Haal het geld waar het flitst!

Politici die willen bezuinigen om het begrotingstekort weg te werken, leggen de rekening van de crisis neer bij gewone mensen. Maar de staatsschuld is ontstaan door het redden van de winsten en bonussen van bankiers, gokkers op de beurs en directeuren en aandeelhouders van grote bedrijven. Jeroen van der Starre en Kees Visser zetten uiteen hoe we met een belasting op flitskapitaal een deel van de kosten van de crisis kunnen verhalen op de verantwoordelijken.
30 augustus 2012
Protest voor de invoering van de Robin Hood Tax, Brussel september 2010

Volgens het IMF hebben de reddingen van de banken tot aan 2009 wereldwijd maar liefst 11,9 biljoen dollar of zo’n 1400 euro per hoofd van de wereldbevolking gekost. Ter vergelijking: de oorlogen in Irak, Afghanistan en Pakistan kostten bij elkaar tussen de 3 en 4 biljoen dollar.

Dit zijn extreme bedragen, zeker als we beseffen dat dit geld gegeven is aan instellingen die afgelopen decennia exorbitante winsten hebben geboekt, bonussen en dividenden hebben uitgekeerd en bovendien een belangrijke rol hebben gespeeld in het veroorzaken van de crisis. Nadat die crisis uitbrak en veel mensen hun hypotheek niet meer konden betalen waren het de banken die aanstuurden op huisuitzettingen.

Maar terwijl gewone mensen wereldwijd hard getroffen worden door de bezuinigingen, hebben de financiële instellingen hun leven niet gebeterd en hebben ze geen enkele positieve rol gespeeld. Integendeel, het zijn het juist de financiële markten die de druk op landen opvoeren om meer te bezuinigen en de rentes op de staatsleningen omhoog drijven. Ook maakte de financiële sector vanaf 2009 weer stevige winsten.

Dit graaien aan de top heeft tot veel protest geleid – van boze brieven in kranten tot het ontstaan van de Occupy-beweging. Onder druk van de publieke opinie wordt er nu op Europese schaal gekeken naar de invoering van de financiële transactietax (FTT), een belasting op flitskapitaal. Dat omvat enorme bedragen die tot nu toe nauwelijks worden belast.

Speculaties

Flitskapitaal bestaat grotendeels uit speculaties die niets bijdragen aan de economie, maar slechts bedoeld zijn om snel en gemakkelijk geld binnen te halen. Het gaat dan bijvoorbeeld om speculatie op wisselkoersen, aandelen en andere financiële ‘producten’ die meestal uit een vorm van schuld bestaan. Dit soort praktijken zijn enorm toegenomen sinds de opkomst van het neoliberalisme in de jaren ’70 en zijn compleet los komen te staan van bedrijvigheid in de reële economie.

Handel met lichtsnelheid (High Frequency Trading) is een relatief nieuw fenomeen dat in de jaren ’90 is ontstaan en nu zo’n 70% van de internationale handel uitmaakt. Deze vorm van geautomatiseerde handel moet het hebben van de snelheid en omvang van transacties, dat hogesnelheidshandelaars een voordeel geeft over andere beleggers. Het is een vorm van handel die dure computers vereist, die steeds beter moeten worden om op kop te blijven en deelname aan dit soort handel is daarom voorbehouden aan een kleine groep extreem rijke investeerders en bedrijven. Flitskapitaal is een manier waarop deze elite parasiteert op de reële economie.

De belasting op flitskapitaal die nu door de Europese Commissie wordt voorgesteld is zeer bescheiden: 0,1 % op aandelen en obligaties, en 0,01 % op derivaten (complexere financiële producten). Ze is bedoeld om speculatie tegen te gaan en belastinggeld binnen te halen. Volgens de Europese Commissie zal dit zo’n 57 miljard euro per jaar opleveren. Het idee voor een belasting op speculatie is al veel ouder; na de crises in de jaren ’30 en de jaren ’70 werden dergelijke voorstellen gedaan door gematigde economen zoals John Maynard Keynes en James Tobin.

De groei van de financiële sector en de daarmee samenhangende speculatie betekent dat er vandaag de dag nog meer aanleiding is om deze geldstromen te belasten en bovendien dat dit veel meer geld oplevert. De enorme verliezen die tijdens de crisis zijn veroorzaakt door geautomatiseerde speculatie onderstreept dit nog eens extra. Dit heeft ervoor gezorgd dat de roep om een belasting op flitskapitaal steeds luider is geworden. In verschillende landen wordt campagne gevoerd voor de invoering van een ‘Robin Hood Tax’. Landen als Duitsland en Frankrijk zijn voorstander van een belasting op flitskapitaal en in 40 landen is iets dergelijks al ingevoerd.

Dwars

De Nederlandse regering ligt echter dwars en kiest daarmee de kant van de speculanten. In oktober vorig jaar was Rutte nog voorstander van het belasten van speculatie, maar in maart van dit jaar verklaarde Jan Kees de Jager dat Nederland er niet mee zal instemmen. De belangrijkste reden hiervoor is dat zo’n belasting ‘schadelijk’ voor de Nederlandse economie zou zijn. Voor neoliberalen is het belasten van de extreem rijken altijd slecht voor de economie en is het verlagen van de lonen en het afbreken van sociale bescherming altijd goed voor de economie.

In werkelijkheid bezwijkt de Nederlandse regering voor de belangen van het flitskapitaal – een van de grootste in Europa – en hoopt ze dat speculanten uit andere landen hun toevlucht naar Nederland nemen als ze in andere Europese landen belast gaan worden. Het hypocriete is dat de regering tegelijk roept dat ze geen belasting op flitskapitaal wil invoeren als het niet internationaal gebeurt, maar ligt zij zelf dus dwars.

Deze politiek past bij de trend waarbij de belastingen op winsten sinds de jaren ’90 al met procenten verlaagd zijn en het bedrijfsleven nog altijd miljarden aan subsidies krijgt. Het CPB schat de kans erg klein dat financiële instellingen zich uit Nederland zullen terugtrekken als gevolg van deze maatregel, en dat eventuele negatieve gevolgen voor groei bescheiden en tijdelijk zullen zijn.

Een andere reden om flitskapitaal niet te belasten is dat het ‘de crisis niet zal oplossen’. Dat klopt. De huidige economische crisis is direct veroorzaakt door de financiële crisis die in 2007 uitbrak, maar heeft veel diepere oorzaken die niet alleen beperkt blijven tot de financiële economie.

Het belasten van flitskapitaal kan daarom noch een oplossing zijn voor de crisis, noch een garantie dat er geen volgende crisis zal komen. Daarvoor zijn radicalere maatregelen nodig die de economie onder democratische controle brengen, zodat productie niet meer in dienst staat van de winst van een kleine elite maar van de behoeften van de meerderheid.

Kleine eerste stap

Toch is het belangrijk dat deze belasting wordt ingevoerd. Ten eerste, omdat het een begin is van het terugsturen van de rekening van de crisis naar de veroorzakers ervan, die afgelopen decennia geprofiteerd hebben van het neoliberale beleid. Het belasten van deze groep extreem vermogende lieden is daarom een kleine eerste stap naar sociale rechtvaardigheid en kan bijdragen aan het verlichten van de druk op gewone mensen.

Ten tweede is het een kleine stap om de macht van de financiële markten te beperken en het voor speculanten moeilijker te maken om de economie te destabiliseren. Door binnen milliseconden met miljarden euro’s te dobbelen, kunnen speculanten nu de aandelen van een bedrijf of het geld van een land van waarde doen kelderen. Ondertussen betalen mensen die werkloos worden of hun huizen verliezen de prijs voor hun gokverslaving. Ook kunnen de financiële markten de politiek onder druk zetten om hun belangen te dienen. Niet voor niets roepen de meeste partijen – van de VVD tot GroenLinks – dat de kiezer op hen moet stemmen om ‘de financiële markten gerust te stellen’.

Dat de Nederlandse regering dwarsligt is exemplarisch voor de felle pro-rijkenpolitiek die ons land voert. Elke stap om een deel van de rekening van de crisis neer te leggen waar die hoort, wordt direct van de hand gewezen als ‘slecht voor de economie’. We zouden de regering daarom moeten dwingen om zich achter deze maatregel te scharen, door campagne te voeren voor rechtvaardig beleid in plaats van het eindeloos stimuleren van zelfverrijking van de weinigen terwijl de meerderheid harde bezuinigingen te verduren krijgt.

De mogelijkheden om dit te doen zijn er in overvloed. Geen normaal mens zal begrijpen waarom de ultrarijken nauwelijks belasting betalen op de winsten die ze uit het gokken op de beurs behalen, terwijl een gewone werknemer wel loonbelasting betaalt. Het belasten van het flitskapitaal is dus een begin in de goede richting, maar zonder maatschappelijke tegendruk zullen markten en politici doorgaan met hun business as usual.

  • Wil je reageren op dit artikel? Stuur ons een mail.
  • Met socialisme.nu en De Socialist proberen we socialistische ideeën toegankelijk te maken voor iedereen. Om dit te blijven doen kunnen we alle hulp gebruiken. Wil jij ons ook steunen? Neem dan een abonnement op De Socialist of word donateur: vul hier het formulier in.