Hoe wapenbedrijven oorlogen voedden
Beide kanten van de grens tussen het NAVO-blok en Rusland zijn de afgelopen jaren verder gemilitariseerd. In Polen en Roemenië zijn Amerikaanse raketten gestationeerd en in de Baltische staten worden regelmatig NAVO-oefeningen gehouden. Rusland positioneerde een groot aantal troepen aan de grens met Oekraïne en in Belarus. Als reactie daarop versterkte Amerika weer zijn regionale aanwezigheid. Deze militarisering en een nieuwe wapenwedloop leidt tot verdere escalatie. Verhoogde defensiebudgetten – aangemoedigd door de wapenindustrie – zijn olie op het vuur.
Wereldwijd geven staten jaarlijks bijna 1800 miljard euro uit aan defensie, waarvan 39 procent door Amerika, 15 procent door de Europese Unie en 13 procent door China. Sinds 2014 heeft Amerika, met aanmoediging van de wapenlobby, 3,2 miljard aan defensiematerieel naar Oekraïne gestuurd. Nederland levert ook wapens aan Oekraïne, waaronder scherpschuttersgeweren, munitie en radars. Naar aanleiding van de Russische invasie verhoogde Joe Biden het Amerikaanse defensiebudget met 5 procent. De Duitse bondskanselier Scholz kondigde aan, de defensie-uitgaven met een recordbedrag van 50 miljard euro in 2022 te zullen verhogen. Daarbovenop trekt hij 100 miljard extra uit om de komende jaren het leger te moderniseren.
Wapenindustrie
Het is een bekend gegeven dat staten hun defensie-uitgaven uitbreiden als reactie op de bewapening van hun buurlanden. Wapenbedrijven hebben baat bij een dergelijke wapenwedloop en proberen die verder aan te moedigen door politiek te lobbyen.
De wapenindustrie betaalt jaarlijks honderden miljoenen om het Europese en Amerikaanse beleid te beïnvloeden. Ze pleiten voor meer subsidies, een groter arsenaal en meer export. De wereldwijde defensie- uitgaven groeien dan ook consistent, ten koste van budgetten voor bijvoorbeeld sociale voorzieningen. Ondanks de torenhoge winsten en minimale belastingen wordt onderzoek door wapenbedrijven zwaar gesubsidieerd.
Met de invasie en de aangekondigde verdere militarisering stegen de aandelenkoersen van diverse wapenleveranciers. De koers van de grootste handelaar Lockheed Martin bereikte kort na de invasie zelfs een historisch hoogtepunt. Wapenleveranciers verwachten een hoge omzet. Niet alleen vanwege verkoop aan strijdende landen, maar ook omdat andere landen uit voorzorg hun arsenaal vergroten.
Een voorbeeld van de escalerende werking van wapenleveranties en van de lobbyactiviteiten van wapenleveranciers zien we in de wapenleveranties van de VS en de EU aan Saudi-Arabië. Het Amerikaanse bedrijf Raytheon lobbyde intensief tegen een motie van het Amerikaanse Congres die wapenexport aan het land zou beperken, hoewel hun raketten meerdere malen gebruikt zijn op burgers in Jemen. Ook is er aangetoond dat aan Saudi-Arabië verkochte wapens in handen zijn gevallen van Al-Qaida en Daesh. Zo bewapenen Europese bedrijven beide kanten van diverse conflicten en wanneer deze conflicten een vluchtelingenstroom veroorzaken, bewapenen ze ook de grenswachters van Fort Europa.
In Europa en Nederland is er ook een omvangrijke wapenindustrie actief. De EU is verantwoordelijk voor ruim een kwart van de wereldwijde wapenexport. Nederland is de op acht na grootste wapenexporteur van de wereld met een waarde van 488 miljard euro in 2020. De in Nederland gevestigde vliegtuigproducent Airbus schrijft 14 procent van haar inkomsten toe aan militaire productie, het Nederlandse bedrijf Damen is een topproducent van marineschepen en het Franse Thales, dat ook vestigingen in Nederland heeft, produceert onder andere raketafweersystemen.
We moeten ons keren tegen verdere bewapening die nu versneld wordt doorgevoerd en tegen de lobby van wapenleveranciers, die als doel hebben winst te maken ten koste van mensenlevens.