Griekenland: ‘Mensen zetten hun linkse draai door en zijn klaar om de strijd aan te binden met Syriza’
Kun je met onze lezers enkele opmerkingen over de verkiezingsuitslag delen?
De uitslag van de verkiezingen van 20 september liet vooral twee dingen zien: de eerste is dat de draai naar links in de maatschappij die is begonnen in de afgelopen vijf jaar met de strijd tegen de memoranda, doorgaat, en de tweede is dat de heersende klasse en haar partijen nog steeds in een diepe crisis zijn, zowel economisch als politiek.
De partijen die de afgelopen jaren memoranda hebben uitgevoerd zitten in een enorme crisis. Nieuwe Democratie staat dicht bij haar ineenstorting. In een zeer kritieke periode heeft de partij geen leider, terwijl al twee van haar leiders ontslag namen in 2015. Hun probleem is niet alleen persoonlijk, wie de leider moet zijn. Het is eerder een strategisch probleem voor rechts op dit moment, over de vraag of ze de strategie moet volgen van de zuivere rechtervleugel, die zich uitstrekt tot uiterst rechts en ze tegen de linkse regering moeten zijn, of meer in het midden en een politiek volgen waarin ze consensusposities innemen ten aanzien van de regering.
Op een bepaald niveau zitten beide sociaal-democratische partijen, Pasok en Potami, in een soortgelijke politieke crisis: ze zijn niet in staat om hun stemmenaantal te verhogen en belangrijke actoren te worden in de komende periode.
Maar wat het belangrijkst is, we moeten zien wat de stem in de richting van Syriza eigenlijk betekende, na de 62 procent Nee en de stemming over het derde memorandum. Het is verkeerd om te veronderstellen dat de mensen die voor Syriza stemden, de uitvoering van het memorandum zullen tolereren. Mensen stemden met veel minder illusies in vergelijking met de verkiezingen in januari. Ze stemden, niet echt in de hoop dat Syriza de bezuinigingen zou stoppen, maar ze wilden vooral een overwinning van Nieuwe Democratie voorkomen. Deze mensen zetten hun linkse draai door en zijn klaar om de strijd aan te binden met Syriza op elk niveau.
Het argument dat een verzwakte stem voor Syriza zou resulteren in een grotere Gouden Dageraad (GD) in het parlement lijkt niet uit te komen. Wat is je commentaar op het resultaat van GD?
Ik wil allereerst zeggen dat het hebben van een duidelijk fascistische, neonazipartij die 6,9 procent van de stemmen wint een groot gevaar is en we nooit mogen vergeten dat op dit moment in Griekenland de dreiging van fascisme bestaat. Dat gezegd hebbende, en kijkend naar de grote kracht die de antiracistische en antifascistische beweging had: de populariteit van de GD is dalende, en hun stemmen aantal is gedaald in elke verkiezing sinds 2012.
Fundamenteel gesproken zijn ze er niet in geslaagd om te groeien in de gebieden die ze wilden gebruiken als ‘bolwerken’, wat de grote steden zijn en de arme gebieden in Athene en Thessaloniki. Aan de andere kant zijn ze erin geslaagd om te groeien op sommige plekken waar de antiracistische beweging niet erg sterk is en vooral op een aantal eilanden in de buurt van Turkije met de grootste toestroom van vluchtelingen. Deze ontwikkeling is zeer belangrijk, omdat we te maken hebben met een verzwakt GD.
Volkseenheid (LAEN) was vertegenwoordigd in het parlement met 30 Kamerleden of zo, maar is er uiteindelijk niet in geslaagd het parlement binnen te komen. De volgende dag betoogden veel van hun vertegenwoordigers dat LAEN te extreme opvattingen had over de euro, of dat er niet genoeg tijd was, of zelfs dat Antarsya de schuld was van hun verlies. Wat is er eigenlijk gebeurd met LAEN?
Ik weet niet of je die uitdrukking gebruikt in het Nederlands, maar LAEN had goud in zijn handen en veranderde het in kolen! Het begon met 25 tot 30 parlementsleden, in feite was het de op twee na grootste partij in het parlement en zelfs toen kon het niet de – natuurlijk antidemocratische – kiesdrempel bereiken van de 3 procent. Er zijn veel excuses die worden gebruikt door de leiding, je noemde de meest voorkomende. Ik denk dat deze argumenten volkomen verkeerd zijn.
De reden dat LAEN er niet in slaagde om de mensen te overtuigen die massaal Syriza aan de linkerzijde verlieten, is precies het tegenovergestelde van wat ze beargumenteren, dat hun eisen te extreem waren. Zij stonden niet links, maar rechts van wat de mensen eisten en nodig hadden als alternatief.
Een typisch voorbeeld was hun vraag op de exit van de euro en terugkeer naar de drachme. Het was duidelijk dat dit geen echt alternatief voor de mensen voorstelde. Economen als Lapavitsas beargumenteerden dat een terugkeer naar de drachme zou leiden tot een devaluatie van 20 procent en harde bezuinigingsmaatregelen voor enkele maanden of jaren, maar dat Griekenland uiteindelijk weer concurrerend zou worden en mensen daarvan zouden profiteren. Er was geen echt alternatief voor Syriza. Het enige verschil was dat Syriza een memorandum voorstelde binnen de euro en LAEN sprak over bezuinigingen met de drachme.
LAEN slaagde er niet in om kritieke kwesties te beantwoorden zoals de breuk met de EU, de annulering van de gehele schuld en de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder arbeiderscontrole. Daaruit bleek dat ze geen antwoord had op de vraag wie dit alles zou doen, wie deze eisen zou laten materialiseren. Dit was, naast hun complete falen om deze kwesties te verbinden met het issue van de vluchtelingen en de antiracistische strijd, de reden waarom zij er niet in slaagden om de duizenden mensen te overtuigen die van Syriza in linkse richting bewegen.
Dit eerste argument gaat samen met het argument van tijd. LAEN stelt dat de verkiezingen te snel plaatsvonden en ze geen tijd hadden om met de mensen te praten. De waarheid is dat niet alleen in de periode voor de verkiezingen in januari, maar vooral erna, LAEN in het parlement op geen enkel punt botste met de regering. LAEN discussieerde niet met regering op 20 februari en bij het begin van de onderhandelingen en deed helemaal niets om alle strijd te ondersteunen die plaatsvond. Tot eind augustus beargumenteerden ze dat ze binnen Syriza moesten blijven en de partij moesten helpen door middel van pluralisme. Ze werden pas gedwongen te vertrekken toen Tsipras weigerde een conferentie te houden voor de stemming over het derde memorandum.
Tot slot is natuurlijk het laatste argument vals, dat stelt dat Antarsya de linkse stemmen verdeelde en daardoor schuldig is aan LAEN’s mislukking. Antarsya was degene die een electorale samenwerking met LAEN voorstelde. Maar dat werd politiek afgewezen, omdat ze geen enkele discussie duldden over het uitbreiden van hun programma over de kwestie van het verlaten van de EU. Het werd ook organisatorisch afgewezen omdat werd geëist dat Antarsya zou moeten opgaan in LAEN. Dat was een zeer bewuste weigering.
Wat zijn de perspectieven voor LAEN de komende periode? Gaan ze instorten of zullen ze een nieuwe linkse partij formuleren?
Het is heel moeilijk om te voorspellen wat er precies gaat gebeuren met LAEN. Maar om te beginnen wil ik zeggen dat niemand blij is met deze uitslag. Antarsya is niet blij dat LAEN niet in staat was om mensen te overtuigen en in het parlement te komen. Integendeel, we denken dat haar groei een extra kracht zou betekenen voor de beweging tegen de memoranda en de aanvallen van de heersende klasse.
Maar ik wil nog iets zeggen waarvan ik denk dat het heel belangrijk is. De 2,9 procent die LAEN behaalde betekent dat er samen met de communistische partij en Antarsya een sterke linkse oppositie bestaat tegen de Syriza-regering, die zeer nuttig kan zijn voor de strijd. Als ze ervoor kiezen om de strijd te ondersteunen. Dus dat is de grote vraag voor LAEN. Ze moeten beslissen dat ze de beweging steunen en dit niet alleen beslissen, maar helpen bij het organiseren van de arbeidersbeweging.
Laat me een voorbeeld geven. In de vakbonden in de publieke sector, hebben de vakbondsleiders die lid waren van Syriza, deze partij in grote meerderheid verlaten en zich aangesloten bij LAEN. In de sleutelsectoren die de komende tijd zullen worden aangevallen, zoals scholen, gemeenten en ziekenhuizen, vormen LAEN-vakbondsleden grote meerderheden. De vraag is of dit voordeel zal worden gebruikt om een sterke arbeidersbeweging te organiseren.
Dat is de meest kritieke vraag die LAEN nu moet beantwoorden. De discussies over de vorming van een partij, of de vorming van een nieuw programma, ook al is het belangrijk, zal de toekomst van de partij of het nut ervan voor de strijd niet definiëren. Nu overheerst helaas een grote teleurstelling onder de leden en kiezers van LAEN.
Deze teleurstelling is ook gebaseerd op de analyse van LAEN over de verkiezingsresultaten, die ertoe neigt om enigszins in lijn te zijn met de Communistische Partij. Die stelt weer dat het probleem niet bij links ligt, maar bij het bewustzijn van de mensen. Als je zo begint, zijn de voorspellingen niet in je voordeel. We willen niet dat de dingen zich op zo’n manier ontwikkelen en antikapitalistische links en Antarsya zullen tegengas geven tegen een dergelijke richting.
De nieuwe Syriza-ANEL-regering is een feit en naar verwachting zal dit een ‘hete’ winter worden. Wat zijn de grote gevechten van de arbeidersbeweging?
Ik gebruik hier een kunstmatig onderscheid tussen de arbeidersbeweging tegen de economische en tegen de politieke aanvallen, maar ik doe dat omdat we later praten over de politieke strijd en racisme. Laten we beginnen met de dreigende economische aanvallen. De regering is vastbesloten om zeer snel een nieuw pakket bezuinigingsmaatregelen te implementeren.
Een deel daarvan zijn privatiseringen, te beginnen met de haven van Piraeus en andere havens in het land, waarover in oktober moet worden beslist. Het eerstkomende gevecht is dat tegen privatiseringen van de havens, met Piraeus als speerpunt. Deze strijd is al begonnen. Laten we niet vergeten dat de staking van de arbeiders in de haven van Piraeus, tijdens de eerste maanden van de Syriza-regering, enorme steun kreeg in de stad en van de vakbonden in Piraeus.
Een tweede aanval die eraan komt is een aanval op de gehele publieke sector, die ook voor november moet worden uitgevoerd en uit drie delen bestaat: verlaging van de lonen, de evaluatie van arbeiders (die verband houdt met de loonsverlaging, wat betekent: een slechte evaluatie, minder loon) en veranderingen in het verzekeringsstelsel (verlaging van pensioenen en verhoging van de bijdragen).
Tegelijkertijd bevindt het land zich, in de nieuwe periode na de zomer, in grote problemen. De ziekenhuizen zijn het meest kenmerkende voorbeeld. Ministers stellen dat de ziekenhuizen op de rand van de afgrond staan, terwijl de scholen opengaan met 20.000 plekken van onderwijzend personeel die niet zullen worden vervuld. Dit zijn de plaatsen waar we verwachten dat zich meer gevechten zullen ontvouwen. Dit is al aangetoond, omdat veel ervan al stakingen organiseerden in de eerste vijf maanden waarin links in de regering zat.
Deze mensen hebben twee dingen als belangrijke ervaringen: het zelfvertrouwen van het massale Nee in het referendum en de woede over de uitverkoop van Syriza op elk niveau. De vraag is nu wie actief deze gevechten gaat organiseren en coördineren en natuurlijk eruit generaliseren. Initiatieven van coördinatie die zich al hebben gevormd en die overwegend initiatieven van antikapitalistisch links zijn, zullen een cruciale rol spelen in de strijd. Griekenland is in het centrum van de vluchtelingencrisis, met een golf van solidariteit die het land overspoelt van Athene naar de eilanden en alle grote steden.
Hoe belangrijk is het dat de politieke gevechten aansluiten op de economische zodat de beweging sterker kan staan en zegevieren?
Waar we eerder zeiden dat de arbeidersklasse ook politieke strijd voert, staat de strijd om de vluchtelingen te verwelkomen en de fascisten te breken nu centraal in Griekenland. Allereerst is het noodzakelijk dat de arbeidersbeweging zich verbindt met deze gevechten. Een goed voorbeeld hiervan is het belang van de eis om de EU te verlaten, die naast het opleggen van strenge maatregelen aan mensen namens de bazen ook verantwoordelijk is voor duizenden dode vluchtelingen en migranten aan haar grenzen.
En het zijn niet slechts enkele landen zoals Hongarije en Kroatië, maar het is heel Europese regeringen. De Griekse regering is medeplichtig aan de situatie, met het niet neerhalen van het hek bij de Evros, wat ertoe leidt dat duizenden mensen de Egeïsche Zee oversteken met kleine bootjes, wat elke dag tot doden leidt.
De strijd tegen dit alles staat centraal en ik denk dat die delen van links die nalaten een antiracistische beweging op te bouwen gewoon niet meer zullen meetellen. De opbouw van een sterke antiracistische beweging is nu nodig, want dit is een dreigende aanval waarbij wordt geprobeerd de arbeidersklasse te verdelen en het is de beste kans voor de fascisten om weer te groeien.
Het is zeer belangrijk dat de eerste grote demonstratie na de verkiezingen een antiracistische was, georganiseerd door KEERFA (Beweging voor Eenheid Tegen de Racistische en Fascistische Dreiging). Duizenden mensen eisten dat de moordenaars van Gouden Dageraad zouden worden opgesloten en de grenzen zouden worden geopend voor vluchtelingen en migranten. Zulke demonstraties zullen een belangrijke rol spelen in de komende periode, maar de opbouw van sterke antifascistische netwerken en een beweging die in staat is zulke eisen te implementeren staat centraal in ons werk van dit moment.
Costas Pittas is secretaris van de ambtenarenvakbond in het ministerie van Ontwikkeling, lid van Antarsya en de Socialistische Arbeiderspartij (SEK)