Aanval ontslagrecht meer dan Donners hobbyproject
Door Peter Storm
Intussen gaat binnen de regering het getouwtrek over de plannen door. Een paar weken terug kwam minister Donner na een overleg tussen de regeringspartijen opgewekt de vergadering uit: er leek wat beweging in de zaak. De afgelopen weken was echter van beweging geen sprake. ‘Conflict over ontslagrecht verhard’ was een nieuwskop op 12 november. ‘Coalitie verder uiteen over ontslagrecht’, heette het een paar dagen later.
Waarom zit deze zaak zo vast? Wat is de waarschijnlijke uitkomst? Het is duidelijk dat er meer aan de hand is dan halsstarrigheid van Donner om tegemoet te komen aan sociale verlangens van PvdA en CU. Donner zet zijn hakken in het zand – met uitgesproken steun van een CDA-congres acht dagen terug – om redenen die zwaarder wegen dan persoonlijk gezichtsverlies, redenen die ook nauwelijks open staan voor wijziging door redelijke argumenten.
Zo maakte hij bijvoorbeeld duidelijk dat zijn plan door moest gaan, óók als het niet meer banen oplevert. René Paas, voorzitter van het CNV, stelt: ‘Donner creëert ten onrechte een relatie tussen het ontslagrecht en meer werkgelegenheid.’ Mocht Paas gelijk hebben, dan wil hij nog steeds het ontslagrecht versoepelen, zo gaf hij toe tijdens het CDA-congres. ‘Het is een wet uit 1944 die aan vervanging toe is. Mensen werken niet meer veertig jaar voor dezelfde baas.’
Nu wist ik niet dat zaken uit 1944 voor Donner per definitie achterhaald zijn en moeten worden veranderd. Zowel zijn standpunten over bijvoorbeeld drugs als zijn kledingstijl en uitstraling waren ook in 1944 al aan de ouderwetse kant, een verkiezingsrap van de minister maakt dat niet ongedaan. Modebewustheid en een drang om ‘met de tijd mee te gaan’ zijn dan ook net zo min motief van de minister als een streven naar meer werkgelegenheid.
De echte reden heet: de concurrentiepositie van de Nederlandse economie. Oftewel: het vermogen van Nederlandse ondernemers om hun winstgevendheid op te krikken op de wereldmarkt. Daarvoor moeten loonkosten en belastingdruk omlaag. Daarvoor moeten ondernemers de ruimte krijgen om snel van personeel af te komen als het ook maar even tegenzit. Daarvoor moeten de kosten van zulk ontslag zo laag mogelijk worden. Dezelfde logica die Sarkozy motiveert met zijn plannen tot pensioenafbraak, drijft Donner in zijn ontslagplannen. Hij doet dit voor ondernemers, de klasse wier instrument ook dit kabinet is. Niet voor zijn eigen genoegen.
De logica van Donner is dus veel meer dan een persoonlijke obsessie. Ondernemers, maar ook het kabinet als zodanig, delen dit streven. Daarom voeren PvdA en CU binnen dit kabinet ook een achterhoedegevecht: ze stribbelen tegen om een sociaal gezicht te redden, maar de onderliggende keus van het CDA is ook de hunne. Daarom leent dit onderwerp zich niet goed voor een uitruil, zo van: ‘wij slikten toen het Euro-referendum werd geschrapt; nu is het jullie beurt om te slikken rond het ontslagrecht’. De kans is zeer groot dat, na lang gezeur, zowel PvdA als CU akkoord gaan met minstens een begin van versoepeling van het ontslagrecht. Daarmee is de weg vrij voor grovere aanvallen in de toekomst.
Dit hele scenario heeft echter één zwakke plek, en die zal zichtbaar moeten worden komende zaterdag. Als het kabinet in haar plan tegenover breed en heftig arbeidersverzet komt te staan – verzet dat ondernemers zeer direct in de portemonnee raakt vanwege stakingen – worden de kosten voor kabinet en ondernemers hoog. Als tegelijk de PvdA hierdoor nog dieper in de problemen raakt, als de druk van de SP op haar linkerflank groeit, dan is er een kans dat het kabinet crasht of bakzeil haalt. Alles staat of valt echter met de omvang, felheid en vooral ook het uithoudingsvermogen van de vakbondsacties om het ontslagplan te blokkeren en desnoods weg te staken.