Fabrieksbezetting VS antwoord op ontslagen
De bezetting van de fabriek van Republic Windows and Doors begon nadat het management had geprobeerd het bedrijf te sluiten zonder het personeel vooraf te waarschuwen, lonen uit te betalen of afspraken te maken over een ontslagvergoeding. Na een zes dagen durende bedrijfsbezetting die het landelijk nieuws haalde, accepteerden de arbeiders in een stemming een bod van 1,75 miljoen dollar. Elk personeelslid krijgt acht weken salaris, betaling voor de uitstaande vakantiedagen en twee maanden ziektekosten. Per arbeider betekent dit ongeveer 7000 dollar.
De bazen, vakbondsleiders en de Bank of America sloten vorige week woensdag de overeenkomst. De reden voor de sluiting was dat de Bank of America de kredietvoorziening voor het bedrijf had stilgezet. Dezelfde bank incasseerde eerder 25 miljard dollar aan publiek geld uit het noodbudget van Bush. De actie dwong de bank met geld over de brug te komen, ondanks het feit dat de wet dit niet voorschrijft.
De actie werd gedragen door Latinos, een minderheid waarvanuit in 2006 massaal gedemonstreerd werd voor migrantenrechten. De bezetting had twee belangrijke resultaten. Ten eerste heeft ze het idee helpen verspreiden dat de financiële noodpaketten er niet alleen moeten zijn voor de bankiers, maar ook voor gewone mensen die geconfronteerd worden met banenverlies of uit hun huis worden gezet. Ten tweede heeft het een machtige traditie van bedrijfsbezettingen voor arbeidersrechten nieuw leven ingeblazen. In de jaren dertig brachten dit soort bezettingen een serie belangrijke overwinningen voor de werkende klasse.
De Chicago Tribune had deze maand een artikel over ‘hoe een succesvolle sit-in te organiseren’. Het artikel benadrukt de noodzaak van brede solidariteit zodat een bezetting kan uitgroeien tot landelijke focus voor verzet. Dat de Chicago Tribune zelf met sluiting bedreigd wordt was misschien wel een extra motivatie voor het artikel.