Nederland medeplichtig aan martelingsbeleid

Nederlandse militairen zijn niet alleen schuldig aan oorlogsmisdaden, zoals bij de slag om Chora in juni 2007, waarover journalist Arnold Karstens onlangs berichtte, en waar ook dit weblog over schreef. Nederland maakt zich tevens medeplichtig aan het martelen van Afghaanse gevangenen. Dat blijkt uit berichtgeving in de NRC.
13 november 2007

Gevangenis in Afghanistan

NAVO-troepen in Afghanistan maken zich medeplichtig aan het martelen van gevangenen. Dat zegt mensenrechtenorganisatie Amnesty International in een zojuist uitgebracht rapport. Onder die NAVO-troepen zijn ook de Nederlandse militairen in Afghanistan.

Het Nationale Veiligheidsdirectoraat (NDS, de Afghaanse inlichtingendienst) martelt veelvuldig arrestanten. Ondanks mooie woorden van president Karzai is dat niet wezenlijk veranderd. Toch zien NAVO-landen er geen been in om door hun militairen opgepakte mensen aan de Afghaanse staat uit te leveren voor ondervraging. Ook zijn er volgens Amnesty gevangenen ‘zoek’.

Nederlandse militairen doen dit ook. Ze hebben sinds augustus 2006 zeventig gevangenen in handen van de Afghaanse autoriteiten gebracht. Tien van hen zitten nog steeds gevangenen. Het ministerie van Buitenlandse zaken heeft ‘geen aanwijzingen’ dat zij worden gefolterd. Nogal wiedes: Afghaanse autoriteiten zullen dat niet uit zichzelf aan Nederland melden. Amnesty meldt dat organisaties als het Rode Kruis vaak worden geweigerd als ze gevangenen willen bezoeken, ook al is dat officieel wel de afspraak.

Nee, het staat niet vast dat specifieke, door Nederland uigeleverde gevangenen, zijn gemarteld. Maar Nederland volgt de geschetste procedure waardoor mensen in handen van folterdienst NDS kunnen komen. Nederland doet dat willens en wetens. Nederland is daarmee medeplichtig aan martelingsbeleid.