Waarom SP stemmen?

In de peilingen voor de verkiezingen op 12 september staan de VVD en de SP al maandenlang aan kop. Deze nek-aan-nekrace tussen Rutte en Roemer weerspiegelt een belangrijke politieke polarisatie – die tussen neoliberaal en sociaal. Dat is voor de IS een belangrijk startpunt om op te roepen tot een stem op de SP. Maar het is niet het hele verhaal.
28 augustus 2012
Emile Roemer spreekt betogers toe op het Malieveld tijdens het protest tegen de cultuurkaalslag (oktober 2010)

Door Max van Lingen

Velen zien de SP terecht nog als de enige ‘sociale’ partij en steeds meer vakbondskader is er lid van. Dit wordt in de hand gewerkt door de voortschrijdende verrechtsing van de PvdA en GroenLinks, waardoor de SP op meerdere terreinen het meest linkse geluid laat horen. Een grote verkiezingsoverwinning voor de SP kan dat helpen versterken, en daarom is rechts er zo bevreesd voor.

‘Nederland zal naar Griekenland smaken’, aldus Elsevier-columnist Afshin Ellian. Volgens hem krijgen we met de SP ‘de Sovjet-Unie in de polder.’ Het keer op keer oprakelen van het maoïstische verleden, de kritiek op de afdrachtsregeling – geen gek idee voor bankiers – en op het gebrek aan partijdemocratie, ze passen allemaal in deze trend van bangmakerij.

Scepsis

Maar er is ook veel scepsis als gevolg van de jarenlange uitverkoop van idealen door parlementair links, inclusief door de SP, die zelf ook naar het centrum is verschoven. Dat wantrouwen kwam bijvoorbeeld tot uiting in het antipolitieke sentiment bij de Occupybeweging.

Die afkeer is begrijpelijk, maar een ‘boycot van partijpolitiek’ of de oproep om niet te gaan stemmen is hierop geen antwoord. Het kan overkomen als heel principieel, maar de realiteit is dat zulke ‘neutraliteit’ zich niet kan onttrekken aan de kaders van de parlementaire democratie.

Dat was recentelijk goed zichtbaar in Spanje. Het antipolitieke sentiment onder de indignados-beweging bij de verkiezingen vorig jaar leidde tot de grootste conservatieve verkiezingsoverwinning sinds het einde van de dictatuur. De pleinbeweging had wel degelijk sympathie onder de bevolking, maar kwam buitenspel te staan omdat zij zich niet wist te vertalen naar de stembus.

Terwijl niet-stemmen rechts in de kaart speelt, vormt ook een ‘tactische’ stem op de PvdA een probleem. Het argument is vaak dat een zo groot mogelijke PvdA het meest ‘realistische’ tegenwicht tegen rechts vormt, in plaats van de ‘onverantwoordelijke’ SP. Ook bij de vorige verkiezingen werd dat van stal gehaald, waarbij Cohen zogenaamd het beste wapen tegen Rutte zou zijn geweest.

Maar de PvdA heeft bij voorbaat al voor het compromis gekozen en hinkt voortdurend op een sociaal-democratisch en een liberaal been. Ze heeft in eerdere regeringen ook bewezen hoe weinig haar beloften aan de kiezers waard zijn.

In die context is de enige echte tactische stem dus een stem op de SP. De SP-overwinning in 2006 dwong de PvdA en het CDA al om onderhandelingen te openen met de SP, hetzij halfslachtig. Afgelopen maanden was het de groei van de SP in de peilingen die de PvdA dwong stelling te nemen tegen het Kunduz-akkoord.

Die dynamiek zagen we ook tijdens de recente verkiezingen in Frankrijk waar de radicaal-linkse campagne van het Front de Gauche presidentskandidaat Hollande onder druk zette om zich harder uit te spreken tegen de bezuinigingen.

En zoals een overwinning van Rutte een legitimatie zou vormen voor het doorvoeren van nieuwe bezuinigingen, zou een overwinning van de SP een ondermijning van die legitimiteit betekenen. Het zou de neoliberale consensus dat bezuinigingen ‘noodzakelijk’ zijn kunnen doorbreken, en het publieke debat in de richting trekken van systeemkritiek. Hiermee zouden de bezuinigingen nog niet zijn tegengehouden, maar het zou wel elke regering verzwakken die de bijl in onze levensstandaard wil zetten.

Formatie

Zo had Rutte voor het Kunduz-akkoord de steun van maar liefst vijf partijen nodig. Een grotere SP zal het nog moeilijker maken om aan een formatie te komen. De druk van de SP zou ook de PvdA in een moeilijkere positie brengen ten opzichte van deelname aan een bezuinigingskabinet. Deze problemen zorgen ervoor dat een nieuwe regering vanaf het begin instabiel is en hierdoor minder makkelijk in staat zal zijn om bezuinigingen door te voeren.

In Griekenland had de opkomst van het radicaal-linkse Syriza een dergelijk effect. Onder druk van protesten en stakingen moest de regering van de sociaaldemocratische partij Pasok nieuwe verkiezingen uitschrijven. In de aanloop werd Syriza door veel kiezers gezien als het alternatief voor de uitverkoop van Pasok. Hierdoor werd de druk op de andere partijen steeds groter. De overwinning van Syriza en de druk op Pasok maakten het na de verkiezingen in mei onmogelijk om een nieuw kabinet te vormen.

In de campagne die volgde wist Syriza succesvol aan te sluiten bij het antibezuinigingssentiment onder de bevolking. Syriza leek in de peilingen zelfs de grootste partij te kunnen worden. Het is moeilijk te zeggen wat er was gebeurd als dat ook was gebeurd, maar het idee was een nachtmerrie voor de heersende klasse. De hoge peilingen dwongen zelfs het conservatieve Nieuwe Democratie tot toezeggingen om bepaalde bezuinigingen die waren afgesproken met de Trojka niet door te voeren.

De nieuwe regering komt deze beloftes natuurlijk niet na. Maar dat zal juist bijdragen aan haar instabiliteit. Tegelijkertijd is wel de vraag in welke mate Syriza haar eisen blijft verbinden met de beweging op straat, zonder welke zij niet zoveel stemmen had kunnen winnen.

Nu is de situatie in Nederland niet hetzelfde als in Griekenland, maar het laat wel zien hoe we een stem op de SP moeten zien in verhouding tot wat er nodig is om de bezuinigingen werkelijk te stoppen.

Verwachtingen

De hoge peilingen voor de SP gaan gepaard met de hoop op een linkse regering die de problemen voor ons oplost. Dat is niet gek aangezien de hele campagne van de SP hierop is gericht. Maar gepraat over Roemer als premier is prematuur en schept verwachtingen waarvan nu al gezegd kan worden dat ze niet gaan uitkomen.

Het gaat allereerst voorbij aan hoe de SP door alle andere partijen als ‘te links’ op afstand wordt gehouden. Maar het gaat ook voorbij aan de beperkingen van de SP als partij en die van de macht van het parlement.

De SP is net als Syriza, Die Linke en het Front de Gauche een linksreformistische partij. Deze partijen belichamen de onvrede over de bezuinigingen en vormen electoraal een alternatief voor de neoliberale consensus. Maar de strategie van deze partijen is om door middel van regeringsdeelname veranderingen te bereiken.

Om dit te kunnen doen zwakken ze hun standpunten steeds verder af. Ook in het geval van de SP is dat al langer zichtbaar. Roemer liet eerder al weten samenwerking met Rutte niet uit te sluiten, Ronald van Raak gaf onlangs aan dat de eis ‘65 blijft 65’ niet meer heilig is en op lokaal niveau betekende SP-deelname aan sommige colleges ook medewerking aan bezuinigingen.

Dit zijn beperkingen van de eigen strategie. Deze is namelijk gebaseerd op het idee dat de macht in de Kamer ligt en dat deelname aan een regering, het ‘aan de knoppen zitten’, een verovering van de macht betekent. Maar de werkelijke macht ligt niet in de Kamer, maar bij de grote bedrijven en de staatsbureaucratie.

Met die beperking werd de regering-Den Uyl in de jaren ’70 al geconfronteerd. Recenter werd het parlement in Italië buitenspel gezet om vervolgens de technocraat Monti zonder enig mandaat aan te stellen als premier ter vervanging van Berlusconi. Onder druk van het IMF gebeurde hetzelfde in Griekenland met Papandreou.

Dat we als IS oproepen om SP te stemmen betekent dus niet dat we het met alles van de SP eens zijn, of dat we vinden dat de SP de regering in moet. De bezuinigingsaanvallen kunnen alleen gestopt worden als we de neoliberale logica en machtsstructuren zelf bestrijden, en daarbij elke illusie in het parlement vaarwel zeggen.

Maar tegelijkertijd mogen we geen kans ongemoeid laten om de problemen van onze tegenstanders te vergroten. Een SP-overwinning op 12 september strooit zand in de machine van Rutte en creëert daarmee de mogelijkheden voor effectieve oppositie – in de Kamer, maar vooral ook op straat, in de bedrijven en op de universiteit, daar waar we democratie werkelijk vorm kunnen geven.

  • Wil je reageren op dit artikel? Stuur ons een mail.
  • Met socialisme.nu en De Socialist proberen we socialistische ideeën toegankelijk te maken voor iedereen. Om dit te blijven doen kunnen we alle hulp gebruiken. Wil jij ons ook steunen? Neem dan een abonnement op De Socialist of word donateur: vul hier het formulier in.