March for Science: de waarheid als tegenkracht

Onderzoekers, docenten, studenten en honderdduizenden medestanders namen op 22 april deel aan de March For Science. Op meer dan 600 plekken wereldwijd, de meeste in de VS en Europa, protesteerden ze tegen de aanvallen op wetenschap en milieu door president Donald Trump. In Amsterdam demonstreerden ongeveer 3000 mensen.
9 mei 2017

Door Brian Droop

Trump wil drastisch bezuinigen op medische instituten en klimaatwetenschap. Zo heeft hij een klimaatscepticus benoemd tot hoofd van het EPA, het instituut voor milieubescherming waar klimaatwetenschappers werken. Die schafte meteen allerlei maatregelen voor CO2-reductie af, met steun van de Amerikaanse industrie. Trump is zelfs van plan om het EPA geheel af te schaffen. Volgens Trump is klimaatverandering een hoax, verzonnen door concurrent China, om de Amerikaanse economie te ondermijnen.

Honderden wetenschappelijke beroepsverenigingen, klimaatgroepen, vakbonden en non-profit-organisaties riepen op tot de March For Science. In Washington DC demonstreerden 100.000 mensen, in Chicago minstens 40.000, in andere steden duizenden en soms tienduizenden. Veel demonstranten droegen hun roze muts van de Women’s March. Voor anderen was de March For Science hun eerste stap in activisme.

Demonstratieborden gingen over het klimaat: ‘The oceans are rising, and so are we’ en ‘There is no Planet B’. Of over wetenschap in het algemeen: ‘Science, not silence’, ‘Make America think again’ en ‘More equations, less invasions’. Sommigen steunden een specifiek ‘controversieel’ wetenschappelijk onderzoek: ‘Stem cells saved my life’. Amerikaans conservatief rechts is een giftig mengsel van seksisme, homofobie en anti-wetenschap. Het dwarsboomt abortusrechten en onderwijs over LHBTQI en evolutie.

Wetenschap politiek?

Instituten en onderzoekers doen zelden mee aan politieke protesten. Debatten over de vraag in hoeverre wetenschap politiek is, of mag zijn, worden al decennia gevoerd. Hoewel de organisatoren van de March zeiden niet partijdig of politiek te zijn, was Trump duidelijk het doelwit van de boze leuzen.

Een van de sprekers in Washington zei: ‘Sommigen zeggen dat we wetenschap politiseren. Maar dat doen we niet. We zijn wetenschap aan het verdedigen tegen politiek.’ Een andere spreker vulde aan: ‘Wetenschap is inherent politiek. Als wetenschappers gifstoffen aantreffen in drinkwater, moet de politiek ervoor zorgen dat dit wordt opgelost.’

Dr. Mona Hanna-Attisha, de kinderarts die ontdekte dat het drinkwater in de straatarme stad Flint met lood vergiftigd was, zei: ‘Een jaar geleden toonde mijn onderzoek aan dat het vervuilde water de gezondheid van onze kinderen aantast. Ik nam een risico en maakte dit publiekelijk bekend. Ik werd ervoor aangevallen, maar zette door. Wetenschap geeft je waarheid als tegenkracht.’

Antiracisme

Als de politiek de wetenschap negeert, zullen er slachtoffers vallen. Kinderen in Flint. Massa’s mensen door klimaatverandering. De armsten worden als eersten geraakt: ‘Klimaatverandering is een oorlog van rijk tegen arm!’

Sprekers vertegenwoordigden verschillende disciplines en belangengroepen, waaronder Oorspronkelijke Amerikanen, migranten en genderdiversiteit. ‘Vandaag strijden we voor Standing Rock. We steunen de culturen die Moeder Aarde en het leven van onze mensen eren.’

Trumps klimaatbeleid is kapitalistisch en racistisch. De Dakota- Oliepijplijn wordt dwars door het woongebied van Oorspronkelijke Amerikanen aangelegd. Eerder al spraken universiteiten wereldwijd zich uit tegen het racistische vliegverbod waardoor veel onderzoekers niet konden reizen.

Ook in Europa wordt de wetenschap aangevallen. In Hongarije voert de rechtse premier Viktor Orbán een racistisch, antiwetenschappelijk en antilinks beleid. Het standbeeld van de Joodse marxist Georg Lukács heeft hij laten verwijderen. De Joodse financier Soros wordt ervan beschuldigd dat hij de vluchtelingencrisis gebruikt om de Hongaarse natiestaat te ondermijnen. Inmiddels probeert Orbán de Central European University (CEU) in Boedapest te sluiten, die gedeeltelijk door Soros gefinancierd wordt. 70.000 mensen demonstreerden daartegen, maar de dreiging is niet voorbij.

Nederland

Amsterdam en Maastricht protesteerden ongeveer 3000 mensen met vooral ludieke leuzen op de borden: ‘In Science we trust’ en ‘Elke rampenfilm begint met een wetenschapper die niet geloofd wordt’.

Solidariteit met de wetenschappers in de VS was duidelijk zichtbaar, maar ook in Nederland bedreigt extreem-rechts de wetenschappen. Aangejaagd door Halbe Zijlstra (VVD) werd er in februari een Tweede-Kamer-motie aangenomen voor een onderzoek naar de politieke overtuigingen van universitaire medewerkers. Ze zouden te links zijn.

Net als Trump en Orbán keren keren ook Thierry Baudet (FvD) en Geert Wilders (PVV) zich tegen migranten, klimaatwetenschap en links. Volgens hen zijn fossiele brandstoffen niet de oorzaak van klimaatverandering. Extreem-rechts probeert ruimte te winnen op de universiteit. Paul Cliteur (FvD) schreef eind april een brief in de Volkskrant die erop neerkwam dat fascisme ook een mening is, en dat de UvA aan fascisten een podium moet bieden.

Het politieke bewustzijn is nog niet sterk in Nederland. De manifestatie in Amsterdam had meer weg van een expositie dan van een protest. Bij de stille wandeling op het Museumplein liep nota bene Jet Bussemaker voorop: de minister die de studiebeurs afschafte.

Er protesteerden ook enkele vakbondsactivisten. De werkdruk op universiteiten is ongezond hoog. Medewerkers zitten soms jarenlang op tijdelijke contracten of met wisselvallige financiering. Dat ondermijnt het onderzoek. Het is nodig én mogelijk om deze beweging te laten wortelen op de werkvloer, ook in de wetenschap.