Nieuwe hoop op de Democraten?

De voorverkiezingen in de Democratische en Republikeinse partij in de VS zijn in volle gang. Het hele circus laat de noodzaak zien van een onafhankelijk links dat zich niet alleen opstelt tegenover de partij van Bush, maar ook tegen die van Hillary Clinton en Barack Obama.
6 februari 2008

kandidaten op een rijtje

Door Peter Storm

Over de Republikeinen kunnen we kort zijn. John McCain eist het doorzetten van de Irak-oorlog, tot de overwinning. Daarmee plaatst hij zich nog wat rechtser van het Witte Huis van Bush. Huckabee bespeelt de klassieke thema’s van de christenfundamentalisten; als nieuwste parel van wijsheid stelde hij onlangs homoseksualiteit op één lijn met seks met dieren. Ron Paul tenslotte steelt de harten van sommige linkse mensen: hij is tegen de Irak-oorlog. Jammer genoeg is hij eveneens tegen abortus, sociale zekerheid en rechten voor immigranten, en niet minder rechts dan andere Republikeinen.

De meeste linkse mensen zoeken hun politieke boegbeeld bij de Democratische Partij. Hillary Clinton lijkt de beste kansen te hebben, ondanks haar recente nederlaag in Iowa. Maar ze predikt een beleid dat op geen enkele manier progressief te noemen is. Geen ziektekostenverzekering voor iedereen. Geen serieus terugdraaien van de grootschalige belastingverlaging voor de rijken. Geen belofte om binnen haar ambtstermijn alle Amerikaanse troepen uit Irak terug te trekken – en geen bereidheid om een Amerikaanse aanval op Iran uit te sluiten. Het is goed dat een vrouw in seksistisch Amerika zo ver komt. Maar inhoudelijk verdient ze geen enkele steun van links.

Obama predikt feitelijk dezelfde mainstream politiek als Hillary Clinton. Ook hij weigert te beloven dat de VS al hun troepen terugtrekken uit Irak, ook hij weigert een aanval op Iran uit te sluiten. Opvallend is de moeite die hij doet om te bewijzen hoezeer hij pro-Israël is. Alles moet wat hem betreft wijken voor het ‘recht van Israël op zelfverdediging’. Op binnenlands gebied vallen zijn aanprijzingen van de vrije markt op, maar ook zijn ontkenning dat de sociale realiteit voor zwarte Amerikanen nog altijd wezenlijk verschilt van die van witte. Iedere zweem van serieuze kritiek op het structurele racisme in Amerika ontbreekt. Het is een doorbraak dat nu eindelijk een zwarte kandidaat zoveel steun wint, ook van witte kiezers. De racistische scheidslijnen in de VS zijn gelukkig niet onkwetsbaar. Maar op politieke inhoud verdient ook Obama geen steun van links.

Er is een dieper probleem met welke Democratische kandidaat ook: de partij zelf staat geen linkse koers toe. Beslissend is hier wie de show betaalt: vakbonden zorgen weliswaar voor 14 procent van de fondsen, maar grote bedrijven voor een slordige 67 procent. Die ondersteuning, niet de uitspraken van welke kandidaat ook, bepaalt de koers van de partij – en daarmee ook van een eventuele Democratische president.

Dit is een verkorte versie van een artikel uit het nieuwste nummer van de Socialist. Meer lezen? Neem hier een proefabonnement.