Het leven na het kapitalisme: alternatieven voor de tirannie van de markt
We leven in een wereld waar de markt bepaalt wat we produceren, hoe we het produceren, en hoe producten worden verdeeld. Hoe kunnen we deze dingen anders regelen, als we het niet met behulp van de markt doen?
Het is belangrijk om te benadrukken dat de markt heel erg slecht is in het verdelen van middelen en het bepalen van de waarde van dingen. De controle over de maatschappelijke productiemiddelen is geconcentreerd in handen van een kleine groep mensen. Deze beruchte ‘1%’ beheerst de grote bedrijven, banken en staten.
De verschillende eenheden binnen het kapitalistische systeem concurreren met elkaar om winst en macht. Dus uiteindelijk worden de prioriteiten in de productie bepaald door blinde concurrentie. Ontzagwekkende hoeveelheden resources worden in de loop van dat proces verspild. Denk bijvoorbeeld aan de waarde die vernietigd is in de huidige wereldwijde economische crisis.
Deze concurrentie vindt plaats langs verschillen in prijzen. Maar vanaf het gezichtspunt van elk serieus systeem van waardebepaling, zijn de resultaten die het produceert absurd. Waardeloze individuen zoals topmanagers in hedgefunds krijgen vele malen meer betaald dan nuttige mensen zoals zorgmedewerkers en onderwijzers. En het prijssysteem faalt bij de registratie van vele belangrijke kosten, zoals die van het vernietigen van de planeet door het industriële kapitalisme.
In een democratisch geplande economie zouden beslissingen over de verdeling en het gebruik van resources worden genomen via discussie en stemmen door degenen om wie het gaat. Vandaag de dag worden economische processen behandeld alsof ze natuurwetten volgen die slechts een handvol ‘experts’ begrijpen. In plaats daarvan zouden wij ze onderwerpen aan collectief democratisch overleg en besluitvorming.
Is het mogelijk een moderne economie op een democratische wijze te plannen? Is het systeem niet te complex om over elk besluit te stemmen?
Een democratisch geplande economie zou gebaseerd zijn op het principe dat degenen die er direct mee te maken hebben de beslissingen nemen. Daarvoor zou er een enorme decentralisatie van macht moeten plaatsvinden – iets dat toch al zou gebeuren door het revolutionaire proces dat korte metten maakte met het kapitalisme.
Voor zover mogelijk zouden beslissingen genomen worden op lokaal niveau door bedrijfs- en buurtvergaderingen, of door de raden van afgevaardigden, die gekozen zijn door deze bijeenkomsten.
Voor beslissingen die complexer zijn en invloed hebben op een grotere schaal zijn andere methoden nodig. Er zouden lichamen van afgevaardigden kunnen zijn op stedelijk, regionaal, nationaal en globaal niveau om bredere strategische beslissingen te nemen over de allocatie van resources.
De mainstream politiek baseert zich erop dat de meeste mensen passief zijn en dat kwesties ver van hun bed zijn. Maar als mensen de macht over hun dagelijkse leven winnen, kunnen we een enorme toename verwachten in democratische deelname.
Zijn geplande economieën niet inefficiënt? Is dat niet de reden waarom die in Oost-Europa mislukten?
Heel veel planning vindt al plaats onder het kapitalisme. Complexe, onderling verbonden economieën kunnen niet werken als er niet veel moeite werd besteed aan coördinatie en vooruit denken. Het probleem met dit soort planning is dat het heel erg ondemocratisch is. Het weerspiegelt de prioriteiten van concurrerende bedrijven en staten.
De zogenaamde ‘socialistische’ maatschappijen van Oost-Europa en de Sovjet-Unie waren hier een voorbeeld van. De nederlaag van de Russische Revolutie van 1917 nam de vorm aan van het verval van de arbeidersraden die de revolutie hadden gemaakt, en de partij- en staatsbureaucratie staat nam de macht over.
Deze nieuwe heersende klasse moest concurreren met westerse imperialistische mogendheden. Dit betekende het concentreren van resources op het opbouwen van de zware industrieën die nodig waren om wapens te produceren, vergelijkbaar met die van het westen.
Dat is waar planning in de USSR over ging. Het betrof een enorme centralisatie van macht, en het werd niet gedreven door de behoeften van gewone werkende mensen, maar door de dwingende eisen van militaire concurrentie.
Dit betekent niet dat democratische planning niet kan werken. Het bewijst alleen maar iets dat Karl Marx al een hele tijd geleden beargumenteerde: dat socialisme alleen kan worden opgebouwd op een internationale basis.
Zolang het kapitalistische systeem blijft voortbestaan, zal het op een of andere manier zijn logica van concurrentie en accumulatie steeds opnieuw opleggen aan elke willekeurige geïsoleerde maatschappij die zich tijdelijk ervan losgerukt heeft.
Zijn er nog delen van het kapitalisme die nog nuttig zouden zijn in een nieuwe samenleving? Of moeten we helemaal overnieuw beginnen?
Volgens Marx speelde het kapitalisme wat hij de ‘beschavende’ rol noemde, van het ontwikkelen van de productiekrachten van de mensheid. Maar hij voegde er altijd zorgvuldig aan toe dat dit gepaard ging met uitbuiting en vernietiging.
De rol van de socialistische revolutie is om deze productiekrachten te bevrijden, die ten slotte niets anders zijn dan het vermogen van mannen en vrouwen. We zouden dit vermogen terug moeten vorderen en het onder collectieve democratische controle plaatsen. Dus een socialistische samenleving zou voortbouwen op de productieve prestaties van het kapitalisme. Ze zou haar technologieën selecteren, sommige afstoten en andere behouden.
Daarnaast zijn er instituties die zich hebben ontwikkeld binnen het kader van het kapitalisme, die deels de eisen van de arbeidersbeweging reflecteren om prioriteit te geven aan menselijke behoeften. De gezondheidszorg is daar een voorbeeld van. We zouden niet de bureaucratische structuur willen behouden. Maar er is veel aan de NHS (de Britse National Health Service, red.) dat nog steeds van waarde kan zijn.
Het kapitalisme zorgt voor enorme ongelijkheden in de gehele wereld. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat een nieuwe wereld deze niet repliceert?
Socialistische revolutie kan alleen slagen als wereldwijd proces. Maar het zou zeer goed in de Global South kunnen beginnen. De meest geavanceerde strijd van de 21ste eeuw heeft tot nu toe plaatsgevonden in landen als Egypte en Bolivia.
Dus arbeiders, boeren en andere arme mensen in deze landen hebben goede kans voorop te lopen, bij welke transformatie van de maatschappij dan ook. Des te meer dit het geval is, des te kleiner de kans is dat de ongelijkheden van het kapitalisme zullen worden herhaald.
Een belangrijke prioriteit van elke nieuwe maatschappij is om snel over te gaan op een economie met een lage CO2-uitstoot. Dit is niet alleen nodig om chaotische klimaatsverandering te voorkomen, maar ook om de miljarden mensen die nu ploeteren in ellende een menswaardig bestaan te bieden.
Klimaatverandering is een kwestie die de noodzaak voor planning onderstreept. De recente klimaatconferentie in Durban toont aan dat de grote kapitalistische staten geen serieuze poging meer doen om een afname in CO2-uitstoot te realiseren.
Dat komt doordat het terugdringen van de uitstoot de allocatie van resources op een internationale schaal noodzakelijk maakt. Dit zou het gehele systeem van kapitalistische concurrentie ondermijnen. Daarom hebben we democratische planning nodig om de planeet te redden.
Breder gesproken, zal een socialistische samenleving gebaseerd zijn op de behoeften van de mensheid in het algemeen. Dus welke standaard van materieel welzijn het ook nastreeft, het zal een universele moeten zijn.
Alex Callinicos is een leidend lid van de Socialist Workers Party in Groot-Brittannië, zusterorganisatie van de IS. Hij is onder meer auteur van The Revolutionary Ideas of Karl Marx en Bonfire of Illusions: The Twin Crises of the Liberal World, beide verkrijgbaar via LeesLinks.
Vertaald uit de Socialist Worker door Selena Jans.