God is dood, leve de theologie!

In 2014 kreeg Roland Boer de Isaac Deutscher Memorial Prize, voor het meest vernieuwende boek op het gebied van marxisme. Bijzonder is dat Boers werk, In the Vale of Tears, een theologisch werk is. Wat gebeurt hier en waarover gaat het werk van Roland Boer?
24 juli 2015

Roland Boer is de zoon van gereformeerde Nederlandse ouders, die vroeger naar Australië geëmigreerd zijn. Hij is gereformeerd opgevoed, ging naar een protestants seminarie en studeerde daar theologie. De gebruikelijke onderwerpen zijn God, bijbel, geschiedenis van het christendom, religiekritiek, religiefilosofie en theologie.

Tijdens zijn studie kreeg Boer echter belangstelling voor de vraag wat marxisten denken over deze onderwerpen en begon daarvan een uitgebreide studie. Hij deed dat in de eerste plaats als wetenschapper, dus zo uitgebreid mogelijk. Maar hij schrijft zijn bevindingen ook zo helder en leesbaar mogelijk op, zodat het leesbaar is voor een groot publiek.

In the Vale of Tears is het vijfde boek uit een serie waarin Roland Boer de verhouding tussen marxisme en religie beschrijft. In de eerste drie delen behandelt hij de houding ten opzichte van religie – en aanverwante onderwerpen – van een hele serie marxistische auteurs. In een apart boek, dat niet tot de serie behoort, heeft hij ook aandacht besteed aan de houding van Lenin ten opzichte van religie. Het vierde deel is geheel gewijd aan het werk van Marx en Engels. In the Vale of Tears is het sluitstuk van de serie. Hij vat hierin de voorgaande boeken samen aan de hand van zeven verschillende thema’s.

Belang van religiekritiek

Het werk van Boer is enorm uitgebreid, wat de vraag doet rijzen waarom hij hier zoveel aandacht voor heeft. Het uitgangspunt van kritische filosofen in de tijd van Marx was: ‘Religiekritiek is de voorwaarde voor alle andere kritiek’. Dat was de Verlichting, de Franse Revolutie en Hegel.

De Duitse filosoof Hegel liet in Fenomenologie van de geest zien hoe de mensheid in zijn ontwikkeling dwars door de religie en via de religie heen tot de conclusie komt dat het enige wat we hebben om ons op te baseren ons verstand en denkvermogen is.

Daarmee is God dood. Hegel kleedde dit inzicht in religieuze beelden in en zaaide daarmee veel misverstanden. Het was een andere Duitse filosoof, Ludwig Feuerbach, die de filosofie van Hegel meer eenduidig en consequent uitwerkte in Het wezen van het christendom: ‘God is een projectie en theologie is antropologie.’ Einde God, einde religie, einde theologie.

Marx als religiewetenschapper

Maar dan komt Marx. Marx beschrijft in Het kapitaal hoe het kapitalisme een product van de mensheid is, maar de mensheid uiteindelijk geen greep heeft op het kapitalisme. Het krijgt schijnbaar een eigen leven, de eigenschap van een fetisj.

Zo wordt het kapitalisme in wezen een vorm van religie en wel op het laagste niveau van Hegel, namelijk op het niveau van fetisjisme. Zoals we in de religiekritiek God als product van de menselijke geest kunnen begrijpen en terugbrengen tot ons eigen bewustzijn (zoals Hegel zegt) moeten we ook het kapitalisme als maatschappelijk product van de mensheid onder controle van de mensheid brengen (Marx).

Van hieruit valt te begrijpen waarom socialisten zich tot de dag van vandaag met religie hebben beziggehouden. Omgekeerd hebben ook theologen zich altijd al met religiekritiek beziggehouden, want bij Abraham en Mozes gaat het al om de vraag of we niet met afgoden te maken hebben. Alles wat mensen onderdrukt en knecht is afgodendienst en dient volgens die traditie te worden bestreden.

Ideologie

In die zin kun je in de huidige tijd, die in het westen zogenaamd religievrij is, religiekritiek vervangen door ideologiekritiek. Ideologie heeft de functie mensen gevangen te houden in het heersende systeem overgenomen. De uitspraak ‘Er is geen alternatief’ van de voormalige Britse premier Margaret Thatcher is hier een goed voorbeeld van. Het is een van de pijlers waarop de heersende neoliberale ideologie steunt.

Religiekritiek is daarom ook nu nog zeer interessant. De diepgang waarmee Boer de dialectiek tussen marxisme en theologie onderzoekt en beschrijft is baanbrekend. Daarbij gaat hij bovendien verder dan een samenvatting van de belangrijkste gedachten over theologische onderwerpen binnen het marxisme. Hij gebruikt zelf ook de marxistische methodologie om dieper in te gaan op religie en analyseert bijbelse teksten in relatie met hun economische achtergrond.

Daarmee zet hij niet alleen de marxistische traditie op vernieuwende wijze voort, maar presenteert hij binnen het theologisch denken een nieuw perspectief. Wat mij betreft verdient hij daarom ook een prijs voor het meest vernieuwende werk binnen de theologie.

Roland Boer
In the Vale of Tears
Haymarket / 378 pagina’s / €28,-