Rechts aan de macht in de Filipijnen
Door Alex de Jong
Dutertes familie is al generaties lang een politieke speler – familieleden waren burgemeesters, gouverneurs en leden van het huis van afgevaardigden. Duterte zelf is de onbetwiste sterke man van Davao City, een belangrijke stad in het zuiden van het land.
In de Filipijnse politiek spelen families een belangrijke rol. Aan de top staat een aantal families van politici en zakenmensen, en hun bondgenoten. De Filipijnse politiek is corrupt tot op het bot. In ruil voor politieke steun spelen politici zakenmensen overheidscontracten toe, en delen ze overheidsbaantjes uit. Politieke partijen zijn clusters van oligarchen en hun beschermelingen, ideologische verschillen bestaan er nauwelijks.
Dutertes succes kan gedeeltelijk worden verklaard uit het zogenaamde succesverhaal van Davao City. Duterte zou het tot de veiligste stad van Zuidoost Azië hebben gemaakt en een voorbeeld van efficiënt bestuur. Die zogenaamde veiligheid is gekocht met de levens van honderden van de armen, vermoord door een doodseskader dat bekend staat als het Davao Death Squad (DDS). De slachtoffers zijn veelal sloppenwijkbewoners. Mensenrechtenorganisaties zijn overtuigd dat het doodseskader opereert met medewerking van de overheid.
Discipline
Duterte ontkent voor de vorm dat het DDS bestaat, maar maakt overduidelijk dat hij het vermoorden van verdachten toejuicht. Omdat het openbaar bestuur corrupt en inefficiënt is, bestaat onder een deel van de Filipijnse bevolking steun voor deze praktijken. Zoals Duterte’s supporters het vaak verwoorden, iemand moet ‘de mensen discipline leren’.
Het rechtse verlangen naar een sterke leider is niks nieuws in de Filipijnse politiek: twee andere kandidaten die het goed deden in de afgelopen verkiezingen zijn bijvoorbeeld de trotse zoon van dictator Ferdinand Marcos en een voormalig politiecommandant die bekend staat om zijn meedogenloosheid.
Wat betreft de kiezers van Duterte laten peilingen zien dat die buitenproportioneel uit de meer welvarende delen van de bevolking komen, aangetrokken door Dutertes law-and-order profiel. Maar Duterte heeft ook brede steun onder de armen. Bij gebrek aan ideologische verschillen, draaien Filipijnse verkiezingen voor een groot deel om persoonlijkheden. Met zijn grappen, gescheld en machismo kwam Duterte over als ‘een man van het volk’. Het kwam hem goed uit dat zijn belangrijkste tegenstrever, regeringskandidaat Mar Roxas, in alle opzichten een vertegenwoordiger van de traditionele bovenlaag van Manila is.
Ondanks economische groei is de ongelijkheid in de archipel toegenomen en Duterte speelde daarop in met vage beloftes over ‘verandering’ en gescheld op ‘de rijken’. Duterte is de eerste president uit Mindanao, het eiland waar Davao City ligt. Mindanao is arm en verwaarloosd, en veel mensen daar hopen dat Duterte een verschil zal maken.
Duterte heeft ook de naam een vredesstichter te zijn. Op de Filipijnen zijn naast de guerrilla’s van de New People’s Army (NPA, de gewapende tak van de CPP), verschillende gewapende bewegingen van de moslimminderheid actief. Deze bewegingen zijn vooral gebaseerd in Mindanao en Duterte heeft zich altijd uitgesproken voor onderhandelingen met hen.
Duterte heeft goede banden met de NPA, die niet geheel toevallig vooral actief is in gebieden rond Davao City. De CPP beweert dat Dutertes aanbod van kabinetsposten bewijst hoe sterk ze is, maar Duterte heeft ze in een lastig parket geplaatst. Wijst de CPP het aanbod af, dan verliezen ze nog meer publieke sympathie. Accepteren ze het aanbod, dan komen CPP-supporters terecht in een rechtse regering.
Oligarchie
Want Dutertes coalitie bestaat geheel uit wat in de Filipijnen trapos genoemd worden: traditional politicians, zetbaasjes van de oligarchie. Veel van hen maakten deel uit van eerdere regeringen, vooral die van Gloria Macapagal Arroyo, onder wiens presidentschap overheidsgeweld tegen links sterk toenam.
Eventuele linkse kabinetsleden zouden deel uitmaken van een regering bestaande uit vertegenwoordigers van de oligarchie. Links is nauwelijks vertegenwoordigd in het parlement. De harde kern van de staatsmacht blijft in handen van het establishment: Dutertes nieuwe bevelhebber van het leger is betrokken bij bloedige mensenrechtenschendingen, en de minister van Financiën is een zakenman en voormalig minister.
De CPP roept Duterte op tot hervormingen als distributie van land onder boeren, verhoging van de lonen en bescherming van arbeidsrechten. Duterte geeft weinig tekenen daartoe bereid te zijn. Een van zijn eerste verklaringen was dat het economische beleid in hoofdlijnen ongewijzigd zal blijven. In belangrijke opzichten wil Duterte nog verder gaan dan zijn voorganger in het doorvoeren van neoliberaal beleid.
Filipijns links worstelt ermee. Voor Filipijns links is het moeilijk om zich te laten horen zonder een verbond te sluiten met een deel van de oligarchie tegen de andere. De CPP en hun satellieten zijn de grootse linkse kracht in het land en vinden dat Duterte het voordeel van de twijfel moet krijgen. Duterte zal de hooggespannen verwachtingen teleurstellen maar voorlopig zijn brede delen van links huiverig om contact met de Filipijnse massa’s verliezen.
De Filipijnen staan waarschijnlijk draconische experimenten in repressie te wachten. Duterte wil ‘betrouwbare’ burgers organiseren in bewapende burgerwachten en de doodstraf herinvoeren. Politiegeweld is wijdverspreid en de politie heeft nu een president die duidelijk maakt dat agenten wat hem betreft ongestraft hun gang mogen gaan. In Davao City worden straatkinderen vermoord omdat ze een telefoon gestolen zouden hebben. De eerste slachtoffers van de nieuwe regering zullen weer de armen zijn.
Alex de Jong is directeur van het IIRE. Lees ook zijn artikel ‘Boeren, arbeiders en guerrilla – De erosie van de Filipijnse communistische partij’