Black Panther: Radicale superheldenfilm stelt niet teleur

De superheldenfilm Black Panther is over de hele wereld een enorm succes in bioscopen. Terecht, want het is een goede superheldenfilm met een verrassend sterke politieke inhoud.
7 maart 2018

Door Leana Boven

Black Panther is op allerlei manieren een originele film. Hij is geregisseerd en geproduceerd door een volledig zwarte crew, en op twee witte acteurs na is de cast ook zwart. Black Panther wijkt af van negatieve stereotypering van zwarte mensen die zo vaak te zien is in mainstreamfilms. In deze superheldenfilm worden zwarte mensen eindelijk op een positieve manier gerepresenteerd.

Black Panther, ook wel bekend als T’Challa, wordt gespeeld door Chadwick Boseman. De schurk Erik Killmonger wordt vertolkt door Michael B. Jordan. T’Challa is afkomstig uit het fictieve Afrikaanse koninkrijk Wakanda en zoon van de koning. Nadat zijn vader overlijdt gaat T’Challa de strijd om de troon aan met Killmonger, die ook uit Wakanda komt, maar is opgegroeid in de Verenigde Staten.

Vibranium

Wakanda loopt op technologisch gebied zeer voor op omliggende landen doordat het de kostbare grondstof vibranium bezit, en is door de leiders geïsoleerd om de burgers te beschermen. Als andere landen het vibranium zouden ontdekken, zou Wakanda het doelwit van plunderingen worden.

Wakanda lijkt op het eerste gezicht een armoedig en kan alleen door een geheime ingang worden bereikt. Daardoor kon het koninkrijk zich sterk ontwikkelen, zonder inmenging van invloeden van buitenaf of koloniale supermachten. Dit zorgt voor een complexere verhaallijn waarbij Wakanda als utopie wordt neergezet: is dit hoe een Afrikaans land eruit had kunnen zien zonder kolonialisme?

In deze film komen hedendaagse maatschappelijke issues sterk naar voren. Zo wordt er ingegaan op de postkoloniale maatschappij, het wel of niet openstellen van grenzen met een humanitair asielbeleid, internationale politiek, en intergenerationeel trauma. Black Panther focust op onrechtvaardigheid en hoe je dit gezamenlijk bestrijdt.

Aan het einde wordt benadrukt dat Killmonger wraak wil, omdat het welvarende Wakanda nooit een handreiking heeft gedaan naar de onderdrukte zwarte gemeenschap in onder andere de Verenigde Staten. Killmonger stelt dat Wakanda wapens had kunnen maken om de onderdrukte zwarte diaspora te ondersteunen in hun strijd tegen hun overheersers.

Door de terecht kritische houding van Killmonger en de verbindende aanpak van T’Challa kan de kijker zich zowel met de held als met de ‘slechterik’ identificeren. Het zijn twee verhaallijnen naast elkaar: aan de ene kant zien we een natie die onaangetast is door kolonialisme, en aan de andere kant zien we de situatie van de zwarte gemeenschap in de Verenigde Staten die duidelijk minder bevoordeeld leeft.

Revolutionaire strijd

In Black Panther zien we de kracht van collectiviteit, maar ook het sentiment voor het opzetten van revolutionaire strijd. Ook is er veel aandacht voor de overdracht van wijsheid tussen de generaties en de kracht van de vrouwelijke strijders: vrouwen spelen strategisch én organisatorisch een leidende rol in de strijd voor rechtvaardigheid. Zonder sterke vrouwen was Wakanda allang in verval geraakt.

In een voornamelijk witte filmindustrie en met de opkomst van extreem-rechts is deze film op zichzelf al een vorm van verzet.

Black Panther is een geslaagde superheldenfilm met een verrassend sterke politieke lading en kan beschouwd worden als een cultureel fenomeen. Terecht is er lang naar uitgekeken.