Kabinet grijpt zorginfarct aan voor meer neoliberalisme

Het ministerie van VWS is de afgelopen maanden bezig geweest om een Integraal Zorgakkoord te sluiten. Zo’n integraal akkoord is nodig omdat het huidige zorgsysteem in grote problemen verkeert. De inzet van het kabinet is om de crisis te gebruiken om het neoliberalisme in de zorg verder door te drukken.
26 september 2022

In het Integraal Zorgakkoord (IZA) wordt het zorgbeleid en budget vastgelegd voor de komende vier jaar, met afspraken tussen het ministerie, zorgverzekeraars en beroepsorganisaties van zorgwerkers. Toen afgelopen zomer een conceptversie uitlekte, leidde dat onmiddellijk tot woede onder zorgwerkers, in het bijzonder huisartsen.

Het kabinet wil dit akkoord vooral gebruiken om de zorgkosten zo laag mogelijk te houden, zonder iets aan de marktwerking te doen. Het akkoord zet daarom in op het beperken van de instroom van patiënten en van de omvang van het personeel in de zorg.

Mes in de zorg

Als het kabinet zijn zin krijgt, wordt er extra beknibbeld op de kwaliteit en de beschikbaarheid van de zorg. Ouderenzorg in het bijzonder komt onder druk te staan, net als specialistische behandelingen. Onder het mom van ‘passende zorg’ worden dure behandelingen uit het basispakket geschrapt, wordt ‘onbewezen zorg’ niet langer vergoed en wordt zoveel mogelijk zorg digitaal.

Zorgwekkend hierbij is dat verzekeraars een leidende rol krijgen bij de beoordeling wat passende zorg is. Daarbij mogen verzekeraars ongecontracteerde aanbieders minder gaan betalen. De overige kosten van behandelingen door ongecontracteerde aanbieders komt bij de patiënt terecht. Daarmee wordt de vrije artsenkeuze ondermijnd en de grip van de verzekeraars op de zorg vergroot.

Tenslotte zouden ook de inkomensafhankelijke bijdragen en premies voor zorgverzekeringen stijgen. Het doel van deze maatregelen is om de instroom van patiënten te beperken, of in andere woorden, om zorg ontoegankelijk te maken. Daarbij ontstaat er een verdere differentiatie tussen zorgcontracten, waarmee een nieuwe stap wordt gezet in de vermarkting van de zorgsector.

Huisartsen verzuipen

Naast de mensen die zorg nodig hebben, worden ook zorgwerkers hard getroffen door de plannen. Omdat de vraag naar zorg zal stijgen en er niet meer personeel aangenomen gaat worden, zullen zij gevraagd worden om ‘efficiënter’ (dat wil zeggen: harder) te gaan werken.

Huisartsen, die meer taken op hun bord krijgen, geven al lang aan dat zij meer tijd nodig hebben voor patiënten. Begin juli hebben zij in een grote demonstratie op het Malieveld al het signaal gegeven dat zij niet zo verder kunnen. Toch werd in het gelekte concept hun budget met nog eens 80 miljoen naar beneden bijgesteld. Onder het mom van efficiëntie wordt ook meer nadruk gelegd op meer verantwoording en onderbouwing, oftewel meer administratieve verplichtingen voor huisartsen.

Het ingebouwde wantrouwen in zorgverleners – maar niet naar commerciële zorgcowboys – is juist een van de problemen. Om de zorg beter, menselijker en goedkoper te maken, moet een einde worden gemaakt aan de marktwerking, de grip van commerciële verzekeraars op onze zorg en de zakkenvullerij door zorgkapitalisten. Het kabinet grijpt de problemen in de zorg aan voor meer marktwerking en vergroot daarmee de problemen.

Het IZA is uiteindelijk getekend door alle bijna ‘partners’, maar de huisartsen houden de rug recht. Of dat ook betekent dat het akkoord van de baan is, valt nog te bezien. De regering en met name de VVD blijft volledig gecommitteerd aan het neoliberale zorgsysteem. Het is van groot belang dat zorgwerkers in verzet gaan tegen deze nieuwe aanval op de zorg.