Wat is imperialisme?

Sinds de Irakoorlog en de verscherping van de rivaliteit tussen verschillende machtsblokken, zoals de VS, China en Rusland, wordt imperialisme niet langer als een fenomeen uit de geschiedenis gezien. Maar wat is de relatie tussen kapitalisme en oorlog?
14 september 2016

Door John Molyneux

Zoals Marx uitlegde in het Communistisch Manifest is kapitalisme een systeem dat onderhevig is aan constante verandering en ontwikkeling. ‘De bourgeoisie kan niet bestaan zonder de productiemiddelen, dus de productieverhoudingen, dus alle maatschappelijke verhoudingen voortdurend te revolutioneren. De voortdurende omwenteling van de productie, de onafgebroken verstoring van alle maatschappelijke toestanden onderscheidt het bourgeoistijdperk van alle andere.’

In de aanloop naar de Eerste Wereldoorlog, twintig tot dertig jaar na Marx’ dood, werd het de meeste vooraanstaande marxistische theoretici duidelijk dat het kapitalisme een nieuwe ontwikkelingsfase was ingegaan, die in verschillende opzichten verschilde van het kapitalisme dat Marx in Het Kapitaal analyseerde. Aangezien een van de meest duidelijke eigenschappen van deze periode de strijd was tussen ‘grootmachten’ (Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, Rusland etc.) om vrijwel de gehele wereld te koloniseren, werd de term ‘imperialisme’ breed aanvaard als de naam voor deze nieuwe vorm van kapitalisme.

Het analyseren van imperialisme werd een belangrijke taak voor het marxisme. Dit werd nog dringender toen de rivaliteit tussen imperialistische machten uitmondde in de massaslachting van de wereldoorlog – het meest destructieve conflict in de menselijke geschiedenis tot dan toe.

Veel vooraanstaande marxisten uit die tijd – Hilferding, Kautsky, Luxemburg, Trotsky, Bukharin, en Lenin – legden zich toe op dit project. Hilferdings Het financieel kapitaal (1910), Luxemburgs De accumulatie van kapitaal (1915), en Bukharins Imperialisme en de wereldeconomie (1916) waren erg belangrijke bijdragen aan een constante discussie. Maar veruit de meest invloedrijke analyse werd gegeven door Lenin in zijn brochure Het imperialisme als hoogste stadium van het kapitalisme (1916).

Lenins werk had belangrijke beperkingen. Naar eigen zeggen was het slechts een ‘populaire verhandeling’ en, omdat het de tsaristische censuur moest ontwijken, besprak het alleen de economische kenmerken van het imperialisme en trok het geen politieke conclusies. Toch bood het een bijzonder heldere en beknopte samenvatting van de wezenlijke kenmerken en de structuur van het imperialisme en van de theoretische achtergrond van Lenins politieke oppositie tegen oorlog en imperialisme, die op een andere manier bekend werd.

Kenmerken

Volgens Lenin ontstond ‘het imperialisme als een verdere ontwikkeling en rechtstreekse voortzetting van de fundamentele eigenschappen van het kapitalisme in zijn algemeenheid’, maar het onderscheidde zich ook door vijf belangrijke kenmerken:
1. De vervanging van vrije kapitalistische concurrentie door monopolies en de overheersing van het economische leven door grote monopolies, kartels, trusts, etc.
2. De fusie van bankenkapitaal en industrieel kapitaal tot ‘financieel kapitaal’ en de opkomst van een financiële oligarchie.
3. Een verschuiving van export van goederen (de eerdere fase van het kapitalisme) naar de export van kapitaal, vooral naar economisch achtergebleven landen waar de winsten hoog zijn door een schaarste van kapitaal en door goedkope arbeid, land en grondstoffen.
4. De vorming van internationale kapitalistische monopolies die wereldwijd opereren en de wereld onderling verdelen.
5. Naast deze economische verdeling is er de volledige territoriale verdeling van de wereld tussen de grootmachten, zodat verdere expansie, verdere verwerving van kolonies alleen mogelijk was door gewelddadige herverdeling van de wereld.

Het is duidelijk dat Lenins analyse een marxistische verklaring bood voor de Eerste Wereldoorlog en zijn revolutionaire oppositie ertegen ondersteunde. Aangezien oorlog het noodzakelijke gevolg van imperialisme was en imperialisme kapitalisme in zijn meest recente stadium was, kon elke ‘vrede’ op een kapitalistische basis slechts een ‘staakt-het-vuren’ voor de volgende oorlog zijn. Echte vrede kon alleen worden verworven door de revolutionaire omverwerping van kapitalisme.

In deze analyse benadrukte Lenin scherp zijn verschillen met Kautsky, algemeen beschouwd als ’s werelds belangrijkste marxistische autoriteit, maar die Lenin zag als een verrader, omdat hij in augustus 1914 niet tegen de oorlog stemde. Kautsky betoogde dat het imperialisme geen ‘stadium’ van het kapitalisme als zodanig was, of zelfs economisch noodzakelijk voor het kapitalisme als een geheel, maar slechts een ‘beleid’ dat werd uitgevoerd onder invloed van bepaalde pro-imperialistische kapitalisten. Hij suggereerde ook dat het mogelijk was, zelfs waarschijnlijk, dat het kapitalisme snel een nieuwe ‘ultra-imperialistische’ fase zou binnentreden waarin concurrentie en conflicten tussen rivaliserende monopolies en staten zouden plaatsmaken voor overeenstemming en vreedzame samenwerking.

Lenin benadrukte dat dergelijke opvattingen zowel theoretisch volledig verkeer waren, door de politiek van het imperialisme te scheiden van zijn economie, en politiek desastreus, door de strijd tegen oorlog, imperialisme en kapitalisme af te stompen. Dit leidde rechtstreeks naar opportunisme, reformisme en klassensamenwerking door illusies te zaaien in de mogelijkheid van een vreedzaam, niet-imperialistische kapitalisme, bevrijd van zijn tegenstellingen.

Zelfbeschikking

Lenins economische analyse van imperialisme moet ook worden gezien in de context van zijn politieke standpunt over het recht van onderdrukte naties op zelfbeschikking. Hij had dit standpunt eerst ontwikkeld met betrekking tot de vele onderdrukte nationaliteiten binnen het tsaristische rijk – Letten, Georgiërs, Oekraïners etc. Lenin benadrukte dat de revolutionairen in het onderdrukkende land, dat wil zeggen Rusland, een absolute plicht hadden om het recht van onderdrukte naties op afscheiding te verdedigen als ze daarvoor kozen, en dat dit de enige basis waarop de internationale eenheid van de arbeidersklasse kan worden bereikt.

Lenin breidde dit standpunt uit tot koloniale landen in het algemeen en bepleitte dat imperialisme onvermijdelijk zou leiden tot anti-imperialistische strijd, van Ierland tot China, en dat dit een belangrijke rol zou spelen in de verzwakking van de imperialistische machten en zou helpen bij hun omverwerping door de arbeidersklasse. Het was daarom noodzakelijk dat de arbeidersklasse een ​​internationale bondgenootschap vormde met de onderdrukte naties en volkeren van de wereld tegen het imperialisme (natuurlijk wel met behoud van onafhankelijke revolutionair socialistische organisatie).

De honderd jaar sinds de publicatie van Lenins Imperialisme zagen natuurlijk enorme verdere veranderingen in het wereldwijde kapitalisme, economisch en politiek: de opkomst en ondergang van fascisme en stalinisme, de Tweede Wereldoorlog, de Koude Oorlog, de permanente bewapeningseconomie en de naoorlogse boom, de terugtrekking uit het kolonialisme, de terugkeer van crisis in de jaren 70, de globalisering en te veel andere om op te noemen.

Sommige elementen uit Lenins analyse, zoals de export van kapitaal naar onderontwikkelde landen, zijn minder relevant geworden en elementen andere marxisten benadrukten, zoals het samentrekken van de staat en het grootkapitaal zoals Boecharin beschreef, zijn juist relevanter geworden. Toch is het verbazingwekkend hoe goed de kern van Lenins betoog de tand des tijds heeft doorstaan en hoeveel ervan nog van toepassing is op de wereld van nu.

We leven nog steeds in een wereld die wordt gedomineerd door gigantische kapitalistische bedrijven (natuurlijk veel groter dan in Lenins tijd) en imperialistische staten. Ondanks de illusies die kapitalistische ideologen verkopen, in een vreedzame ‘nieuwe wereldorde’ na de val van de Sovjet-Unie, of in het verdwijnen van armoede en oorlog door kapitalistische globalisering, blijft imperialisme oorlogszuchtig en anti-imperialistische strijd levend. Ondanks het bestaan van een enkele imperialistische supermacht, in de vorm van de VS, wordt die macht gedwongen al in te spelen op mogelijke toekomstige bedreigingen als China en Rusland en is hij al op zijn grenzen gestuit in Irak en Afghanistan. En uiteraard blijft, vanuit ons perspectief, de compromisloze strijd tegen imperialisme en imperialistische oorlogen een absoluut centraal onderdeel van socialistische politiek.

Dit is een vertaling.