Frankrijk: de winst van Hollande en de uitdaging voor links

Op 17 juni vindt de tweede ronde plaats van de Franse parlementsverkiezingen. De overwinning van de sociaal-democraat Hollande in de race om het presidentschap maakte deel uit van het groeiende protest tegen bezuinigingen in Europa. Maar wat heeft hij te bieden, en welke rol speelt radicaal links?
13 juni 2012

Door Angela Ettema

Honderdduizenden mensen gingen op 6 mei in heel Frankrijk de straat op om te vieren dat Sarkozy verslagen was. Die had als ‘president van de rijken’ een centrale rol bij het doorvoeren van het bezuinigingsbeleid van de EU. De grote stem op de sociaal-democratische Parti Socialiste (PS) bij de presidentsverkiezingen was deel van een verschuiving naar links, waarin ook het Front de Gauche (Links Front) van Mélenchon enorm aan aanhang won.

Bezuinigingen hoeven niet het lot van Europa te zijn’, zei Hollande op de verkiezingsavond. Om te beginnen leveren hijzelf en zijn ministers 30 procent van hun salaris in en wordt de pensioenleeftijd verlaagd van 62 naar 60 jaar. Ook heeft Hollande beloofd opnieuw te onderhandelen over de aanpak van de schuldencrisis en legt daarbij de nadruk op economische groei in plaats van bezuinigen.

De rijken moeten offers brengen: de banken en grote bedrijven moeten meer belasting betalen en het belastingtarief voor mensen die meer dan een miljoen euro verdienen wordt verhoogd tot 75 procent.

Daarnaast belooft hij stemrecht voor migranten bij gemeenteraadsverkiezingen, directe terugtrekking uit Afghanistan, invoering van het homohuwelijk, uitbreiding van kinderopvang en een ministerie voor vrouwenrechten. Ook wil hij privatisering van overheidsdiensten stopzetten, 60.000 banen scheppen in het onderwijs en 150.000 banen voor jongeren.

Voor wie het agressieve afbraakbeleid van een Cameron of Rutte gewend is, lijkt dit op het eerste gezicht heel mooi. Maar het wil niet zeggen dat Frankrijk ineens een sociaal paradijs wordt.

Beperkt

De hervormingen die Hollande belooft zijn beperkt. Hollande is per slot van rekening een gewone reformistische politicus die binnen de grenzen van het kapitalistisch systeem opereert en de belangen van dat systeem zal laten prevaleren boven die van zijn kiezers.

Hollande heeft al benadrukt dat hij ‘geen gevaar vormt voor de markt’. Hij heeft beloofd om de overheidsfinanciën voor 2017 op orde te brengen. Dat kan alleen door tientallen miljarden te bezuinigen. Hollande zegt dat hij tegelijkertijd de staatsschuld kan verminderen en sociale hervormingen doorvoeren. Maar de vraag is niet of dit mogelijk is, maar of het financiële systeem dat toestaat.

Het neoliberale tijdschrift The Economist klaagt over Hollandes ‘diepe anti-businesshouding’ en heeft er geen vertrouwen in dat hij hard genoeg zal vechten voor de bazen. Het blad suggereert dat dit alleen gebeurt als de financiële markten druk op hem uitoefenen.

Dan zal Hollande zwichten, tenzij tegenover de druk van de markten een grotere druk van arbeidersstrijd staat. Het is daarom zaak de strijdbaarheid en het zelfvertrouwen van links en de vakbeweging op te bouwen.

Ook op het gebied van rechten voor migranten laat Hollandes houding te wensen over. Zo wil hij het boerkaverbod handhaven, halal vlees uit schoolkantines weren en de detentiecentra voor ‘illegale’ migranten openhouden – stuk voor stuk concessies aan de racistische politiek van zijn voorganger.

De meest zorgwekkende uiting van de polarisatie in Frankrijk is de grote verkiezingswinst van het Front National van Marine Le Pen. Zij heeft het antisemitisme van haar vader ingeruild voor islamofobie en presenteert het Front National nu als een respectabele partij. Daarnaast doet ze zich voor als voorvechter van de belangen van de gewone Fransen. Deze strategie heeft succes gehad: het Front National kreeg in de eerste ronde 6,4 miljoen stemmen. Dat is de hoogste score in de geschiedenis van de partij.

Deze uitslag is voor een groot deel te wijten aan politici van de gevestigde partijen, die al jaren concessies doen aan Le Pen in de hoop het Front National de wind uit de zeilen te nemen. De praktijk wijst uit dat dit de ideeën van het Front National juist heeft gelegitimeerd.

Tegenover Le Pens politiek van haat en wanhoop staat een politiek van hoop en solidariteit. Die wordt het duidelijkst vertegenwoordigd door de opkomst van het Front de Gauche van Jean-Luc Mélenchon. Vier miljoen mensen stemden in de eerste ronde van de presidentsverkiezingen op Mélenchon.

Strijdbaar

Deze voerde een strijdbare en radicale campagne, onder andere met de leuze ‘laten we de financiële wereld op zijn plaats zetten’. Met voorstellen als een maximumsalaris voor bazen en een stijging van het minimumloon wist hij duizenden linkse activisten te mobiliseren in zijn campagne. Ook keerde Mélenchon zich nadrukkelijk tegen het fascistische Front National.

Na de eerste ronde van de verkiezingen bleven aanhangers van Mélenchon campagne voeren voor een zo groot mogelijke nederlaag van Sarkozy. Op bijeenkomsten riep Mélenchon op tot een nieuw juni 1936. Hiermee verwees hij naar de algemene staking van dat jaar, waarin twee miljoen stakers belangrijke overwinningen boekten.

Mélenchon riep op om in de tweede ronde op Hollande te stemmen, maar maakte duidelijk dat hij niet bereid was als minister toe te treden tot diens regering. ‘Als de Socialistische Partij over haar programma zegt “take it or leave it”, dan kiezen wij voor het laatste’, verklaarde hij.

Het Front de Gauche is opgezet als electorale coalitie van de Communistische Partij, Mélenchons eigen Parti de Gauche (Linkse Partij) en een aantal kleinere organisaties, maar heeft zich in de campagne ontwikkeld tot een activistische organisatie. Vooral de nadruk op antifascistisch activisme is een welkome stap, die nog hard nodig zal blijken te zijn.

Maar uiteindelijk ligt de kracht van het Front de Gauche niet bij links-reformistische politici als Mélenchon of een organisatie als de Communistische Partij, die een geschiedenis heeft van uitvoeren van bezuinigingsbeleid op lokaal niveau.

Het grote belang van het Front de Gauche is dat er een potentieel is van miljoenen Fransen die bereid zijn om in actie te komen voor hun belangen tegenover de bezuinigingspolitiek. De parlementsverkiezingen in juni zullen naar verwachting door Hollandes Socialistische Partij worden gewonnen.

De nieuwe regering zal al snel worden aangevallen door de financiële markten, en dus meteen op de proef gesteld worden. Dit zal dan ook een ultieme test worden voor antikapitalistisch links in Frankrijk, dat zich zal moeten bewijzen bij het organiseren van verzet zodra ook Hollande bezuinigingen gaat doorvoeren.

_______________________________________________________________________________________________________

Confrontatie radicaal links en Front National

Bij de eerste ronde van de Franse presidentsverkiezingen was het fascistische Front National van Marine Le Pen de grootste winnaar, met bijna 18 procent van de stemmen.

Dit is een erg zorgelijke ontwikkeling. De sterke positie die Le Pen heeft veroverd moet echter wel in perspectief geplaatst worden.

De steun voor het Front National is sterk gedaald in de grote steden en in arbeidersbuurten, waar Mélenchons Front de Gauche vaak groter was. Zo versloeg Front de Gauche het Front National in Parijs, Lyon, Lille, Bordeaux, Toulouse, Montpellier, Nancy, Rennes, Nantes en Clermont-Ferrand. Hieruit blijkt dat in de grote steden meer mensen op een partij links van de sociaal-democraten stemmen dan op de nazi’s.

Door terug te vechten tegen bezuinigingen, principieel stelling te nemen tegen racisme en socialistische oplossingen voor de crisis naar voren te brengen kan links een beweging opbouwen die Le Pen kan verslaan en een deel van haar aanhang kan losweken van de nazi’s.

Het was prijzenswaardig dat Front de Gauche-leider Mélenchon bij de parlementsverkiezingen in juni direct de strijd aanbond met Le Pen. Hij stelde zich kandidaat voor dezelfde zetel, in de plaats Henin-Beaumont, waar Le Pen woont. In de eerste ronde had Le Pen daar 30 procent van de stemmen behaald en Mélenchon 11 procent. Bij de eerste confrontatie op 10 juni werd Mélenchon helaas derde, en besloot hij om in de tweede ronde op 17 juni terug te treden ten gunste van de PS-kandidaat Phillipe Kemel.

‘Ik kom hier omdat er een strijd is die een nationale betekenis heeft, en zelfs een internationale, omdat alle ogen in Europa op ons gericht zijn’, zei Mélenchon in mei tegen zijn aanhangers in Henin-Beaumont. ‘In die strijd is er een confrontatie tussen twee visies op het aanpakken van de crisis, dus laten we die vergelijken. Ligt het probleem bij de migranten of bij de bankiers? Voor ons ligt het bij de bankiers.’

  • Wil je reageren op dit artikel? Stuur ons een mail.
  • Met socialisme.nu en De Socialist proberen we socialistische ideeën toegankelijk te maken voor iedereen. Om dit te blijven doen kunnen we alle hulp gebruiken. Wil jij ons ook steunen? Neem dan een abonnement op De Socialist of word donateur: vul hier het formulier in.