Duitsland kiest opvolger Merkel – Die Linke gaat in verkiezingscampagne ten onder

Olaf Scholz van de SPD
De Duitse verkiezingen van afgelopen zondag gingen in de eerste plaats over de vraag wie Angela Merkel als bondskanselier opvolgt. De onwaarschijnlijk slechte prestatie van Armin Laschet als lijsttrekker van de CDU/CSU gaf Olaf Scholz van de SPD de mogelijkheid zonder sterk eigen profiel favoriet te worden en zelfs vóór de christen-democraten op de eerste plek uit te komen.
1 oktober 2021

De CDU/CSU verliest met 9 procent hard en komt met 24,1 procent verreweg op het slechtste resultaat ooit. De SPD wint tegen de langetermijntrend in 5,2 procent van de stemmen en heeft met 25,7 procent het beste resultaat sinds 2005. De Groenen krijgen er 5,8 procent bij en komen met 14,8 procent op hun beste resultaat ooit. De liberale FDP wint licht en komt op 11,5 procent. De AfD verliest 2,3 procent en eindigt op  10,3 procent, maar is tegelijkertijd in de oostelijke deelstaten Sachsen en in delen van Thüringen en Sachsen-Anhalt de grootste partij geworden. Die Linke verliest 4,3 procent en komt met 4,9 procent net onder de kiesdrempel van 5 procent. Dankzij drie direct verkozen kandidaten in kiesdistricten in Berlijn en Leipzig komt ze desalniettemin in de Bondsdag.

Links

De winst voor SPD en Groenen maakt duidelijk dat er zeker wel een wijdverbreide behoefte aan verandering is. De opkomst van de massale klimaatprotesten, waaraan op vrijdag 24 september in heel Duitsland nog meer dan 600.000 mensen hebben deelgenomen, speelde electoraal vooral de Groenen in de kaart. De SPD voerde ondanks de lijsttrekker Olaf Scholz, een van de architecten van de afbraak van de sociale zekerheid en het arbeidsrecht onder Gerhard Schröder en voormalig burgemeester van Hamburg, een relatief linkse verkiezingscampagne. Daarmee kon ze netto zowel anderhalf miljoen kiezers van de CDU/CSU winnen als meer dan een half miljoen van Die Linke.

In deze situatie is Die Linke door de andere partijen nagenoeg ondergesneeuwd en wist slechts haar allertrouwste kiezers aan zich te binden. Veel voormalige Linke-stemmers gaven hun stem strategisch aan Olaf Scholz om te voorkomen dat Armin Laschet bondskanselier wordt. Ook aan de Groenen heeft Die Linke bijna 500.000 stemmen verloren. Het verlangen naar een centrum-linkse regering die het milieu serieus neemt zal ook daar een doorslaggevende rol hebben gespeeld.

In de laatste weken van de verkiezingen kwam Die Linke ook steeds meer onder druk te staan om zich van te voren uit te spreken voor een regering met SPD en Groenen en bij voorbaat water bij de wijn te doen, door bijvoorbeeld de NAVO te accepteren. Dit heeft de vleugel die wil regeren, van de fractievoorzitter Dietmar Bartsch en de co-partijvoorzitter Susanne Henning-Wellsow, aangegrepen om Die Linke klaar te stomen voor ‘rood-groen-rood’. Telkens weer bood de partijtop de SPD en de Groenen linkse samenwerking aan, in plaats zich tegen hun in de praktijk neoliberale politiek af te zetten. Na de verovering van Kabul door de Taliban verzuimde Die Linke de SPD en de Groenen voor 19 jaar steun aan de bezetting te veroordelen en kwam in plaats daarvan zelf in het defensief omdat ze de laatste ‘reddingsactie’ van de Bundeswehr niet steunde.

Oorzaken verlies Die Linke

De oorzaken voor de verliezen van Die Linke liggen echter veel dieper dan verkiezingstactiek. In grote delen van voormalig Oost-Duitsland, waar de partijstructuren al jaren verrotten en de gemiddelde leeftijd van de leden gestaag stijgt, is de partij steeds minder aanwezig. Ook in het westen is het Die Linke in veel steden en op het platteland nooit echt gelukt duurzame partijstructuren op te bouwen en maatschappelijk te wortelen.

Verder is het Die Linke nooit echt gelukt een duidelijke, coherente stem van solidariteit en effectieve volksgezondheid in de coronacrisis te worden. De Bondsdagfractie liep vaak achter de feiten aan en kon geen gemene deler vinden wat de pandemiebestrijding betreft. De goede plannen en moties die de Bondsdagfractie in het verloop van 2020 en 2021 produceerde, met verregaande sociale eisen en honderden miljarden euro’s aan investeringen in zorg, onderwijs, sociale zekerheid, openbaar vervoer en een linkse Green New Deal, kwamen amper in de pers voor. Bij de bevolking kwamen ze al helemaal niet aan. Bovendien is Sahra Wagenknecht steeds meer dubieuze video’s gaan publiceren waarin ze bijvoorbeeld onzekerheid zaait over coronavaccins en duidelijk koketteert met de wappies in haar achterban.

Ook de telkens weer in de media benadrukte interne ruzies, zoals tussen de aanhang van Sahra Wagenknecht, die in haar laatste boek voor zich de term ‘links-conservatief’ claimt aan de ene kant en de voorstanders van internationalisme, antiracisme en actief anti-fascisme, feminisme, ecologisch socialistische politiek en LGBTIQ-solidariteit aan de andere kant, heeft Die Linke parten gespeeld. Ook de permanente breuklijn tussen de voorstanders en tegenstanders van een eventuele regeringsdeelname speelde daarbij een rol.

Lichtpuntjes

Een uitzondering op de nationale trend is echter de hoofdstad Berlijn, waar naast de Bondsdagverkiezing ook het stadsparlement en de stadsdeelraden werden verkozen en ook over het succesvolle referendum voor de onteigening van de 11 grootste privé-verhuurders met in totaal 240.000 woningen werd gestemd. Juist bij de Berlijnse verkiezingen verloor Die Linke ondanks de regeringsdeelname slechts 1,6 procent en kwam op 14 procent uit, terwijl het verlies in de Bondsdagverkiezingen, van 18,7 procent naar 11,4 procent, ook in Berlijn desastreus was.

In wijken waar Die Linke bijzonder geworteld is in de bewegingen, in de wijk en in het referendum-initiatief Deutsche Wohnen & Co Enteignen, zoals Neukölln, Kreuzberg, Wedding, Charlottenburg of Nord-Treptow, heeft Die Linke in de stadsverkiezingen zelfs licht kunnen winnen. Het feit dat Die Linke de enige partij was die het razend populaire referendum met alle macht heeft gesteund heeft evenals de worteling in de antifascistische beweging ook geholpen de schade te beperken. Door de stakingsbeweging in de ziekenhuizen jarenlang te steunen, zoals in Berlijn in het Charité en Vivantes het geval was, kon Die Linke haar worteling in de strijdbare delen van de arbeidersklasse uitbouwen in plaats van erover te jammeren dat de steun in de arbeidersklasse verdwijnt. Juist op deze manier kon Die Linke in Neukölln bijvoorbeeld met 11,9 procent voor de Bondsdag en 14,3 procent voor het Berlijns Abgeordnetenhaus voor de tweede keer op rij het beste resultaat van voormalig West-Duitsland halen.

Dat betekent dat Die Linke haar potentieel waar kan maken waar ze haar fixatie op parlementen als het primaire speelveld en middel voor maatschappelijke verandering laat varen en haar energie in plaats daarvan in de opbouw van bewegingen en stakingen steekt. Hoe daar concreet in verschillende delen van het land invulling aan kan worden gegeven zal per locatie verschillen. Vast staat echter dat Die Linke het roer om moet gooien, als ze in toekomst nog een rol van betekenis wil spelen in tijden van crisis.

Freek Blauwhof is actief bij Die Linke in Berlijn-Neukölln en het revolutionair netwerk marx21.