ABC van marxisme: Waarom socialisten voor open grenzen zijn
Pro-kapitalistische politici schuiven sociale crises graag af op migranten en vluchtelingen. Economische vluchtelingen worden ‘gelukszoekers’ genoemd of ‘illegalen’. Soms worden migranten voorgesteld als potentiële misdadigers of terroristen. Dit rechtvaardigt een veiligheidsparanoia om de bevolking met racisme te verdelen.
De meeste argumenten voor gesloten grenzen zijn gebaseerd op angst voor ‘de ander’. Vaak voorkomende argumenten voor grenzen zijn: ‘Ze zullen onze banen inpikken, onze lonen verlagen, profiteren van uitkeringen en de positie van andere arbeiders verslechteren’. Deels zijn deze argumenten tegenstrijdig: migranten kunnen niet tegelijkertijd van uitkeringen leven én banen inpikken.
Migranten voelen zich doorgaans aangetrokken tot groeiende regio’s. Daar aangekomen vergroten ze de vraag- en aanbodzijde van de economie, waardoor de werkgelegenheid toeneemt. Migranten kunnen de relatieve lonen zelfs verhogen. Bovendien betalen ze ook belasting en dragen ze bij aan de maatschappij.
Politici en media bereiken hun kapitalistische doel als arbeiders een racistische kijk op migranten aannemen. Vluchtelingen en migranten worden ingezet als goedkope arbeidskracht. Met harde buitengrenzen controleren kapitalisten wie ze binnenlaten en wie ze buitensluiten. Een deel van de arbeidsmigranten leidt een precair bestaan, soms zonder papieren met zwart werk, of in een migrantenhotel van een bedrijf.
Regeringen gebruiken deze kwetsbare groep als zondebok. Zij zeggen dat de crisis op de woningmarkt, de criminaliteit, de gevoelens van onveiligheid en andere problemen liggen aan migranten. Terwijl het woningtekort bijvoorbeeld bestaat doordat diezelfde regeringen onvoldoende geld aan sociale huisvesting besteden. Seksisme, racisme en andere vormen van onderdrukking helpen de arbeidersklasse te verdelen en de opbouw van sociale strijdbewegingen te ondermijnen.
De grenzen voor migranten gelden niet voor het kapitaal. Multinationals opereren ongehinderd in allerlei landen. Zij profiteren van de vaak slechte arbeidsvoorwaarden en repressie van vakbonden. Tegelijk dringen westerse instituten als het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank landen in het Globale Zuiden ‘aanpassingsprogramma’s’ op met privatiseringen en bezuinigingen. Ze werken wereldwijd ongelijkheid en armoede in de hand.
Oorlog, repressie en crisis zijn de redenen dat mensen vluchten. Westerse bedrijven leveren wapens aan landen die oorlog voeren en hun oppositie onderdrukken. Westerse regeringen hebben zelf vele oorlogen aangesticht, zoals in Irak en Afghanistan.
Veel landen waar vluchtelingen vandaan komen zijn voormalige koloniën. Hun westerse bezetters hebben edelmetalen gestolen, grondstoffen, specerijen en soms zelfs mensen. Door de gigantische rentes die deze landen betalen aan westerse banken en regeringen blijven ze arm. Ondanks de officiële dekolonisatie is er weinig veranderd. Iemand uit Nigeria kan in Nederland worden geweigerd terwijl een van oorsprong Nederlands-Britse multinational als Shell in Nigeria miljoenen aan olie heeft geroofd en het land onvruchtbaar heeft gemaakt.
Westers imperialisme gebruikt een combinatie van militair geweld en economische druk om zijn belangen over de hele wereld veilig te stellen. Zo werd de steun van de VS aan Midden-Amerikaanse dictators bekend onder de term ‘bananenrepublieken’. Daar werd het politieke beleid bepaald door multinationals zoals Chiquita en Del Monte.
Dat vluchtelingen vluchten naar Europa en de Verenigde Staten is veroorzaakt door de westerse mogendheden zelf. Zij hebben schade aangericht in een lange geschiedenis van kapitalistische expansie, plundering en oorlog.
In het kapitalisme genieten arbeiders niet dezelfde bewegingsvrijheid als het kapitaal. Multinationals verplaatsen hun geld, fabrieken en producten over de hele wereld. De rijken kunnen vrijwel overal reizen en zich vestigen. Waarom mogen werkende mensen zich niet vrij bewegen op zoek naar werk, hoger loon of een beter leven? Dat is een dubbele moraal.
Globalisering heeft er niet toe geleid dat de arme volkeren hun achterstand hebben ingehaald. Revolutionair socialisten zijn voor open grenzen omdat klassenverhoudingen het probleem zijn, niet migranten. Er is een verenigde strijd nodig van alle arbeiders tegen het kapitaal. Met of zonder papieren, samen voor socialisme. Mensen kunnen pas vrij zijn als er geen kapitalisme meer bestaat en de discussie over open grenzen maakt deel uit van die strijd.