Kuipers’ covidbeleid is stap terug
Daarmee stelt de regering zich in feite op het eugenetische ‘dor hout’-standpunt: kwetsbare mensen hoeven niet letterlijk allemaal dood, maar het zou stiekem wel goed nieuws zijn. Het verschil met extreemrechts is dat Kuipers niet wordt gedreven door rassenleer, maar door neoliberaal cynisme, dat ervan uitgaat dat mensen hun bestaansrecht verliezen zodra ze geen geld meer opbrengen.
Maar hopen dat onrendabele mensen doodgaan is nog geen coronabeleid. Kuipers geeft toe dat hij niet kan uitsluiten dat er opnieuw maatregelen nodig zijn. Maar de inzet is om daarvoor zoveel mogelijk obstakels op te richten. Zo komt er een ‘sterke tegenhanger’ voor het OMT, waarin menswetenschappers zitten die beschermingsmaatregelen moet ontmoedigen omdat die ook nadelen hebben.
Er wordt niet geïnvesteerd in de zorgcapaciteit, noch in de GGD. Toen SP-Kamerlid Maarten Hijink erop wees dat het door het personeelstekort best wel eens lastig zou kunnen zijn om de GGD op te schalen, zei Kuipers dat hij zou kunnen terugvallen op een ‘flexibele schil’ van oproepkrachten. Kennelijk gelooft de minister dat onderbetaalde oproepkrachten rustig naast de telefoon blijven wachten tot ze worden opgeroepen. Zelfs nu zij de banen voor het uitzoeken hebben.
Bij deze nieuwe golf is het kabinet zogenaamd opnieuw verrast en krijgen we straks voorzichtig aan wat adviesjes om de handen te wassen en een mondkapje op te doen. Pogingen om de verspreiding echt te beperken zullen niet worden genomen, of pas als de situatie weer finaal uit de klauwen is gelopen. De maatschappelijke schade zal opnieuw onnodig hoog zijn. Het RIVM zei afgelopen maand dat de helft van de mensen die Covid krijgen daar na drie maanden nog klachten van houden. De minister speelt roulette met onze gezondheid.