1 Mei in Nijmegen: "Een andere wereld is mogelijk!"


Hallo allemaal, ik ben Ramon van de Internationale Socialisten hier in Nijmegen en ik ben gevraagd vandaag iets te zeggen over arbeid. Het is een thema dat mij, maar natuurlijk jullie allemaal, zeer aan het hart gaat.
Zo’n vijf jaar geleden kreeg ik een burnout, ik was toen 26. Ik was door mijn bedrijf, een supermarkt, op een positie gezet, die ik niet wilde en niet aankon. Ik werd naar verschillende werkplekken ver van mijn huis gestuurd. Ik stond moe op. Als ik op mijn werk aankwam zaten mijn handen verkrampt rond het stuur en moest ik een aantal keer diep zuchten voor ik uit mijn auto stapte. Ik dacht dat alles opgelost kon worden door maar harder te werken. Met hard werken kom je er wel nietwaar? Maar ik was een zwakke schakel en werd ontslagen.
Het ontslag kwam keihard aan. Ik had net een huis gekocht dat nog volledig moest worden verbouwd. Maar de burnout en het gevoel gefaald te hebben waren erger. Het is een aanslag op je leven. Ik heb er tot op de dag van vandaag last van. Het werd allemaal nog erger toen ik me schuldig ging voelen dat ik met een uitkering thuiszat. Ik voelde mij een labbekak.
Na een tijdje ben ik gaan werken in het distributiecentrum van het Kruidvat in Heteren een eindje verderop. Ik kan jullie vertellen, daar kan je echt leren over wat arbeid in ons huidige systeem betekent. Je hebt vrijwel geen rechten totdat je een lange tijd hebt gewerkt zonder je ziek te melden. Het gebouw voelt als een grote gevangenis door de controlepoorten bij de in- en uitgang. Het is fysiek werk en tegelijkertijd is het geestdodend. Acht uur lang herhaal je hetzelfde patroon, onderbroken door zoemers wanneer je collectief even mag gaan zitten. Onderlinge concurrentie wordt bewust ingezet door ploegbazen die je komen vertellen dat je de normen niet haalt. Normen die door je collega’s steeds verder worden opgevoerd, omdat er lijsten worden opgehangen met een rangorde. Na afloop moeten de mensen massaal door de controlepoorten, waar beveiligers je fouilleren of je niks gestolen hebt. Nadat je bent uitgebuit, wordt je ook nog eens weggezet als dief.
Maar wie is hier nu eigenlijk de dief? Het is de eigenaar van de Kruidvat, die van de supermarkt. De eigenaren van de bedrijven waar jullie werken, ontslagen zijn of nooit worden aangenomen. Alles dat door hun handen gaat is geproduceerd door arbeid. De grondstoffen die voor een paar cent per uur uit levensgevaarlijke mijnen worden gehaald in Afrika. De producten van Aziatische arbeiders waaronder kinderen, zonder uitzondering onder erbarmelijke omstandigheden. De distributie door mensen in onze supermarkten, winkels en distributiecentra. Zij en wij. Wij zijn het die de economie draaiende houden. Wij bedenken, maken, verspreiden. Maar wat gebeurt er met de opbrengsten van al dat werk? Juist, dat is winst. Winst voor de bedrijven wel te verstaan. Winst die enerzijds gebruikt wordt om meer mensen uit te buiten voor meer winst. Anderzijds koopt de eigenaar er zijn derde, vierde of vijfde huis van. Denken jullie dat de eigenaren zich zorgen maken over ontslag, studiekosten, huur, hypotheek of boodschappen?
Het cynische is dat de kapitalist teert op onze zorgen. Zo hebben ze ons het liefst. We zijn van hen afhankelijk. Zij bepalen óf we werk hebben en welk werk. Om te kunnen overleven moeten we aannemen wat zij ons te bieden hebben. Wil je dit niet, of kan je dit niet? Dan ben je een labbekak, of hoogstens ballast. We moeten werken voor hun winsten. We moeten onderling concurreren om die baan te kunnen krijgen. Harder werken, langer werken, lagere lonen en nuluren-contracten. De afgelopen dertig jaar is onze productiviteit gestegen, maar zijn onze lonen gedaald. Dit is klassenstrijd, dit gaat over de onvermijdelijke tegenstelling tussen arbeid en kapitaal.
En hebben we nog iets te zeggen over de inhoud van ons werk, of de opbrengst ervan? Nee. Het is toch raar dat we democratie zo hoog in het vaandel hebben, terwijl we de meeste tijd van ons leven doorbrengen in banen in zo’n ondemocratisch georganiseerde economie. Deze economie is niet gericht op onze democratische behoeften. Kapitalisten investeren in dat wat winst oplevert. Of dat nu deodorants zijn van de Kruidvat of wapentuig van Thales Nederland. Wat we echt nodig hebben ís geen issue in de winstcalculator. Omdat alleen winst telt is het logisch dat psychologische hulp wordt wegbezuinigd, terwijl psychologen massaal worden ingezet in marketing en PR . Omdat alleen winst telt is het logisch dat mensen geen thuiszorg meer krijgen, terwijl in callcenters blijkbaar werk genoeg is om ouderen allerlei shit aan te smeren. Omdat alleen winst telt is het logisch dat leraren voor overvolle klassen staan, terwijl je zo aan de slag kan als deurverkoper. Als we iets te zeggen hadden welke arbeid we belangrijk vinden… is het dan thuiszorg of callcenters? Is het geestelijke gezondheidszorg of marketing? Is het onderwijs of sales? Is het wapentuig of openbaar vervoer?
We hebben niets te zeggen. Want het recht op eigendom regelt dat eigenaren mogen doen wat zij willen met hun grond, hun kapitaal, hun vastgoed, hun aandelen. De staat is er om hen te beschermen en ons te disciplineren. Het is niet dat wij niet willen werken. Wij willen heel graag werken. Maar wij willen werk onder onze eigen voorwaarden. We willen werk waarin we democratisch bepalen wat de doelen zijn en wat er met de opbrengsten gebeurt. We willen werk doen dat zinvol is, waar we goed in zijn en waar we als hele gemeenschap op kunnen bouwen.
Tja, de kapitalist komt er wel beroerd vanaf bij mij. Maar laten we niet de fout maken door de individuele kapitalist als het probleem aan te wijzen, zoals bijvoorbeeld de SP doet. Roemer vestigt zijn hoop op de goodwill van de aardige kapitalist. Er wordt volop geageerd tegen topsalarissen en hebzucht. Maar dit zijn slechts symptomen. Het is het systeem dat de individuele kapitalist dwingt tot concurrentie voor meer winst. Dat is de bron van uitbuiting en bezuinigingen. Dat is de bron van al die onzinnige flutbanen. Dat is de bron van werkloosheid en burnouts.
Maar is er dan alleen slecht nieuws? Zijn we kansloos? Nee. Want het systeem is afhankelijker van ons dan andersom. Wij zijn toch degenen die alles bedenken, maken en verspreiden? Hoeveel treinen en bussen rijden er als chauffeurs niet achter het stuur stappen? Hoeveel kinderen kunnen er naar school als de leraren hun lokaal niet ingaan? Hoeveel pakketjes worden er bezorgd, hoeveel wc’s worden er nog schoongemaakt, hoeveel huizen gebouwd en spullen verkocht?
We staan hier vandaag om de dag van de arbeid te vieren. Voor mij betekent dat ook een herinnering aan de mannen en vrouwen uit de arbeidersbeweging van weleer. Wij hebben onze bestaande arbeidsrechten te danken aan hun bikkelharde strijd. Zij kenden hun kracht. Zij wisten dat als ze zij aan zij gingen staan sterker waren, dan welk bedrijf of staat dan ook.
Laat je geen schuldgevoelens aanpraten. Laat je niet klein krijgen door de repressie van de uitkeringsindustrie. Prik door de racistische verdeel- en heerstactieken heen en kom bij elkaar. Blijf niet aan de kant staan, maar sluit je aan bij een van de organisaties die hier vandaag samen staan. Kom mee naar de Klinker en laten we gaan werken aan een sterke beweging van onderop. Een andere wereld IS mogelijk. De revolutie begint hier in Nijmegen. Tot zo!