Het ministerie licht ons voor

Met de vijand gaat het altijd slecht, en met onze jongens gaat het altijd goed. Dat is één van de gouden wetten van de oorlogspropaganda. En ook als het wel eens minder goed gaat aan onze kant, komt dat niet omdat de vijand sterker, slimmer of efficiënter is geworden. Dat druist namelijk in tegen regel nummer 1: met de vijand gaat het altijd slecht. Problemen aan onze kant zijn altijd een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
18 april 2008

Militaire parade voor onze nieuwe opperbevelhebber

Door Pepijn Brandon

Om deze belangrijke principes te laten doordringen bij de Nederlandse bevolking, heeft het Ministerie van Defensie in de loop der tijd een geheel eigen stijl van communiceren ontwikkeld. Een paar recente ontwikkelingen kunnen daarvoor als illustratie dienen.

Op 8 april kondigde commandant in Uruzgan Richard van Harskamp aan dat de Nederlandse troepen in de komende tijd niet zullen proberen het gebied dat onder hun controle valt uit te breiden. Net als vorig voorjaar, toen de opmars van de Nederlandse militairen ook al werd stopgezet in grofweg hetzelfde gebied, is dit geen einde aan de strategie van de ‘inktvlek’. Vorig jaar stopten de troepen met hun offensief om de inktvlek te ‘verdiepen’. Dit jaar gaan ze de inktvlek ‘verdonkeren’.

Volgens de commandant hebben de Nederlandse troepen ‘contact’ met tachtig procent van de bevolking binnen de inktvlek. Dat contact moet eerst uitgebreid worden, voordat er sprake kan zijn van nieuwe offensieven. Op 16 april besloot het ministerie dertig tot veertig extra militairen plus tien pantservoertuigen naar Uruzgan te sturen. Natuurlijk niet omdat de Taliban sterker wordt binnen de verdonkerende inktvlek, maar juist om troepen vrij te maken om de controle te verstevigen. Dat moet vooral gebeuren rond Deh Rawod en de Baluchi-vallei. In deze delen van de inktvlek kunnen we de komende periode dus extra ‘contactmomenten’ met de bevolking verwachten.

Al die extra militairen voor de missie met de meeste Nederlandse doden sinds de Korea-oorlog hebben uiteraard nauwelijks effect op de slagkracht van het Nederlandse leger. De oproep van aftredend opperbevelhebber Dick Berlijn om de dienstplicht opnieuw in te voeren was ook niet ingegeven door een teruglopend aantal nieuwe rekruten. Berlijn maakte deze opmerking meer terloops, omdat hij denkt dat dienstplicht goed is voor de moraal, het normbesef en de lichamelijke oefening van de Nederlandse jeugd.

De zestien doden dit tot nu toe vielen zijn overigens voor de helft het resultaat van ongelukjes, niet van acties van de Taliban. Want, zoals we weten, de vijand boekt nooit successen. De dood vanochtend vroeg van twee militairen, vlakbij Kamp Holland, onder wie de zoon van de nieuwe opperbevelhebber, was dan ook helemaal geen teken van problemen binnen de inktvlek. Het was een toevalstreffer voor de Taliban, geen gerichte operatie. De vijand voert namelijk nooit gerichte operaties uit. Dat doen alleen de slimme, efficiënte, sterke en triomferende Nederlandse troepen, onder de bezielde en godsvruchtige leiding van Eimert van Middelkoop.

Wie al deze verklaringen onlogisch en onwaarschijnlijk vindt, lijdt in de ogen van het ministerie van Defensie aan een gebrek aan patriottisme. Wie ze wel logisch en waarschijnlijk vindt, lijdt in de ogen van deze auteur aan een gebrek aan realiteitszin en waarnemingsvermogen.