Heerts akkoord met sociale afbraak

Volgens Rutte mogen we spreken van een ‘historisch akkoord.’ Tegen de uitgesproken wil van zijn eigen achterban is Ton Heerts akkoord gegaan met twee pijnlijke hervormingen die de Nederlandse werkende klasse in het hart raken. Dat de VVD en de werkgevers hun onderhandelingsresultaat kunnen omzetten in beleid is echter nog niet gezegd.
12 april 2013

Door Jeroen van der Starre

Volgens de media en de liberale oppositiepartijen als D66 is het vooral de vakbeweging die heeft gewonnen met dit akkoord. Immers, het pakket van 4,5 miljard extra bezuinigingen voor komend jaar is voorlopig van de baan, waaronder de nullijn voor ambtenaren, zorgwerkers en leraren. De meest vergaande flexconstructies worden aangepakt. De versoepeling van het ontslagrecht wordt pas in 2016 ingevoerd.

Zoals we van de polderaars gewend zijn, wordt dit akkoord afgezet tegen het plan van de regering en dan ziet dit akkoord er op het eerste gezicht best aardig uit. Ten opzichte van het regeerakkoord slaat de regering een heel ander toon aan en dat is niet los te zien van de vakbondsacties van de afgelopen tijd, zoals in de zorg.

Afbraak

Maar wie voorbij de papieren werkelijkheid kijkt, krijgt een heel ander beeld. Ten opzichte van de huidige situatie is alleen de aanpak van flexwerk een verbetering te noemen. In ruil daarvoor is Heerts akkoord gegaan met de versoepeling van het ontslagrecht en accepteert hij dat het derde jaar WW-recht vanaf 2016 wordt afgebouwd. Alsof dit nog niet genoeg is, accepteert hij ook de sluiting van de sociale werkplaatsen, met in plaats daarvan een vage ‘inspanningsverplichting’ voor werkgevers om mensen met een handicap in dienst te nemen. De pensioenopbouw wordt verder beperkt en jongeren met een arbeidsbeperking (Wajong-ers) moeten zich laten herkeuren.

Met name de verkorting van de WW en de versoepeling van het ontslagrecht tasten de positie van werkenden ernstig aan. Deze maatregelen trekken de basis weg onder de verbeteringen: wat is de aanpak van flexwerk waard als de deur open staat om elk werk te flexibiliseren? Voor de werkgevers en het kabinet was dit het belangrijkste doel voor de onderhandelingen: steun voor een maatregel die eerder door de vakbeweging altijd terecht ‘onacceptabel’ werd gevonden.

Wat we ervoor terugkrijgen is wisselgeld: of de extra bezuinigingen bijvoorbeeld echt niet zullen doorgaan blijkt pas na de zomer. Die bezuinigingen worden volgens Rutte alleen geschrapt als straks blijkt dat de crisis in enkele maanden tijd ineens als sneeuw voor de zon is verdwenen. Over de 100.000 ontslagen in de thuiszorg is met geen woord gesproken. Voor de plannen om de huren te verhogen en om banken te herkapitaliseren met ons pensioengeld geldt hetzelfde.

Eenzijdige vrede

De bezuinigingen die niet in het akkoord worden genoemd zijn net zo belangrijk als de zaken die wel worden vastgelegd. Met dit akkoord tekenen werkgevers en kabinet een sociale vrede met de vakbeweging die moet duren tot 2016 – daarna kan de klassenstrijd weer beginnen, maar tot die tijd is het crisis en ‘hebben we elkaar nodig’. De maatregelen die het kabinet alsnog voor ons in petto heeft, laten zien wat voor sociale vrede dit zou zijn: een eenzijdige vrede waarin de vakbeweging de strijdbijl begraaft en de werkgevers en regering de klassenstrijd eenzijdig voortzetten.

Aankomende Prinsjesdag, als de begroting voor 2014 wordt gepresenteerd, kunnen we een nieuwe aanval verwachten. Dan zal blijken dat Ruttes optimisme ongegrond is en dat extra bezuinigingen bij nader inzien toch ‘noodzakelijk’ zijn. Door een sociaal akkoord te sluiten zal de vakbeweging zich feitelijk verbinden aan de rest van het afbraakbeleid, bovenop alle narigheid waaronder Heerts nu zijn handtekening heeft gezet.

De echte winnaars in dit akkoord zijn dan ook werkgevers en kabinet. Zij hebben rust in de polder gekocht en steun voor het flexibiliseren van de arbeidsmarkt met simpel uitstel van een handvol maatregelen. Elke garantie dat van uitstel afstel komt, ontbreekt. Ton Heerts had überhaupt geen hoge inzet: volgens hem is dit akkoord al geslaagd als hierdoor zelfs maar één baan behouden blijft. Voor dat magere resultaat is hij bereid om de werkzekerheid van alle werkenden in Nederland te grabbel te gooien – zij het op wat langere termijn.


Ledenparlement aan zet

In zijn jargon heet dit ‘verantwoordelijkheid nemen.’ En dat is wat hij doet: verantwoordelijkheid nemen voor de aanval van werkgevers en kabinet op de rechten van zijn achterban. Maar vakbondsleden zijn ook niet van gisteren. Het ledenparlement van de FNV heeft hem voorafgaand aan de onderhandelingen een glashelder mandaat meegegeven: elke aantasting van de WW en het ontslagrecht is onbespreekbaar. Waar Heerts nu mee terugkomt is precies dat – dit akkoord kan dan ook alleen als een middelvinger naar het ledenparlement worden geïnterpreteerd.

Dat ledenparlement is nu aan zet. Als we dit onderhandelingsresultaat vergelijken met de opdracht die zij Heerts hebben meegegeven, dan laat hun conclusie zich raden. Als ze het akkoord afschieten, moet er een actieplan komen om de bezuinigingen tegen te houden, flexwerk tegen te gaan en de positie van werkenden en uitkeringsgerechtigden te versterken.

Maar hoe het ledenparlement ook zal besluiten, met de vernieuwing van de vakbeweging in volle gang wordt het hoog tijd dat er eindelijk een gekozen bestuur komt dat de belangen van de leden centraal stelt. Voor bestuurders als Heerts die de agenda van Wientjes door de strot van de leden wil duwen, kan in een democratische vakbeweging geen plaats zijn.