Israëls oorlog tegen Palestijns onderwijs

Terwijl Nederlandse universiteitsbestuurders blijven aarzelen over het verbreken van de banden met Israëlische universiteiten vernietigt Israël honderden Palestijnse onderwijsinstellingen. Palestijnse academici spreken van een ‘oorlog tegen het onderwijs’, of ‘scholasticide’.

Sinds oktober heeft Israël luchtaanvallen uitgevoerd op meer dan 200 onderwijsinstellingen in Gaza. Alle twaalf universiteiten en minstens 76 procent van alle scholen in Gaza zijn gebombardeerd. Er zijn minstens honderd academici gedood, onder wie schrijver en hoogleraar literatuur Refaat Alareer. Hij kwam in december met zes familieleden om bij een luchtaanval. Ook zijn er duizenden studenten en honderden leraren om het leven gekomen.

Op alle scholen in Gaza is het onderwijs gestopt. Meer dan honderd schoolgebouwen worden gebruikt om ontheemde Palestijnen op te vangen. Ook deze scholen zijn niet veilig voor Israëlische bommen.

In een open brief aan de wereld roepen Gazaanse academici en universiteitsbestuurders op tot steun in het opnieuw opbouwen van hun universiteiten. ‘We benadrukken de dringende noodzaak om de onderwijsinstellingen in Gaza te heropenen, niet alleen om huidige studenten te ondersteunen, maar om de veerkracht en duurzaamheid van ons hoger onderwijssysteem op de lange termijn te garanderen. Onderwijs is niet alleen een middel om kennis over te brengen; het is een essentiële pijler van ons bestaan en een baken van hoop voor het Palestijnse volk.’

Het onderdrukken van Palestijnse universiteiten is al sinds jaar en dag Israëlisch beleid. Zo is de Birzeit Universiteit op de Westelijke Jordaanoever sinds 1973 al vijftien keer gesloten. Vaak zijn er ook aanvallen en arrestaties van docenten en studenten. In 1988 begon op Birzeit de campagne Right to Education. Het doel is ‘de systematische belemmering van het Palestijnse hoger onderwijs op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook aan de kaak te stellen’.

Naast onderwijsinstellingen zijn ook talloze bibliotheken, archieven en musea verwoest, beschadigd of geplunderd. Zo werd tijdens de bombardementen op de Israa Universiteit ook het Nationaal Museum geplunderd, waarin zich duizenden zeldzame objecten bevonden.

De organisatie Scholars Against the War on Palestina concludeert: ‘De koloniale politiek van Israël in Gaza is van een focus op systematische verwoesting overgegaan op de totale vernietiging van het onderwijs.’

De vernietiging van educatieve en culturele instellingen is niet los te zien van de Nakba, die sinds 1948 nooit is opgehouden. Ook in 1948 werden Palestijnse boeken, bibliotheken, archieven, foto’s en andere culturele objecten geplunderd of vernietigd door zionistische milities. Zoals de Palestijnse dichter Mahmoud Darwish zei: ‘Wie land steelt verbaast ons niet door het stelen van een bibliotheek. Wie duizenden onschuldige burgers doodt, verbaast ons niet door het doden van schilderijen.’