FNV-leden moeten hun nieuwe voorzitter kunnen kiezen
Komend voorjaar zijn er verkiezingen voor de nieuwe voorzitter van de FNV. Daarvoor hebben Tuur Elzinga, Kitty de Jong en Niek Stam zich kandidaat gesteld. Niek Stam is de is als enige door de toetsingscommissie afgewezen. Vorige week vrijdag is hij tegen dat besluit in beroep gegaan bij het bij het ledenparlement (LP). Maar helaas heeft het LP het bezwaar van Stam afgewezen. Dit is een grof schandaal en geeft duidelijk aan hoe slecht het is gesteld met de democratie binnen de FNV.
Voorafgaand aan de voorzittersverkiezingen heeft het dagelijks bestuur, waar zowel Tuur Elzinga als Kitty Jong lid van zijn, een zwaar functieprofiel opgesteld en een toetsingscommissie opgesteld en dit voorgelegd aan het LP. Dat parlement is vervolgens akkoord gegaan met de zware functieomschrijving waar vage en nogal sturende eisen werden gesteld. Zo moesten kandidaten ‘een boegbeeld zijn van de ingezette verandering binnen de FNV’. Ook is het LP akkoord gegaan met de invoering toetsingscommissie, bestaande uit voorstanders van de polderlijn, die moest toetsen aan het profiel.
Ledenparlement
In het LP is de kandidatuur van Stam uiteindelijk met een nipte meerderheid afgewezen, na een rommelige discussie waarin de visie van Stam, de rol van de toetsingscommissie en het afbreukrisico voor de FNV om Stam af te wijzen, door elkaar liepen. Het is een schande voor de vakbondsdemocratie dat een van de drie kandidaten vooraf buiten de verkiezing wordt geplaatst. Te meer, omdat FNV-leden nu kunnen kiezen tussen de twee huidige voorzitters die beiden verantwoordelijkheid dragen voor de passieve opstelling van de bond in de coronacrisis en voor de verdere afbraak van het pensioenakkoord.
Ook toont het aan dat het LP nog lang niet kritisch genoeg is op haar eigen rol. Het stemde in met een zeer dubieuze procedure en leek pas te begrijpen wat daar de gevolgen van waren, toen Stam werd afgewezen.
Er is veel af te dingen op de lijn die Niek Stam voorstelt voor de vakbeweging. Zijn voorstel om het vakbondswerk volledig te richten op het afsluiten van cao’s is veel te beperkt, ook al is het een enigszins begrijpelijke reactie op de wijze waarop de FNV-leiding sectoroverstijgende en politieke strijd heeft aangepakt. Een strijdbare vakbeweging zou – zeker gezien het feit dat werknemersbelangen door de parlementaire partijen nauwelijks serieus worden genomen – juist ook politieke strijd moeten voeren.
Maar de bureaucratische wijze waarop Stams kandidatuur is geblokkeerd – bepaald niet de eerste ondemocratische truc van het huidige bestuur – is volstrekt onacceptabel. Als de twee overgebleven kandidaten voorstander zijn van een democratische vakbond, dan zouden ze zich luid en duidelijk uit moeten spreken tegen de uitsluiting van Niek Stam.