal links verloor 2,5 miljoen stemmen, en voor het eerst sinds de val van het fascisme in 1945 zitten er geen communisten in het Italiaanse parlement. De brute realiteit van Berlusconi’s regering werd duidelijk met de afkondiging van een nationale noodtoestand om illegalen het land uit te zetten. In heel Italië woedt een officieel goedgekeurde campagne tegen immigranten en Roma-Zigeuners. Alle Roma, staatsburger of niet, moeten hun vingerafdrukken inleveren voor een raciale database.

Het debat in Rifondazione draait om twee verschillende verklaringen voor deze ramp en twee verschillende wegen vooruit voor de partij. Aanhangers van de voormalige minister Paolo Ferrero wijzen op de teleurstelling van linkse kiezers door de regering-Prodi. Prodi stuurde Italiaanse troepen naar Afghanisten, verhoogde de pensioenleeftijd, weigerde de anti-immigratiewetten terug te draaien, gaf toestemming voor de bouw van een grote Amerikaanse basis in Vicenza en weigerde een parlementaire enquete in te stellen naar het politiegeweld tijdens de G8-top in Genua in 2001.

Bertinotti en Venola benadrukten in plaats daarvan dat er een enorme politieke en culturele verschuiving naar rechts heeft plaatsgevonden in Italië, die het gevolg zou zijn van structurele veranderingen binnen de arbeidersklasse en van de individualisering van de maatschappij door het neoliberalisme. De aanhangers van Ferrero pleitten voor een herlancering van de partij, een koers op de straat, de vakbonden en de sociale bewegingen. De andere kant benadrukte dat er een ‘herleving’ van links nodig is.

In de aanloop naar het congres riepen Bertinotti’s aanhangers op tot een ‘constituerende vergadering van links’, die volgens velen gericht zou zijn op een fusie met de linkse Democraten (de Italiaanse variant op de PvdA). Ferrero en zijn aanhang zijn juist tegen verdere samenwerking met centrum-links, en pleitten voor samenwerking met alternatief links in Italië en elders in Europa. Beide kanten waren bereid toe te geven dat de beslissing om mee te regeren met Prodi een vergissing was geweest, maar het debat ging over het behoud van de onafhankelijkheid van Rifondazione en over de deelname in de Europese verkiezingen van komend jaar.

De regeringsdeelname heeft de partij grote schade berokkend, ook op het niveau van de afdelingen. Nog zorgwekkender is de verschuiving onder arbeiders in Noord-Italië naar de anti-immigratiepartij Lega Norte. Zelfs sommige militante staalarbeiders in de radicale vakbond FIOM vielen hiervoor. Rifondazione is ook zijn afdeling kwijtgeraakt in de FIAT-Mirafiorifabriek in Turijn, ooit een bastion van vakbondsactivisme.

Ongeveer 45.000 partijleden stemden tijdens partijbijeenkomsten in de aanloop naar het congres voor de verschillende posities. Het document Bertinotti-Vendola kreeg 47,3 procent, en dat van Ferrero 40,2 procent. Ferrero’s positie won op het congres door een gezamenlijke resolutie op te stellen met de ondertekenaars van drie alternatieve documenten. De stemverhouding was 342 tegen 304. Ferrero is nu partijsecretaris geworden. Aanhangers van het andere kamp beloofden in de partij te blijven, maar er is een groot gevaar van verdeeldheid op een politiek belangrijk moment.

De media praten inmiddels over de mogelijkheid van een ‘hete herfst’, nu Berlusconi probeert om de arbeidswetgeving ingrijpend aan te passen. Sinds de electorale nederlaag zijn Italiaans links en de sociale bewegingen verscheurd door interne debatten, terwijjl rechts een angstaanjagende racistische aanval heeft gelanceerd. Het congres leek soms wel heel ver af te staan van die harde realiteit.

Honderdduizenden mensen zien zichzelf nog altijd als communisten en miljoenen hebben gedemonstreerd tegen de oorlog en neoliberalisme en voor vakbondsrechten. Na de zomervakantie zal Rifondazione voor de test staan een antwoord los te maken tegen Berlusconi en de Lega Norte. Dat antwoord mag zich niet alleen richten op het economische front. Het moet ook de racistische vloedgolf proberen te keren en helpen een nieuwe arbeidersbeweging te smeden, waar ook immigranten deel van uitmaken.