Bertolt Brecht: ‘Eerst komt het vreten, dan de moraal’
Door Mona Dohle
Op het eerste gezicht lijkt Brecht met zijn stuk te stellen dat een socialere maatschappij niet mogelijk is. De hoofdfiguren in zijn ‘opera voor arme mensen’ vertonen alles behalve compassie en solidariteit. Dit komt bijvoorbeeld naar voren in de bekende uitspraak ‘eerst komt het vreten, dan de moraal’. Dit is verrassend omdat Brecht zijn leven in dienst stelde van het communisme.
De Driestuiversopera vertelt het verhaal van een echtpaar in de sloppenwijken van het 18de-eeuwse Londen. Mr. en Mrs. Peachum hebben een lucratieve handel in het menselijk medelijden: zij verkopen vergunningen om te bedelen. Ze leven in een milieu vol criminaliteit en geweld waarin regelmatig welgestelde mensen verdwijnen of dood gevonden worden. Via een aantal figuren, zoals de ‘koning der bedelaars’ Peachum en kapitein Macheath wordt de chaos geschetst van een maatschappij waarin iedereen slechts voor zichzelf opkomt.
Wie de historische context van Brechts verhaal kent kan de boodschap van de Driestuiversopera beter begrijpen. De armoede en wetteloosheid in zijn stuk vertonen veel overeenkomsten met de situatie in de Duitse Weimar-republiek van de jaren twintig. In dit Duitsland, waar de parlementaire democratie erg jong was, heerste nog steeds grote armoede als gevolg van de Eerste Wereldoorlog. Het moralisme van de regering werd dan ook vaak met cynisme ontvangen.
De bitterheid van de arme bevolking komt vooral naar voren in de figuur van Macheath, die in zijn scherpe kritiek op de hypocrisie van de bourgeoisie stelt: ‘Wat is een bankoverval voor een misdaad vergeleken met het bezitten van een bank?’ In Brechts opera wordt gedrag gerechtvaardigd door de schuld te leggen bij de omstandigheden, waarin criminaliteit de enige optie is.
Een conclusie die uit Brechts stuk getrokken kan worden is dat er binnen het kapitalistische systeem vaak zeer weinig ruimte voor echte verandering bestaat. De enige mogelijkheid om verbetering te bereiken is dan ook door een radicale omwenteling van de maatschappij. Het is ironisch dat Brechts stuk in 1928 voor het eerst werd opgevoerd. Een jaar later stortten de beurzen in, en brak de economische crisis uit die leidde tot de Grote Depressie van de jaren dertig. De tegenstellingen tussen het moralisme van de bourgeoisie en de armoede van het grootste deel van de bevolking werden daardoor des te duidelijker. Hierom kon de revolutionaire maatschappijkritiek van Brecht niet op een beter moment worden opgevoerd.
Dit slaat een brug naar vandaag. Er is weer een economische crisis en wederom preekt een kleine groep rijken moralisme, terwijl het grootste deel van de bevolking met bezuinigingen geconfronteerd wordt. Er is daarom ook geen beter moment om het werk van Brecht opnieuw te ontdekken. Een mooie kans daarvoor is het Marxisme Festival op 24 en 25 april, waar Theatergroep Echt Brecht liedjes van Brecht, onder andere uit de Driestuiversroman, zal opvoeren.