Frankrijk: verkiezing Macron lost crisis heersende klasse niet op

Een neoliberale president, alle grote politieke partijen in crisis – en fascisten die afwachten in de flank. Volgens Dave Sewell is er meer Frans verzet op komst.
8 mei 2017

De liberale technocraat en voormalige bankier Emmanuel Macron wordt president van Frankrijk, na het winnen van 66 procent van de stemmen. Bijna tweederde van zijn kiezers zeiden dat ze alleen op hem stemden om zijn tegenstander uit het ambt te houden.

Marine Le Pen van het fascistische Front National (FN) kreeg 34 procent van de stemmen.

Het is welkom en belangrijk dat Le Pen heeft verloren. Maar haar tweede plaats heeft de fascistische dreiging niet weggenomen. Le Pen won meer dan 10,5 miljoen stemmen, en in de parlementsverkiezingen komende maand zou het FN nog meer parlementszetels kunnen winnen.

Het percentage niet-stemmers was 25 procent, het hoogste sinds de presidentsverkiezingen in 1969. Daarnaast was er een recordaantal blanco en ongeldige stemmen: 9 procent van de geregistreerde kiezers, tegenover 2 procent in de eerste ronde.

Bij elkaar besloot één op de drie kiezers noch op de fascist noch op de bankier te stemmen. Dit onderstreept dat de steun voor Macron verre van enthousiast is.

Arbeidswet

Maar hij zal nu proberen om een regering te vormen die arbeidersrechten aanvalt en het plan doordrukt om 120.000 banen weg te bezuinigen in de publieke sector. Hij heeft gezegd ‘hervormingen’ te willen doorvoeren die nog verder gaan dan de Arbeidswet die de regering van François Hollande (Parti Socialiste, PS) aannam.

Zeventig procent van de bevolking was tegen die Arbeidswet. Om hem door te voeren moest de regering van Hollande de stemming in het parlement opzij schuiven – en soms afschuwwekkend politiegeweld inzetten tegen demonstranten.

Dus het is geen verrassing dat Macron heeft gezegd dat ook hij, indien nodig, zal regeren per decreet in plaats van via een parlementaire meerderheid om de aanval verder door te voeren – hoewel er grenzen zijn aan zulke macht.

Een hele reeks aan Franse regeringen hebben gefaald om het land uit de economische stagnatie te trekken. Het herstel van de mondiale crisis van 2008-2009 was langzaam en beperkt. Afgelopen jaar nog sloeg een minirecessie toe, en na een kort herstel vertraagt de groei.

Tijdelijke banen vormden afgelopen jaar 85 procent van de groei van de werkgelegenheid, met de meeste contracten korter dan een maand. De werkloosheid staat op 10 procent, stijgend naar 23 procent in de leeftijd tot 24 jaar. Deze leeftijdsgroep stemde het minst op de Franse traditionele partijen in de eerste ronde van de verkiezingen, met de linkse Jean-Luc Mélenchon op de eerste plek en Le Pen op de tweede.

Strijdbaar

Sinds de jaren 1990 zijn de bazen bezig om de verworvenheden van de strijdbare Franse arbeidersbeweging terug te draaien. Zoals de rechtse voormalig president Nicolas Sarkozy het zei, was de uitdaging om ‘voor eens en voor altijd de erfenis van Mei 1968 te liquideren’.

Maar geen enkele regering, inclusief deze, is in staat geweest om dat te doen. Massastakingen hebben een patstelling bereikt of dure gedeeltelijke overwinningen geboekt.

Dit heeft een politieke prijs gehad. Centrum-rechts heeft eronder geleden dat ze sterk geïdentificeerd worden met de corrupte, arrogante rijken in een tijd waarin gewone mensen lijden.

François Fillon, de homofoob die beloofde voor Frankrijk te doen wat Thatcher voor Groot-Brittannië deed, was hierop geen uitzondering. Hij voerde campagne voor financiële zuinigheid en ‘familiewaarden’ – waarna onthuld werd dat hij publieke gelden gebruikte om zijn vrouw en kinderen te betalen. Hij werd de eerste rechtse kandidaat in decennia die niet de tweede ronde haalde.

Sociaal-democraten

Voor de PS van Hollande betekende het doen van het smerige werk voor de heersende klasse dat ze ten oorlog trokken tegen hun eigen basis. Ze leed een nederlaag die vergelijkbaar was met de Griekse sociaal-democratische partij Pasok.
Hollande wilde zich niet herverkiesbaar stellen nadat zijn steun onderuit ging tot slechts 4 procent. PS-stemmers stapten over naar Macron ter rechterzijde of Mélenchon op links.

De partij koos als haar kandidaat een rebel uit de achterhoede die beloofde om Hollandes erfenis af te schaffen – en kreeg minder dan 7 procent van de stemmen. De algemeen secretaris van de partij Jean-Christophe Chambélis zei dat ze ‘dood en werkelijk dood’ is, in elk geval in haar huidige vorm. Hollandes premier, de islamofoob Immanuel Valls, noemde de verkiezing ‘het eind van het verhaal’ voor de PS.

Als kandidaat verkocht Macron zichzelf als een ‘outsider’ die in staat is om boven de beperkingen van de partijen uit te stijgen om eindelijk hun taak te vervullen. Zijn campagne ging over wat hij niet was, met een schreeuwend gebrek aan detail over wat hij dan wél was. Dat kan niet doorgaan als hij aan de macht is.

Zwakker

Als president moet Macron een regering bijeenrapen uit de Kamerleden die zijn online ‘beweging’ kan verkiezen en wie hen wil steunen in een coalitie. Ze zou zwakker kunnen zijn en minder stabiel dan haar voorgangers, terwijl ze probeert verdere aanvallen door te voeren.

Hollande, Sarkozy en de vorige president Jacques Chirac gingen allemaal ertoe over politiek over te nemen van uiterst rechts om te compenseren voor hun afnemende steun.

Ze hebben moslims aangevallen, burgerrechten beperkt, meer macht en meer zelfvertrouwen gegeven aan de politie en een ‘republikeinse’ vorm van nationalisme tot het hart gemaakt van hun politiek. Hoewel bedoeld om te concurreren met het FN, bood dit het openingen om alleen maar verder te gaan.

Macron zal worden geconfronteerd met dezelfde problemen als zijn voorgangers. Er is geen reden om te verwachten dat hij breekt met hun strategie. Zijn neoliberale beleid zal doorgaan om de angst, wanhoop en woede te zaaien dat het FN een gehoor geeft.

En het FN is er al in geslaagd om zichzelf te normaliseren in de ogen van de media en andere politici, waardoor ze een platform heeft als nooit tevoren.

Het is schandalig dat Macron hierin heeft bijgedragen door in te stemmen met een nepdebat met Le Pen – iets dat zelfs de racistische conservatief Jacques Chirac weigerde te doen in 2002.

Oppositie

Zonder vastberaden oppositie zal de FN verder groeien. En op lange termijn kan de frustratie die de grote Franse partijen heeft gebroken, en de regeringen heeft aangezet om noodmaatregelen door te voeren, een FN-regering aantrekkelijk maken voor de Franse heersende klasse.

Maar de verkiezingen lieten ook zien dat brede delen van de bevolking vijandig blijven staan tegenover Le Pen. Dit kan worden gemobiliseerd in een antifascistische beweging die de groei van de FN blokkeert. En het grote aantal stemmen voor Mélenchon in de eerste ronde laat de honger zien naar een alternatief – hoewel hij weinig richting geeft behalve doorgaan met op hem te stemmen.

Het presidentschap van Hollande heeft de vakbondsbeweging verdeeld en verzwakt achtergelaten, verscheurd over de vraag of ze moet vechten tegen zijn aanvallen of hem verdedigen in plaats van iets ergers te riskeren.

Maar de inspirerende beweging tegen de Arbeidswet is een vernieuwingsproces gestart dat verder gaat, met een nieuwe generatie activisten die naar antwoorden zoekt.

Macron kan verzet verwachten. Maar om de parade te stoppen van presidenten die anti-arbeidersklasse zijn en de fascistische dreiging op de achtergrond, moet dat verzet zich ontwikkelen tot iets groters.

Dit is een vertaling van Socialist Worker.