Geen klimaatstrijd zonder klassenstrijd
De eerste pijn is voor veel mensen al voelbaar met de flinke stijging van de energiekosten. Door verhoging van zowel prijzen als belastingen is een gemiddeld huishouden in 2019 honderden euro’s meer kwijt aan onder andere het verwarmen van de woning. En die stijging zet door.
En dan zijn de plannen uit het klimaatakkoord – die enorme kosten met zich meebrengen – nog niet eens uitgewerkt. Maar we leven in een wereld waarin het bedrijfsleven gespekt wordt met subsidies en mensen aan de onderkant letterlijk in de kou zitten. Zij moeten hun verwarming maar weer wat lager draaien op straffe van een hoge rekening.
De neoliberale trend van harde aanvallen op werkende mensen en armen zal niet ophouden bij de uitvoering van de klimaatplannen. Volgens Rutte moet het bedrijfsleven ‘fair’ meebetalen. Maar een vervuilingsheffing gaat er in ieder geval niet komen. Wie verwacht dat Rutte hard zal zijn voor de bedrijven die hij eerder koste wat kost wilde verlossen van de dividendbelasting is naïef.
Maar niet alleen de VVD heeft een geloofwaardigheidsprobleem. De voorzitter van de klimaattafel industrie, Manon Janssen constateerde: ‘De industrie heeft een slecht imago, en dat is erger dan ik van tevoren had verwacht.’
In dit licht moeten we de mediaoptredens zien van Hans de Boer (VNO-NCW) en Feike Sijbesma van DSM. Hans de Boer kwam in verschillende media met zijn gebruikelijke scheldpartijen en dreigementen: ‘Jesse Klaver verspreidt fakenews’ en ‘er gaan 50.000 klimaatwerklozen komen’.
Sijbesma nam bij Buitenhof een vlucht naar voren door te claimen dat DSM best wil betalen. DSM boekte in 2017 nog een omzet van 8,5 miljard en was daarmee een van de grootste spelers in de Nederlandse chemische industrie, die in 2018 alweer meer uitstootte dan een jaar eerder. Een paar miljoen is een glad imago DSM wel waard.
Het Financieele Dagblad schermde ook met de macht van de industrie: ‘Wie met verve de ambitieuze Klimaatwet verdedigt, moet de burger eerlijk vertellen dat die de energietransitie flink in zijn portemonnee gaat voelen de komende jaren. Ook als de industrie veel zwaarder wordt belast. Want die rekening wordt uiteindelijk doorgeschoven naar de burger.’
Maar het FD heeft natuurlijk gelijk: de industrie heeft de positie om gemaakte kosten aan ons op te leggen. Het FD noemt de eis van Klaver voor een CO2-belasting dus deels terecht ‘verkiezingsretoriek in de aanloop naar de Statenverkiezingen’.
Deze machtsverhoudingen laten zien waarom een bredere beweging nodig is en waarom we niet kunnen rekenen op partijen als GroenLinks, dat zich al jaren conformeert aan de grenzen van het systeem en de kosten van het kapitalisme bij arbeiders neerlegt.
De eis voor een rechtvaardig klimaatbeleid kan niet geïsoleerd gesteld worden zonder eisen voor hogere lonen, lagere btw, een nationaal zorgfonds én een stevige verhoging van belastingen voor het bedrijfsleven en de rijken.