Protest in Bangladesh dwingt autocratische premier weg

Foto van het studentenprotest in Bangladesh (Mohammad Tanbiruzzaman Koushal, Flickr)Foto van het studentenprotest in Bangladesh (Mohammad Tanbiruzzaman Koushal, Flickr)
In Bangladesh, een van de armste landen van Azië, hebben protesten zich in razendsnel tempo ontpopt tot serieus verzet van onderop. Op 5 augustus ontvluchtte premier Sheikh Hasina Wajed het land per helikopter.
4 september 2024

Het protest richtte zich in eerste instantie tegen een oneerlijke regeling waarbij overheidsbanen vooral naar nazaten van mensen uit de onafhankelijkheidsoorlog van 1971 gingen. In dat jaar scheidde Bangladesh zich af van Pakistan. Nu wonen er ten oosten van India 170 miljoen mensen op een oppervlakte 3,5 keer zo groot als Nederland.

Onder pas afgestudeerden heerst al enkele jaren een enorme werkloosheid: 15 procent van de jongeren heeft geen baan. Hasina schafte het quotum rond overheidsbanen in 2018 na protesten af, maar het Hooggerechtshof besloot om het begin juli opnieuw in te voeren. Na drie weken van felle studentenprotesten, waar Hasina de politie op afstuurde die meer dan 600 mensen doodschoot, draaide de rechter het quotum deels terug.

Maar de geest was uit de fles: de bevolking is de autocratische regering van Hasina spuugzat. Zo sloten begin augustus leraren en filmsterren zich aan bij de demonstranten, onder meer uit woede over het aantal doden en de 11.000 gearresteerde demonstranten. Sinds de onafhankelijkheidsoorlog vielen er in zo’n korte tijd niet zo veel doden. De beweging zette een vervolgstap en eiste Hasina’s aftreden. Ook riep ze mensen op om vanaf 4 augustus niet te gaan werken en geen gas-, water- en elektriciteitsrekeningen te betalen.

Angstige autoriteiten

De regering beantwoordde de protesten met harde repressie, onder andere via Chhatra Liga. Deze studentenvleugel van Hasina’s regeringspartij Awami Liga (de AL) ‘heeft een lange geschiedenis als het gaat om het aanvallen van critici en bewegingen’, vertelt de Bengaalse activiste Lydia Silva aan het Amerikaanse tijdschrift Jacobin. ‘Haar leden kregen van een minister op de nationale tv toestemming om “de demonstranten het zwijgen op te leggen”.’

Ook liet Hasina vanaf half juli het internet en telefoonverkeer stilleggen. Een drastische stap: een land met bijna 170 miljoen inwoners van het internet halen is sinds de Egyptische Revolutie van 2011 niet meer gedaan.

De beweging op straat bleef maar groeien en de eisen werden steeds systeemkritischer. De legerleiding vond het op 4 augustus te gevaarlijk om op demonstranten te blijven schieten. Daarop koos de legerleiding voor het opofferen van Hasina zelf.

De komende drie maanden zit het leger aan de knoppen met de 84-jarge microkredietpionier Muhammad Yunus als interim-premier en daarna volgen algemene verkiezingen. Twee studentactivisten die de antiregeringsprotesten leidden, zijn onderdeel van de regering.

Aanvallen op hindoes

De twee grootste oppositiepartijen in Bangladesh zijn islamistisch van aard. Veel bewegingsvrijheid was er voor hen niet, want Hasina’s repressieve regime betekende vaak gevangenisstraf of ballingschap. Na het vertrek van Hasina werden hindoetempels het mikpunt van volkswoede, omdat hindoes eerder op de seculiere AL stemmen dan op deze oppositiepartijen. Deze volkswoede werd gevoed door sommige islamisten.

‘De studentenleiding en democratisch links hebben gezamenlijk opgeroepen om vandalisme te stoppen en de overwinning te vieren’, vertelde de in Dhaka woonachtige socialist Mushtuq aan de Engelse Socialist Worker. Overigens waren hindoes onder Hasina’s bewind ook niet veilig. ASK, een Bengaalse mensenrechtenorganisatie, meldt dat er tussen januari 2013 en september 2021 meer dan 3.710 incidenten tegen hindoes plaatsvonden. Daar deden vaak AL-leiders aan mee.

Minumumloon

De huidige beweging kan niet los worden gezien van grootschalige protesten van afgelopen november. Toen werd de eis van textielwerkers voor een hoger minimumloon vanuit de regering ook beantwoord met grof geweld. Textielwerkers werden, net als iedereen uit de Bengaalse arbeidersklasse, geraakt door de inflatie: voedselprijzen zijn sinds de Russische invasie in Oekraïne gestegen met gemiddeld 12 procent. Daarom eisten textielwerkers een verhoging van het minimumloon van 8.300 taka (70 euro) naar 23.000 taka (194 euro).

Bangladesh is na China de grootste kledingfabrikant ter wereld. Onder druk van westerse modemerken die zwaar op de Bengaalse kledingproductie leunen, bood Hasina uiteindelijk 12.500 taka (93 euro). Accepteer dat ‘of ga terug naar je dorp’, aldus de premier, wier eigen salaris overigens omgerekend 9.344 euro per maand bedroeg.

Sinds de protesten deze zomer is de economie vrijwel stil komen te vallen, waardoor buitenlandse valutareserves snel slinken. Regionale machten kijken gespannen toe, want de aanstaande gekozen regering moet natuurlijk niet het strategische machtsevenwicht verstoren. Zo onderhoudt India goede banden met de Bengaalse heersende klasse, als tegenpool van aartsvijand Pakistan. En China hoopt meer invloed op de Bengaalse economie te krijgen in de wedijver met het Amerikaanse imperialisme.

Hoe verder?

De eerdergenoemde Yunus werd door studenten naar voren geschoven als interim-premier. Hij zal aan de ene kant studenten moeten overtuigen dat het oude regime verleden tijd is. De hoge werkloosheid onder pas afgestudeerden moet worden aangepakt.

Eerlijker sollicitatieprocedures voor overheidsbanen zijn daarbij maar een kleine stap in verhouding met de maakindustrie. Deze hoeksteen van de economie zit voorlopig nog gevangen in de wensen van kledingmerken uit het globale noorden. Aan de andere kant wil Yunus de heersende klasse – en dus de machtige textielindustrie – geruststellen dat hij het gezag van de staat kan herstellen. In de Bengaalse protesten wapperde de Palestijnse vlag. Het is aan de Bengalen zelf om de volgende stap te zetten richting het globaliseren van de opstand.

Jij wilt ons nieuws.





    Je emailadres is vereist.