Moord op Kerwin was racistisch

Deze zomer is het 25 jaar geleden dat de racistische skinhead Nico B. in de Damstraat Kerwin Duinmeijer dood stak. In een uitzending van het programma Profiel van afgelopen woensdag probeerde de moordenaar zijn naam te zuiveren.
9 mei 2008

Kerwin

Door Karwan Fatah-Black

Het ‘bewijs’ dat in deze documentaire wordt aangeleverd is uitsluitend de verklaring van de moordenaar zelf. Wat een racistische moord was, probeert hij nu af te schilderen als een uit de hand gelopen opstootje. Na de moord had hij echter zelf verklaard er geen spijt van te hebben dat hij Kerwin dood had gemaakt, maar dat het hem wel speet ‘voor een neger’ de gevangenis in te moeten. De groep met wie Nico B. optrok op het moment dat hij slaags raakte met Antiliaanse Kerwin en diens witte pleegbroer – neonazistische skinheads namelijk – onderstreept het racistische karakter van de moord.

Het begin van de jaren tachtig was een tijd waarin jeugdcultuur snel verhardde. Stromingen als punk waren een uiting van frustratie over groeiende werkeloosheid en de nederlagen van de sociale bewegingen uit de jaren zestig en zeventig. In deze context won ook racistische politiek aan aanhang onder radicaliserende jongeren. Skinheads en neonazi’s waren hiervan de meest zichtbare uiting. Met fascistische tatoeages en racistische symboliek op hun kleding vielen deze groepjes jongeren mensen met een donkere huidskleur lastig. In die context vond de moord op Kerwin plaats.

De verontwaardiging over de moord was de inspiratie voor velen om zich uit te spreken tegen racisme. Het neonazisme werd tijdelijk geïsoleerd, en anti-racisme bereikte ook delen van de mainstream.
Deze week is er enige ophef over wat er 25 jaar geleden precies is gebeurd. De documentaire over de moordenaar van Kerwin zou volgens sommigen het bewijs zijn dat er geen sprake is geweest van een racistische moord. Daarmee zou ook de anti-racistische verontwaardiging na de moord onterecht zijn geweest.

Uit de documentaire blijkt duidelijk dat racisme en haat een belangrijke rol speelden in het leven van Nico B. Zijn tatoeages uit die tijd zijn wat dat betreft overduidelijk:’100% blank’, ‘Holland’, ‘Hate’. Een van de argumenten om Nico B. te verdedigen is dat zijn vader Joods was en als enige van de familie de oorlog overleefde. Deze extreme familiegeschieddenis zijn echter juist een basis voor zelfhaat en een gevecht voor erkenning. Nico B. vond deze erkenning in het omarmen van neo-nazistische ideologie. Dat Nico B. na al die jaren spijt heeft van de problemen die hij heeft gekregen door de moord is niet zo gek. Wat gevaarlijk is, is dat de intolerantie die door Verdonk en Wilders wordt gepredikt het klimaat schept waarin nieuwe Nico’s opstaan. Dat opiniemakers er voor kiezen dit verder op stoken door actief racisten vrij te pleiten maakt ze medeplichtig.

De Telegraaf heeft de mogelijkheid om racisme te verdedigen met beide handen aangegrepen. Het is opvallend dat een krant die normaal gesproken campagne voert voor harder straffen in dit geval plotseling zo mild is. In een klimaat van groeiend racisme, gecombineerd met de heropleving van racistische subculturen zoals die van de Lonsdale-jongeren, is de moord op Kerwin een belangrijke waarschuwing. Nico B. probeert na 25 jaar zijn naam te zuiveren, rechtse kranten en columnisten grijpen dit aan om hun campagne tegen anti-racisme op te voeren. Nadat we de afgelopen jaren verschillende pogingen hebben gezien om Hans Janmaat te rehabiliteren is nu de moordenaar van Kerwin aan de beurt.