‘Dubbele dip’ dichterbij door neoliberale ramkoers

Sinds enige tijd melden met name rechtse politici, zoals demissionair minister De Jager, dat de recessie nu echt voorbij is. De gevreesde ‘tweede dip’ zou afgewend zijn. Wie zich echter nog het lange ontkennen van het bestaan van de crisis door Bos en Balkenende kan herinneren, zal vermoeden dat de werkelijkheid weerbarstiger is. Enigszins op de achtergrond menen vele burgerlijke economen dat het economisch herstel rammelt. De groei van de economie is niet zo sterk en diepgaand als nodig is. De manier waarop de politiek met de crisis omgaat, is zowel schadelijk voor de economie, als voor de arbeidersklasse.
7 oktober 2010

Door Sjerp van Wouden

‘De economie wordt nog steeds omlaag getrokken door de Grote Recessie. Alle stuwraketten die ons eruit konden krijgen zijn aan het falen.’ Dit zijn de woorden van de Amerikaanse minister Reich. De grootste economie van de wereld verkeert inderdaad in zwaar weer. Zowel in fabrieken als in winkels lopen de zaken terug.

De crisis werd gekatalyseerd door een crisis op de Amerikaanse huizenmarkt. Deze markt werd tijdelijk gereanimeerd door de enorme financiële steunpakketten. Toen die staatssubsidie recentelijk afliep, maakte de markt een enorme klap. Verkoop van nieuwbouwhuizen bereikte het laagste niveau ooit gemeten. Het IMF meldde dat 7,6 miljoen huishoudens het risico lopen hun woning uitgezet te zullen worden. Dit zal de Amerikaanse consumptie – belangrijke drijfveer van de Amerikaanse en wereldeconomie – sterk ondermijnen. Aflopende steun aan consumenten en wederom toenemende werkloosheid spelen dezelfde rol.

Dit is symptomatisch voor wat over de hele wereld te zien is. De honderden miljarden schulden die vele regeringen zijn aangegaan om de economie overeind te houden zijn uitgegeven; bestedingen van de toekomst zijn naar voren gehaald. Nu deze maatregelen uitgewerkt zijn, is de crisis terug van nooit weggeweest. Dit wordt versterkt door het probleem van de enorme staatsschulden. Deze worden door regeringen, met name in Europa, aangegrepen voor keiharde bezuinigingsoperaties, waardoor de economie nog een ferme tik zal krijgen.

Grote Depressie

Een vergelijking met de Grote Depressie van de jaren dertig en de eerdere Grote Depressie van 1873-1896 is op zijn plaats. De econoom John Judis ziet drie belangrijke punten van overeenkomst. Ten eerste werden alledrie de crises ingeleid door een financiële crisis. Ten tweede was er een traditionele overproductiecrisis in de leidende industrieën van die tijd: in 1873-1896 bij de spoorwegen; in 1929 bij de auto-industrie; voor 2007 begon de ICT-sector te krimpen alsmede de huizenmarkt. Ten derde zijn de depressies mondiaal. Tijdens deze crises trekken verschillende economieën elkaar in het algemeen omlaag in plaats van omhoog.

Een nuancering en preciezere kijk laat nog enkele belangrijke problemen zien. Duitsland, motor van de Europese economie, kon net als Japan enkele maanden groeien op basis van export van machinerie en productiemiddelen naar China. Het gaf haar tijdelijk een groeispurt, maar deze is nu afgelopen. Nederland trok zich op zijn beurt weer op aan de groeiende Duitse exportindustrie, wat nu ook afgelopen is.

Het OESO zegt dan inmiddels ook dat in álle grote economieën de groei terug zal lopen. De baas van de OESO zei in een videobericht dat hij, naast erg veel slecht nieuws, ook een goed bericht had: het niveau van productieve investeringen is inmiddels zo laag, ‘dat het alleen nog maar omhoog kan’. Een pijnlijk voorbeeld uit de categorie ‘wishful thinking’.

Tegen deze achtergrond roept het neoliberale weekblad The Economist om ‘overheidsingrijpen’, nu de politiek van laissez faire een farce is gebleken. Maar The Economist vraagt om lastenverlaging voor de rijksten en bedrijven, en voor lastenverhoging voor de rest. Deze oproepen hadden zo uit de mond van Thatcher of Reagan kunnen komen en geven aan dat het neoliberalisme in crisis alle middelen zal inzetten – inclusief de zo verfoeide ‘overheidsbemoeienis’ – zolang die maar haar eigen belangen dienen.

Desastreus effect

Dit is precies wat het nieuwe kabinet in Nederland van plan is. Maar hoewel het precieze verloop van de crisis onduidelijk is, staat vast dat deze ‘versoberingmaatregelen’ de crisis zullen verergeren. Bedrijven en rijken investeren namelijk alleen als ze er winst mee denken te kunnen maken en consumenten vergroten hun consumptie pas als ze denken dit te kunnen veroorloven. Het desastreuze effect van dergelijk bezuinigingsbeleid in landen zoals Griekenland en Ierland, waar bedrijven sluiten en de rijen werklozen groeien, onderschrijft dit en laat zien dat economieën juist verder aan de grond raken.

Al met al zit het kapitalisme in een uitermate lastig parket. Het kruit om de crisis mee af te wenden is verschoten. De economische terugval, met weinig groei en de constante dreiging van nieuwe recessie, zal waarschijnlijk lang gaan duren. Tegelijkertijd zullen er vele plaatselijke crises zijn zoals in Griekenland, waar de ‘dubbele dip’ al een feit is.

Deze situatie zal niet alleen zorgen voor maatschappelijk verzet, stakingen en nieuwe protestbewegingen. Deze crisis is een crisis van het kapitalisme zelf en zal ook splijtingen aan de top van de samenleving bevorderen, doordat heersers wanhopig elkaar trachten te beconcurreren om uit de impasse te komen. Spanningen over economisch beleid nemen reeds toe tussen de EU, de VS en China. In combinatie met impopulaire bezuinigingsoffensieven kan dit de ideologisch greep van de neoliberale doctrine op de samenleving ondermijnen. Op zijn beurt biedt dit kansen voor links om te bouwen aan een antikapitalistisch alternatief.