Podemos: ‘resultaat van de roep om politiek van onderop’

Tijdens de Europese verkiezingen kreeg de radicaal linkse partij Podemos in de Spaanse staat meer dan één miljoen stemmen. Dat is een spectaculair resultaat voor een partij die slechts enkele maanden daarvoor was opgericht. Hella Baan sprak hierover met de Catalaanse socialist Oscar Simon.

Waar komt de snelle opmars van Podemos vandaan?
28 augustus 2014

In de Spaanse staat is er zowel een economische als politieke crisis gaande. Er is een werkloosheidspercentage van 26 procent. Onder jongeren is dit zelfs 54 procent. Door de steun aan de banken heeft de staat enorme schulden. Binnen Europa is er slechts één land waar meer kinderen in armoede opgroeien. Per dag zijn er 150 tot 200 huisuitzettingen. De situatie is voor werkende mensen heel moeilijk.

Zes maanden na de opkomst van de protestbeweging van de Indignados (verontwaardigden) won de conservatieve Partido Popular de verkiezingen. Ze hadden zelfs de absolute meerderheid in het parlement, waardoor ze drie jaar lang frontale aanvallen uitvoerden op de publieke sector, lonen, vrouwen- en migrantenrechten en andere verworvenheden.

Gevestigd links bleek niet in staat hiertegen in te gaan. Er waren wel enkele algemene stakingen, maar daar zat geen strategie achter. In plaats daarvan probeerden de vakbonden een overeenkomst te sluiten met de regering. Dit leidde ertoe dat veel mensen hun hoop verloren. Er werd nog wel sociale strijd gevoerd rond verschillende thema’s en in de buurten. Maar bij gebrek aan een richtpunt nam ook deze strijd over de jaren af.

Afgelopen 22 maart was een keerpunt. Zonder hulp van gevestigd links werd de Mars van Verontwaardiging georganiseerd. Groepen van werklozen, activisten, linkse organisaties en vakbonden brachten meer dan een miljoen mensen op de been in Madrid. De vier hoofdeisen waren brood, huisvesting, werk en het aftreden van het kabinet.

In steden als Madrid en Valencia en in gebieden als Andalusië volgden massale mobilisaties. In Catalonië zette de radicaal linkse Catalaanse Eenheidspartij (CUP) de deur open voor een antikapitalistisch platform. Veel mensen zagen dit als een oplossing voor het falen van de sociaaldemocratie die ook toepasbaar zou kunnen zijn in andere gebieden. Podemos is het resultaat van deze roep om politiek van onderop. Bij de verkiezingen wisten ze vijf zetels in het Europese parlement te veroveren.

Ze hebben inmiddels meer dan 400 afdelingen door het hele land heen. Maar het belangrijkste is dat werkende mensen nu een stem hebben tegenover de sociaal-democratische partijen. Veel van de mensen die worden aangetrokken zijn hiervoor nog nooit actief geweest.

Hoe ziet de toekomst voor Podemos er uit?

En Lucha is in andere delen van de Spaanse staat onderdeel van Podemos, maar in Catalonië is En Lluita onderdeel van de CUP. Tot de verkiezingen heeft Podemos zich vooral beziggehouden met mobilisaties voor demonstraties en met propaganda waarbij de centrale boodschap was dat als je op hun stemt, er dingen zullen veranderen. Nu moet de partij worden opgebouwd. Via internet is er een provisorische leiding gekozen. Er worden ook lokale afdelingen opgezet en er wordt een vergadering gepland om het te hebben over de interne structuren.

Als En Lucha pleiten we binnen Podemos actief voor interne democratie, het opbouwen van bewegingen van onderop en het verspreiden van antikapitalistische en revolutionaire ideeën. Volgend jaar zijn er gemeenteraadsverkiezingen en het referendum over Catalaanse onafhankelijkheid komt er aan. Het gaat en interessant jaar worden waarin Podemos getest zal worden.

Hoe verhoudt Podemos zich tot sociale strijd?

Podemos neemt als organisatie nauwelijks deel aan de sociale strijd. Dat komt aan de ene kant doordat veel mensen (politieke) organisaties wantrouwen. De angst is groot dat ze alleen maar aanwezig zijn om leden of stemmen te winnen. Maar individuele leden van Podemos zijn wel onderdeel van de strijd. Aan de andere kant is er binnen Podemos de gewoonte om eerst een voorstel te doen, daar vervolgens over te discussiëren en dan een besluit te nemen.

Op zich is dat goed, maar het kostte eerst enkele maanden om een besluit te nemen. Maar nu er afdelingen gevormd worden en er een interne structuur wordt opgezet zal dit vanaf de herfst sneller gaan. Dan kan Podemos meer een organiserende kracht gaan worden.

In Catalonië zijn jullie geen onderdeel van Podemos. Hoe zit dat?

We hebben goede banden met de Catalaanse afdeling van Podemos. Maar politiek is in Catalonië complexer. Je hebt hier drie verschillende linkse platforms, waaronder de antikapitalistische CUP en Podemos. Elke heeft een eigen insteek. Podemos roept bijvoorbeeld niet op voor onafhankelijkheid van Catalonië, hoewel ze het recht op zelfbestuur formeel wel steunen. Dit komt doordat er ook voormalige leden van de sociaal-democratische PSOE actief zijn.

Er komt een referendum aan over Catalaanse onafhankelijkheid. Hoe ziet dat eruit?

Volgens de laatste peiling is 60 procent van de Catalanen voor onafhankelijkheid. Maar de peilingen schommelen sterk. Rond de nationale dag van Catalonië zijn mensen bijvoorbeeld meer geneigd om voor onafhankelijkheid te stemmen. Maar de uitkomst van het referendum is van tevoren natuurlijk nooit met zekerheid te zeggen. Tijdens recente verkiezingen in Catalonië wist vooral republikeins rechts hiervan te profiteren.

Wij concentreren ons daarom op onze eigen campagne waarin we pleiten voor onafhankelijkheid als een mogelijkheid om een nieuw land van onderop op te bouwen. Onafhankelijkheid is natuurlijk geen oplossing voor sociale problemen, daarom pleiten we er ook voor dat de sociale bewegingen en vakbonden versterkt worden. Maar onafhankelijkheid gaat ook over het recht op politieke vrijheid. Er wordt bijvoorbeeld campagne gevoerd onder de slogan ‘onafhankelijkheid om alles te veranderen’.

Oscar Simon is lid van En Lluita, de Catalaanse zusterorganisatie van de IS.