Griekenland: nieuwe openingen voor antikapitalistisch links

De regeringsdeelname van Syriza betekent een grote verschuiving in het Griekse politieke landschap. Tassos Anastassiadis is lid van de leiding van SEK, de Griekse zusterorganisatie van de Internationale Socialisten. Katerina Papadouli sprak met hem over de perspectieven voor links.
3 maart 2015

Hoe kijkt SEK aan tegen het algemene resultaat van de verkiezingen?

De verkiezingsuitslag was erg goed. De twee partijen van de heersende klasse in Griekenland, die al meer dan 40 jaar de heerschappij van de bazen ondersteunen, zijn ingestort. Pasok is nauwelijks in het parlement gekomen en Nieuwe Democratie gaat dezelfde kant op.

Het gezamenlijke resultaat van links (Syriza, KKE en Antarsya) was meer dan 42 procent. De arbeidersklasse en de jeugd waren en zijn, met hun enorme verzetsbewegingen, de hoofdrolspelers van deze omwenteling. De schoonmakers van het ministerie van Financiën, de omroep ERT en de werknemers in de publieke sector die werden ontslagen, zorgden dat de radicaliseringsgolf het punt bereikte om een linkse regering te kiezen. Antikapitalistisch links vergrootte zijn stemmenaantal ten opzichte van 2012.

Hoe ziet je dat resultaat?

Het resultaat van Antarsya was in deze gepolariseerde omstandigheden relatief goed. We meten het succes niet aan de verdubbeling van stemmen vergeleken met de verkiezingen van juni 2012. In plaats daarvan is ons succes de banden die we hebben ontwikkeld met de voorhoede van de arbeidersklasse en de jongeren, die veel groter in aantal zijn dan de 40.000 kiezers van Antarsya.

Wat waren de doorslaggevende factoren voor de overwinning van Syriza?

Syriza was in staat om de meerderheid te krijgen in deze geradicaliseerde situatie, want het was de meest prominente partij van links. Na 2012, toen duidelijk werd dat ze voor de regeringsdeelname zouden gaan, werd Syriza een aantrekkelijk alternatief.

Het was natuurlijk de enige partij die kon garanderen dat ze tenminste bij de verkiezingen de pro-memorandapartijen omver kon werpen en een regering kon vormen. Syriza’s politieke voorstellen leken ‘makkelijker’ dan de voorstellen van Antarsya om de schuld te annuleren en de EU te verlaten.

De Europese media schilderen Syriza af als een partij van radicaal links. Is er een verschuiving in de politiek van Syriza sinds 2012?

De dominante tegenstellingen die nu aan de oppervlakte komen liggen tussen de grote verwachtingen van de mensen in de beweging aan de ene kant, en de compromispolitiek van de nieuwe regering. Behalve dat ze geen stropdas dragen, duidt al het andere op een verschuiving van Syriza naar rechts.

De verkiezing van Pavlopoulos als staatshoofd (president) is het meest recente voorbeeld. In 2008 was hij minister van Openbare Orde. Hij had de leiding over de politie en overspoelde na de moord op Alexis Grigoropoulos Athene met traangas. Maar Syriza begon lang voor de verkiezingen op te schuiven naar rechts. Sinds 2012 probeert Syriza de markten te bewijzen dat zij geen gevaar liepen met Syriza in de regering.

Het Programma van Thessaloniki voldeed niet aan de behoeften van de bevolking na zes jaar harde bezuinigingsmaatregelen. Deze ontwikkelingen brengen ons op vandaag de dag, met een tussentijdse overeenkomst met de EU en de geldschieters, die niets te maken heeft met de hoop van het volk. In plaats daarvan bevriest hij elke directe maatregel die de gevolgen van de bezuinigingen zou verlichten.

Hij verzekert de kredietverstrekkers dat elke maatregel eerst door hen zal worden goedgekeurd en dat eerdere hervormingen, zoals privatiseringen, niet zullen worden teruggedraaid. Nu is het argument dat de regering het Programma van Thessaloniki zal realiseren binnen vier jaar en niet in de eerste 100 dagen, zoals eerder was beloofd.

Daar zijn al reacties op gekomen. Manolis Glezos, een prominent parlementslid van Syriza verontschuldigde zich publiekelijk aan het Griekse volk vanwege zijn rol in het versterken van de illusie dat Syriza de maatregelen zou uitvoeren die de bevolking nodig had. Zelfs de bijeenkomsten buiten het parlement, dat begonnen als ondersteuning van de Griekse regering, werden omgevormd tot demonstraties tegen een eventuele terugtocht van de overheid.

De fascisten zijn nog steeds derde in zetelaantal. Groeit hun invloed?

De enorme ineenstorting van Pasok en het onvermogen van Potami – een recent gevormde liberale partij – om een doorbraak te maken bracht de fascisten van de Gouden Dageraad in de derde positie. Dit is niet het gevolg van hun eigen opgang. In plaats daarvan daalde hun stemmenaantal ten opzichte van 2012, vooral in de grote steden. Hun ambitie om te profiteren van de val van Nieuwe Democratie liep uit op een mislukking.

Dit is de vrucht van de antifascistische beweging en is het startpunt om te verhinderen dat ze doen alsof ze een ‘legale partij’ zijn van een rechtse oppositie. Deze beweging moet blijven doorgaan tot het einde en druk uitoefenen op het rechtssysteem dat over een maand de neonaziprocessen zal beginnen. Wij zullen ervoor zorgen dat er geen ruimte voor hen zal zijn om de rol van een uiterst rechtse oppositie tegen de linkse regering te spelen.

Wat is de rol van antikapitalistisch links in deze nieuwe omstandigheden?

De vorming van een arbeidersoppositie is urgent. De leiding van Tsipras en Kammenos (leider van de Onafhankelijke Grieken) moet de druk voelen van de verwachtingen van het volk. Het zou een misdaad zijn om deze verwachtingen te laten verpletteren tussen de compromissen van de nieuwe ministers en het populisme van de rechtervleugel.

We hebben een sterke oppositie nodig op straat, die de hoop van de mensen omzet in initiatieven van de beweging en alternatieve politieke perspectieven. Wij eisen dat degenen die zijn ontslagen onmiddellijk hun baan terugkrijgen, dat de omroep ERT weer opengaat, dat gezondheidszorg en onderwijs terugkeren in handen van het publiek.

In de komende periode zullen we initiatieven nemen in al deze kwesties. De eerste stap was de demonstratie buiten de ERT. We organiseerden ook de eerste mobilisaties voor het sluiten van de detentiecentra en we bereiden ons voor op de grote internationale antiracistische betoging op 21 maart.

Tot slot lanceren SEK en Antarsya een grote campagne voor de annulering van de schuld. Met grote openbare bijeenkomsten, flyers en brochures beginnen we onze inspanningen om vakbonden en studentenverenigingen winnen voor ons perspectief.

Om het pad voor een echte arbeidersrespons te openen, het betalen van rente aan de woekeraars te stoppen, om de schuld eenzijdig te annuleren en de memoranda te ontbinden. Om nu de lonen te verhogen en de banken te nationaliseren die zijn ‘gered’ en betaald met geld van het volk. Zonder één euro als schadevergoeding aan de bankiers en onder de controle van de arbeiders.