Links moet in de aanval

Toespraak van Han Busker tijdens de aftrap van het FNV Offensief op 13 januari 2018 in Utrecht.
In januari maakte Oxfam Novib bekend dat de ultrarijken opnieuw rijker zijn geworden, ten koste van de rest van de wereld. Deze kloof in welvaart groeit al decennia. Sommigen zeggen dat het kapitalisme ‘doorslaat’. Maar wat de cijfers aantonen is geen exces, het is precies zoals kapitalisme werkt. Om dit tij te keren moet links in de aanval.
2 februari 2018

Door Mylène Bolder

De enorme groei van rijkdom van de 1 procent is onderdeel van een lange trend die in Nederland terug te voeren is tot het bezuinigingsoffensief van de kabinetten Lubbers vanaf 1982. Dat was de start van wat we neoliberalisme noemen. Het doel van dit neoliberale offensief was onder meer om de positie van de rijken, die door de roerige jaren 60 en 70 enigszins in het geding was geraakt, te ver- stevigen. Met hulp van de staat.

Door een keiharde aanval van bezuinigingen en het afbreken van de verzorgingsstaat in te zetten, werden de lasten steeds meer op werkenden afgeschoven, terwijl loonmatiging de winsten verder opkrikte. Dat de rijken hierdoor rijker werden en de armen armer is geen foutje, maar het gewenste effect van bewust beleid.

Het geld dat de rijken in eigen zak stoppen wordt dus verdiend door gewone werkende mensen. Marx legde al uit dat werkende mensen veel meer geld verdienen voor hun bazen dan zij in de vorm van loon terugkrijgen. Dit gegeven is de kern van onze kapitalistische maatschappij.

Algemeen directeur Farah Karimi van Oxfam Novib concludeert naar aanleiding van de gepresenteerde cijfers hetzelfde: ‘Overheden gaan verder met een race naar de bodem waarbij zij belastingen voor bedrijven en vermogens verder verlagen en veel bedrijven gaan door met het uithollen van werknemersrechten.’

Rutte voor de rijken

De kabinetten van Rutte hebben deze lijn verder doorgezet. Nederland staat op de derde plek op de lijst van de 15 grootste belastingparadijzen, zo bleek uit een eerder onderzoek van Oxfam Novib. Rutte doet hier een schep bovenop door de winstbelasting voor bedrijven (vennootschaps- belasting) te verlagen en de dividendbelasting zelfs helemaal af te schaffen.

Ondertussen stijgt het eigen risico, groeien de lonen maar heel langzaam en stijgen de kosten van gewone mensen door de verhoging van de btw. Bovendien worden nieuwe stappen gezet om het pensioenstelsel te privatiseren.

Van de VVD van Rutte weten we dat ze pro-kapitaal zijn. Maar de hele staat is afhankelijk van geldschieters en de financiële markt. Daarmee hebben grote bedrijven en multinationals een flinke invloed.

Ondertussen schuiven de rechtse partijen de schuld af op de armen en vluchtelingen en verdoezelen zo hun beleid. Vluchtelingen krijgen de schuld van de afbraak van de verzorgingsstaat door rechts. Werklozen krijgen de schuld van de werkloosheid, die rechts zelf heeft gestimuleerd door bijvoorbeeld de pensioenleeftijd te verhogen.

Met dit soort retoriek proberen de rechtse partijen ons zand in de ogen te strooien. Linkse partijen zouden deze onzin moeten ontmaskeren en moeten aantonen waar de ongelijkheid écht vandaan komt. Antiracisme en antikapitalistische systeemkritiek zijn geen extraatje, maar bittere noodzaak.

Falen van links

Hier ligt een taak voor linkse partijen. Maar deze richten zich vooral op verandering via het parlement. Omdat ze aansluiting willen vinden bij rechts, spreken ze zich te weinig uit. Dat deze strategie niet werkt blijkt wel uit de steeds maar stijgende ongelijkheid en verdeeldheid. Sociale verworvenheden werden niet gegeven doordat het vriendelijk werd gevraagd, noch door onderhandelingen alleen. Ze werden afgedwongen door massale stakingen en demonstraties.

De afgelopen dertig jaar zijn linkse partijen er nauwelijks in geslaagd om rondom het neoliberale offensief tegengeluid te bundelen. Zowel de PvdA als GroenLinks zijn zelfs meegegaan in het offensief en hebben hun neoliberale steentjes bijgedragen door te bezuinigen op hoger onder wijs, het steunen van de Kunduz-missie enzovoorts.

Van de vakbond en de SP verwachten we meer. Maar de SP-top weigert een rol te spelen in de strijd tegen racisme en hoopt daarmee kiezers terug te halen. Dat symboliseert het doel van de SP-leiding om niet socialisme als alternatief in te zetten. Electoraal gewin en regeringsdeelname zijn haar doel geworden.

Hetzelfde zien we in de vorm van bureaucratie bij de vakbondstop: er wordt een rem gezet op actiebereidheid om daarmee de functie van onderhandelaar te kunnen behouden. Als gevolg hiervan liep de meest strijdbare groep leerkrachten weg van de bond. Bij het FNV-offensief dat in januari werd ingeluid ontbrak het aan een serieus actietraject om de eisen af te dwingen.

Het argument dat zowel de SP- als de vakbondsleiding graag gebruiken is dat er geen actiebereidheid is. Maar juist het afgelopen jaar werd overduidelijk dat dit er wel is. Jongeren met onzekere banen bij Deliveroo organiseerden stakingen, veelal zelf. Leerkrachten staakten meerdere malen en namen hierin zelf het voortouw. In december legden duizenden werkers bij Tata Steel het werk neer en in januari werden vervoersbedrijven platgelegd.

In plaats van het najagen van structurele verandering, gaat links vooral mee in een light-versie van kapitalisme. Het probleem van zowel de SP- als de vakbondsleiding ligt in het gebrek aan samenbrengen en (acties) organiseren om daarmee een tegenmacht op te bouwen.

We zouden vanuit de SP en vakbonden moeten toewerken naar een landelijke staking als we het tij willen keren. Actie is nodig en de bereidheid is er. We kunnen voortbouwen op de initiatieven van de leerkrachten, flexwerkers en antiracisten.

Binnen de bond en de SP zouden kritische leden nu aan eigen netwerken moeten bouwen om die toppen onder druk te zetten en die actie wel te eisen. Want alleen als een strijdbaar links kunnen we de basis leggen voor een aanval en daarmee voor verandering.