Internationale vrouwendag: vrouwen in beweging

De laatste jaren groeit het feministisch bewustzijn. In de aanloop naar Internationale Vrouwendag waren deze week twee belangrijke bijeenkomsten. Daarin kwam onvrede naar voren met de huidige status quo. Hella Baan doet verslag van de sfeer, ideeën en potentiële strijdterreinen die naar voren kwamen.
8 maart 2015

In het Bijlmerparktheater vond een ‘intergenerationeel’ gesprek plaats, op initiatief van Krater Art & Community en Kosmopolis Utrecht. Onder het motto: ‘Wie is er bang voor het F-woord?’ gaven de bijeenkomst inzichten wat het feminisme de antiracismebeweging in Nederland kan bieden. Het panel bestond uit Gloria Wekker, Philomena Essed, Hodan Warsame en Ramona Sno. De zaal was met ruim 140 mensen goed vol.

Dat duidt op een duidelijke behoefte binnen de beweging om het te hebben over seksisme. Door de strijd aan te gaan tegen racisme, liepen mensen ook tegen seksisme aan. Een aantal deelnemers binnen de beweging zijn zich hier zeer bewust van, niet in de minste plaats omdat zwarte vrouwen een specifieke soort onderdrukking ervaren door overlap van deze terreinen.

Ongelijke verdeling

Maar sommigen vinden dat kritiek op seksisme het geluid verzwakt. Daarnaast is er in de beweging ook een ongelijke verdeling: waarom zijn er bijvoorbeeld niet meer zwarte vrouwelijke leiders zichtbaar? Tijdens een kort intermezzo formuleerde dichteres Marly de positie van de zwarte vrouw op een treffende manier: ‘The absence of my presence is clearly visible.’

Gloria Wekker en Philomena Essed hebben vanaf de jaren ‘70 en ‘80 baanbrekend onderzoek verricht naar diverse vormen van onderdrukking, zoals racisme, seksisme en homofobie. Als intellectuelen, activisten en beleidsmakers van het eerste uur zijn zij de theoretische pijlers van de beweging.

Zij zijn als zwarte vrouwen opgegroeid met het onderhuidse racisme in Nederland. De zwarte beweging in de Verenigde Staten inspireerde Wekker en Essed om racisme hier te benoemen, beschrijven en bestrijden. De jonge activisten Hodan Warsame (Redmond Radio) en Ramona Sno (blogsite dis/content) treden in hun voetsporen met alternatieve media. Door de vinger op de zere plek te durven leggen nemen zij een belangrijke stap.

Vervolgens is het de vraag hoe je die kritiek inzet om de beweging te bouwen. In het publiek zaten ook zwarte mannen, die zich niet lieten afschrikken door de opmerkingen over ‘teveel testosteron’ in de beweging. Één van hen vroeg aan het panel wat voor hen de verhouding is tussen academisch en activistisch feminisme. Essed merkte op dat het noodzakelijk is om binnen een beweging op zoek te gaan naar bondgenoten en allianties om een gezamenlijke strategie te ontwikkelen. Door interactie kan je de ideeën van mensen veranderen.

Deelnemers droegen van deze interactie goede voorbeelden aan. Zo hielden Mercedes van Zandwijken (Keti Koti dialoogtafels) en Mimi (MAD Mothers) in het bezette Maagdenhuis een lezing over ‘Diversity in the New University.’ Blijkbaar was zelfs in 1992 een zwarte vrouwelijke hoogleraar zo ongebruikelijk, dat de conciërge van de Universiteit Utrecht weigerde een toga te geven aan Bell Hooks. Deze zwarte Amerikaanse feministe en literatuurwetenschapper was daar om een oratie te geven.

Witte mannen

Vervolgens merkte een vrouwelijke Maagdenhuisbezetter op dat de media witte mannen als kopstukken van de beweging naar voren schuift. Meer dan de helft van de studenten is tegenwoordig vrouw. In de bezetting spelen veel van hen een leidende rol. Intern is er discussie hoe er moet worden omgegaan met deze framing. Een oplossing zou het introduceren van een duo voorzitterschap kunnen zoals sommige Koerdische partijen hebben gedaan. Daarbij functioneren een vrouwelijke en mannelijke voorzitter naast elkaar.

Kortom, als mensen in actie komen stuitten ze op dit soort maatschappelijk gewortelde mechanismen, maar er is ook een mogelijkheid om je daartegen met gelijkgestemden te organiseren. Aan het eind van de bijeenkomst werden alle deelnemers opgeroepen te gaan demonstreren op 21 maart, de Internationale Dag tegen Racisme en daar naar voren te brengen dat alle vormen van onderdrukking onacceptabel zijn.

De dag daarop was de feestelijke presentatie van Het F-boek: feminisme van nu in woord en beeld. Het is uitgegeven door feministische uitgeverij Atria en samengesteld door prominente feministes van het eerste uur, Anja Meulenbelt en Renée Römkens. In navolging van het boek Fifty Shades of Feminism (Londen, 2013) zijn bijdragen van zestig auteurs opgenomen. In aanloop naar het evenement bleek de belangstelling zo groot dat er een andere locatie gezocht moest worden. Uiteindelijk waren er ruim 400 aanwezigen en moesten er mensen geweigerd worden.

Geweld

Moderator Naeeda Aurangzeb hield een inleiding over het geweld waarmee vrouwen dagelijks geconfronteerd worden. Ze concentreerde zich vooral op de verhoudingen binnen migrantengroepen. Maar ze gaf ook aan dat zijzelf, goed onderwezen en zelfstandig, 10 jaar het slachtoffer was van huiselijk geweld. In haar interview met de samenstellers van het boek. gaf Meulenbelt aan dat huiselijk geweld je ‘gewoon’ overkomt. Römkens voegde toe dat het gezien de schaal geen privé kwestie meer is, maar een maatschappelijk symptoom.

Feminisme draait volgens Meulenbelt om ‘eerlijk delen en niet slaan’. Een simpel concept, maar door buitenlandse oorlogen, het mensonterende vluchtelingenbeleid en afro- en islamofobie blijft het moeilijk uit te voeren. Volgens Meulenbelt moeten we weer terug naar een klassenanalyse. Feminisme is er tenslotte niet alleen voor directeuren.

Essed wist, als tweede spreker, te vertellen dat vrouwen in het Amerikaanse Texas anno 2015 geen toegang hebben tot abortus. Dertig jaar na de tweede feministische golf wordt dit belangrijke recht weer onder vuur genomen. Daarnaast worden vrouwen ook geacht om hun lichaam te onderwerpen aan een ‘schoonheidsregime’.


Feminismen

Af en toe deden mensen uit het publiek een bijdrage. Zo wees een zwart lid van het FNV-vrouwennetwerk erop dat discriminatie en zwarte Piet vormen van alledaags geweld zijn. Iemand vond dat vrouwen vooral ‘harde offers’ moeten brengen door fulltime te werken. Een ander wees op de rol van vrouwen in de zorg. Kortom de ‘feminismen’ liepen uiteen.

In de strijd tegen onderdrukking moet je blijven leren. Dat werd pijnlijk duidelijk toen Hedy d’Anconda vrouwen ‘niggers of the world’ noemde. Dat veroorzaakte gelijke acute maagkrampen bij Patricia Kaersenhout, prominent deelnemer in de antiracismebeweging. Waar blijven de zwarte vrouwen in dit verhaal? Iemand uit het publiek riep: ‘We proberen juist van het N-woord af te komen!’ Na afloop vroeg een ander aan d’Anconda of zij vrouwen ook ‘de brillenjoden’ van de wereld zou noemen. Toen viel het kwartje en beloofde d’Anconda deze uitspraak nooit meer te doen.

Plek in de hel

Agnes Jongerius (ex-voorzitter Vakcentrale FNV) kwam opdraven om het eerste exemplaar van het F-boek te overhandigen. Blijkbaar heeft ze ooit gezegd: ‘Er is een speciale plek in de hel gereserveerd voor vrouwen die andere vrouwen niet helpen.’ Dat kunnen we in gedachten houden met betrekking tot ons pensioen.

Quota aan de top vindt Jongerius verreweg het belangrijkste thema. Vervolgens vertelde ze een anekdote: Omdat het niet opschiet met het aanstellen van vrouwen, zijn de ‘old boys’ van bedrijven nu een website gestart om kandidaten te zoeken. Drie maal raden door wie het rekruteren gebeurt. Natuurlijk is dit een absurde mentaliteit. Maar de quota van Jongerius zijn een vorm van directeurenfeminisme, waarmee bepaald niet alle vrouwen helpt.

De afsluiting was ook een leermoment. Jongerius overhandigde de oudste en jongste auteur het boek. Vervolgens kwamen de twee samenstellers het podium op voor een fotomoment. Toen stonden er vijf witte vrouwen op een rij. Een zwarte deelneemster riep verontwaardigd uit: ‘Waarom mag Philomena niet op de foto?!’

´Ondanks alle bewustzijn, een zwarte zangeres en een (van oorsprong Pakistaanse) presentatrice hebben we dit ons niet gerealiseerd,´ zei Meulenbelt. De academica bleef er zelf koel onder en merkte op: ‘zolang er maar een angel in zit.’ Gelukkig heeft zij die er met haar publicaties mede in gestoken.

Het was een hergroepering van de beweging, met oudgedienden en nieuwe rekruten. Ondanks botsingen was het hartverwarmend om de interactie te zien tussen de aanwezigen. Zo stak een oude feministe achter een looprek met een grote grijns haar duim op naar de jongste auteur. In de bijeenkomsten kwam een hoop onvrede tot uiting. Daarom was het een gemis dat er geen mogelijkheid was om te praten over concrete acties.

Om echt iets te veranderen moeten we die omzetten naar een beweging op straat. In de woorden van Meulenbelt: ‘Die macht die is er, die zit hier, maar hoe krijgen we die in een beweging bij elkaar? Dat we vandaag om 14 uur demonstreren op de dam is in elk geval een begin.