Amerikaanse stompzinnigheid doorzeefd met kogels
Door Jelle Klaas
Regisseur en scriptschrijver Bobcat Goldthwait heeft kennelijk een hekel aan de oppervlakkige, bekrompen, rechtse domheid die hij in Amerika om zich heen ziet en gebruikte dat als inspiratiebron voor de film.
Hoofdpersoon is Frank. In de vijftig, ontevreden met zijn baan (zijn stompzinnige collega’s), zijn gehorige huis (zijn stompzinnige luidruchtige buren) en zijn familieleven (gescheiden en een kind dat liever met haar telefoon speelt dan pappa bezoekt). Als hij hoort dat hij een tumor in zijn hoofd heeft (van de dokter die tussendoor even een telefoontje moet oppakken) en hij zijn baan nog eens pijnlijk kwijtraakt, knapt er iets.
Frank pakt zijn pistool en wil zichzelf van het leven beroven. Hij heeft de TV aan laten staan en ziet het MTV-programma My Super Sweet 16. De scene waarin het puberende rijkeluiskindje woedend wordt op haar ouders omdat ze de verkeerde kleur sportauto hebben aangeschaft als verjaarscadeau, doet Frank besluiten de kogel niet door zijn eigen hoofd te schieten – er zijn anderen die het ‘meer verdienen te sterven’.
Vanaf dat moment gaat Frank op een missie om de stompzinnigheid van Amerika te stoppen, met kogels gericht op een haatverspreidende Fox-commentator, een racistische Tea Party-leider, maar ook pratende mensen in de bios en dubbel parkerende macho’s.
Het eerste deel van de film vond ik briljant. Scherp vormgegeven met ijzersterke dialogen tussen Frank en zijn collega’s, en pijnlijke momenten zoals het gesprek bij de dokter. Na de moord op het reality-sterretje wordt Frank geholpen door Roxy, een 16-jarige linkse intellectuele meid, die Frank aanzet tot nog meer moorden.
Vanaf dat moment is God Bless America nog vermakelijk, maar verliest de film zijn vaart en gaat het allemaal van de hak op de tak. Er zijn wat plotholes en het is te onvoorstelbaar dat het stel overal mee kan wegkomen zonder gearresteerd te worden.
Dat de film het roekeloos doodschieten van mensen door een teleurgestelde burger als uitgangspunt heeft, heeft tot veel kritiek geleid. Zo was er geen grote filmdistributeur die zich aan de film wilde branden.
Dit is echter hypocriet. Veel Hollywoodfilms verheerlijken het moedwillig vermoorden van zogenaamde bad guys. In God Bless America wordt dat voortgezet, alleen met een wat ongebruikelijke invulling van wie de slechteriken zijn. De film is bovendien duidelijk een fantasie, waardoor je, net als in bijvoorbeeld superheldenfilms, makkelijker meegaat in de killing spree.
Het is in feite een linksige tegenhanger van de Death Wish-wraakfilms met Charles Bronson en doet ook sterk denken aan Falling Down met Michael Douglas. De film is erg cynisch, maar heeft ook scherpe kritiek op Hollywood en de consumptiesamenleving en dat maakte hem toch een verademing om te zien.