INGEZONDEN: verdeel en heers aan de universiteit

Eind juni sloten vakbonden een zogenaamd onderhandelaarsakkoord met werkgever Vereniging van Universiteiten (VSNU). Tot 30 juli kunnen universiteitswerkers hier hun stem over uitbrengen. David Hollanders, docent economie aan de UvA, plaatst kanttekeningen bij dit akkoord.
13 juli 2021

De vakbond was nooit de bondgenoot van de docent met een tijdelijk contract. Al decennia wisselen universiteiten en masse docenten na enkele jaren in voor nieuwe docenten. Docenten mogen terugkomen du moment ze geen aanspraak meer maken op een vast contract. Dit beleid wordt uiteraard gesteund door universiteits- en faculteitsbesturen en uitgevoerd door personeelszaken en afdelingsvoorzitters. Vakbonden hebben er evenwel nooit aktie tegen gevoerd. Tijdelijke docenten, die inderdaad doorgaans geen lid zijn, leek hen niets te kunnen schelen. Dat was al niet fraai.

Het op 25 juni afgesloten ‘onderhandelaarsakkoord’ van werkgever VSNU en vier vakbonden over de cao Nederlandse Universiteiten 2021 markeert een nieuwe, donkere stap. Het akkoord speelt academisch personeel openlijk tegen elkaar uit door docenten expliciet uit te sluiten van de cao-regeling die onderzoekers wél meer vaste contracten in het vooruitzicht stelt. Het persbericht noteert dat “universitair docenten, universitair hoofddocenten en hoog- leraren in principe na een jaar in vaste dienst komen.” Het probleem is uiteraard niet dat hooggeplaatsten in de academische hiërarchie (hoog- leraren en hoofddocenten) geen vast contract hebben. Dat hebben ze. (Wat onverlet laat dat zij gepresseerd worden geld binnen te halen in ruil voor hun positie en vaste aanstelling.)

Het probleem is dat docenten met tijdelijke contracten worden gedisciplineerd en geëxploiteerd, evenals schoonmakers en werknemers in de catering. En juist al deze groepen, die de vakbond het hardst nodig hebben, zijn uitgezonderd van de regeling. (Nota bene, in de voor buitenstaanders allicht ondoorgrondelijke academische rangorde is een docent aan een universiteit niet hetzelfde als een universitair docent: de laatste doceert ook, maar heeft onderzoekstijd en mag bij binnenhalen van beurzen hopen op promotie.)

Door docenten (evenals schoonmakers) uit te sluiten bedienen VSNU en vakbonden zich van een verdeel-en-heers tactiek. Onderzoekers, en alle promovendi en post-docs die dat denken of hopen te worden, wordt een vast contract beloofd. Het enige dat hen te doen staat is niet solidair te zijn met docenten, die wél goeddeels het onderwijs zullen blijven geven.

Het is begrijpelijk, maar alsnog verwerpelijk, dat universiteiten deze regeling omarmen. De decennia geleden ingezette ‘docentificatie’ wordt geconsolideerd door docenten en onderzoekers definitief uit elkaar te spelen en te desolidariseren. Het is geniepig dat vakbonden deze actieve ondermijning van solidariteit steunen. Werknemers binnen de vakbond dienen zich tegen de cao uit te spreken. Werknemersorganisaties als ReThink en WOinactie dienen de vakbond onder druk te zetten om het heulen met de VSNU te stuiten.

Socialisme.nu verwelkomt reacties, discussiebijdragen en ander commentaar van onze lezers. Plaatsing betekent uiteraard niet noodzakelijk dat we ermee instemmen. Ook reageren? Stuur ons een mailtje op reageren@socialisme.nu